direct naar inhoud van Toelichting
Plan: Zaandam Oost en West
Status: vastgesteld
Plantype: beheersverordening
IMRO-idn: NL.IMRO.0479.STED3825-0001

Toelichting

Hoofdstuk 1 Inleiding

1.1 Leeswijzer en opzet van de beheersverordening

De regels van de beheersverordening verklaren de voorschriften/regels en plankaart/verbeelding van de bestemmingsplannen 'Westerwatering', 'Rosmolenwijk' en 'Peldersveld-Hoornseveld' opnieuw van toepassing, alsmede verleende vrijstellingen, ontheffingen, afwijkingen en omgevingsvergunningen voor het afwijken. De bestemmingsplannen 'Westerwatering', 'Rosmolenwijk' en 'Peldersveld-Hoornseveld' en daarbij behorende toelichting, regels (voorschriften) en kaart (verbeelding) zijn opgenomen als bijlagen.

De kaart van de beheersverordening geeft het verordeningsgebied weer. De kaart vormt samen met de regels het voor gebruikers bindende deel van de beheersverordening.

De toelichting geeft uitleg over en een onderbouwing van de beheersverordening. Voor de onderbouwing van de beheersverordening wordt onder meer ingegaan op de achtergrond van het wettelijke instrument, de uitgangspunten en de geldende beleidskaders.

1.2 Aanleiding, doel en kern van de beheersverordening

Voor het besluitgebied gelden de bestemmingsplannen 'Westerwatering', 'Rosmolenwijk' en 'Peldersveld-Hoornseveld', welke allen op 23 oktober 2006 zijn vastgesteld. Op grond van artikel 3.1 Wet ruimtelijke ordening (Wro) dient een plangebied over een actueel planologisch juridisch kader te beschikken.

Om op korte termijn over een actueel planologisch-juridisch regime te beschikken, is door middel van de beheersverordening het geldend planologisch-juridische regime opnieuw van toepassing verklaard.

1.3 Ligging van het besluitgebied

Het besluitgebied van de beheersverordening Zaandam Oost en West omvat het plangebied van de bestemmingsplannen 'Westerwatering', 'Rosmolenwijk' en 'Peldersveld-Hoornseveld'.

Het besluitgebied kent de volgende globale begrenzing:

Het plangebied bestaat uit de woonwijken Hoornseveld, Peldersveld (inclusief het verkeersknooppunt Zaandam (A7-A8)), de woonwijk Rosmolenwijk en de woonwijk Westerwatering. Het plangebied bestaat uit een drietal bestemmingsplangebieden die eind 2006 door de gemeenteraad zijn vastgesteld. Het plangebied beslaat niet een aaneensluitend gebied. Op onderstaande luchtfoto's is het plangebied aangegeven

afbeelding "i_NL.IMRO.0479.STED3825-0001_0001.jpg"

afbeelding "i_NL.IMRO.0479.STED3825-0001_0002.jpg"

Peldersveld en Hoornseveld zijn in de jaren '60 en '70 van de vorige eeuw gebouwd als moderne stadsuitbreiding van Zaandam, bedoeld om huisvesting te bieden aan de werknemers van de vele Zaanse bedrijven. Peldersveld ligt langs Rijksweg A8 en de Watering en wordt gekenmerkt door veel groen, hoogbouw (ERA-flats) langs de oostzijde en rijenwoningen. Hoornseveld bestaat eveneens uit veel groen, rijenwoningen en flats. Tussen beide wijken ligt het Darwinpark. In de wijken zijn onderwijsvoorzieningen, buurtwinkelvoorzieningen, waaronder 2 winkelcentra, en sport- en recreatievoorzieningen aanwezig.

De Rosmolenwijk is van oorsprong een arbeiderswijk voor de industrie die in het verleden langs de Zaan gevestigd was. In de wijk zijn nog veel van de voormalige arbeiderswoningen aanwezig. Deze zijn gebouwd in de periode van het begin van de 20ste eeuw tot de WOII. Op de plaatsen waar voorheen industriële complexen gevestigd waren, zijn na de Tweede Wereldoorlog nieuwe woningen gebouwd. In de Rosmolenwijk wonen circa 7.000 mensen.

Westerwatering is in de jaren '80 van de vorige eeuw gebouwd. In Westerwatering zijn ruim 3.500 woningen gebouwd, bestaande uit grondgebonden woningen en kleinschalige appartementengebouwen. In de wijk bevinden zich verder onderwijsvoorzieningen en het recent gemoderniseerde en uitgebreide winkelcentrum Westerwatering. Kenmerkend voor de wijk zijn de brede watergangen die de verschillende buurten opdelen. De wijk ligt tussen de Houtveldweg aan de oostzijde en de polders Westzijderveld en Westzaan aan de westzijde.

1.4 Voorgaande bestemmingsplannen

De volgende bestemmingsplannen is opgenomen in de beheersverordening:

Naam   Vastgesteld  
Bestemmingsplan Westerwatering   23 november 2006  
Bestemmingsplan Rosmolenwijk   23 november 2006  
Bestemmingsplan Peldersveld-Hoornseveld   23 november 2006  

Hoofdstuk 2 Uitgangspunten en achtergrond

2.1 Achtergrond beheersverordening

De beheersverordening is een vormvrij alternatief voor een bestemmingsplan waarmee het bestaande recht binnen een gebied opnieuw wordt vastgesteld. Het is niet mogelijk om met een beheersverordening nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen mogelijk te maken. Hiervoor dient met een omgevingsvergunning afgeweken te worden van de beheersverordening, of een nieuw bestemmingsplan vastgesteld te worden. De mogelijkheden om in afwijking van de beheersverordening een ontwikkeling mogelijk te maken zijn daarin niet anders dan de mogelijkheden voor het afwijken van een bestemmingsplan.

Het opnemen van het bestaand gebruik in ruime zin betekent dat alle bestaande rechten en plichten uit de bestemmingsplannen van toepassing blijven.

Het is niet mogelijk om in de beheersverordening uitwerkingsplichten en wijzigingsbevoegdheden op te nemen, deze zijn immers gericht op het mogelijk maken van nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen. De bestemmingsplannen Westerwatering, Rosmolenwijk en Peldersveld-Hoornseveld bevatten geen uitwerkingsplichten. Wel zijn in de plannen wijzigingsbevoegdheden opgenomen om in enkele gevallen de Staat van Horeca-activiteiten en/of de Lijst van Bedrijfsactiviteiten aan te passen. Deze wijzigingsbevoegdheden komen met het in werking treden van voorliggende beheersverordening te vervallen.

Gelet op het conserverend karakter van de beheersverordening heeft de wetgever het niet wenselijk geacht bezwaar of beroep tegen de verordening mogelijk te maken. Het uitgangspunt is immers dat er geen wijzigingen van de bestaande rechten en plichten uit het voorheen geldende plan plaatsvinden. Van de wettelijke voorgeschreven participatiemogelijkheden kon bij dat bestemmingsplan gebruik gemaakt worden.

2.2 Uitgangspunten beheersverordening

De volgende uitgangspunten zijn voor de beheersverordening in acht genomen:

  • Bestaand planologisch toegestane gebruik
    De beheersverordening Zaandam Oost en West verklaart het bestaand planologisch toegestane gebruik opnieuw van toepassing. Het bestaand planologisch gebruik is geregeld in de drie bestemmingsplannen en de sindsdien verleende omgevingsvergunningen voor het afwijken van de bestemmingsplannen. De bestaande rechten en plichten blijven hierdoor ongewijzigd.

  • Tijdelijk van aard
    Om het planologisch regime voor het gebied actueel te houden, is de beheersverordening ingezet. Tevens wordt hiermee voorkomen dat de legessanctie van artikel 3.1 lid 4 Wro in werking treedt. De beheersverordening heeft slechts een beperkte beoogde geldigheidsduur; namelijk tot de inwerkingtreding van de Omgevingswet (naar verwachting 2019), waarna voor het plangebied een omgevingsplan wordt opgesteld.

  • Ontwikkelingen in het plangebied
    Voorwaarde voor de mogelijkheid tot vaststellen van een beheersverordening is de omstandigheid dat binnen het plangebied geen nieuwe planologische ontwikkelingen op korte termijn worden verwacht. De beheersverordening is conserverend van aard. Voor zover zij ruimtelijke ontwikkelingen mogelijk maakt, gaat het om ontwikkelingen die ook al in de vigerende bestemmingsplannen zijn geregeld. Voor zover in de toekomst wel nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen plaatsvinden, zal daarvoor een afzonderlijke bestemmingsplanprocedure worden opgestart (inclusief onderzoeksverplichtingen). Gelet op het conserverende karakter van deze beheersverordening is er geen aanleiding om te veronderstellen dat de uitvoering ervan leidt tot nadelige milieugevolgen. Onderzoek op dit punt kan dan ook achterwege blijven.

  • Bekende documenten gebruiken
    De bestemmingsplannen 'Westerwatering', 'Rosmolenwijk' en 'Peldersveld-Hoornseveld' zijn opgenomen in de bijlagen bij de regels van de beheersverordening. Er is bewust voor gekozen om de huidige documenten ongewijzigd op te nemen. Eenerzijds voorkomt dit dat de burger zich voor een korte periode in feite dezelfde regels uit een nieuw document moet halen. Anderzijds wordt hiermee voorkomen dat met het vertalen van de regels naar de beheersverordening onbedoelde wijzigingen plaatsvinden. Dit kan gebeuren tijdens het vertalen van de regels naar het huidige recht, maar ook bij het opnieuw intekenen van de kaart. Wijzigingen, hoe onbedoeld en ondergeschikt dan ook, zijn niet in lijn met het uitgangspunt om met de beheersverordening enkel de bestaande rechten en plichten voor de burger gelijk te houden.
  • Geen uitwerkingsplichten of wijzigingsbevoegdheden
    Conform de wettelijke beperkingen van de beheersverordening kunnen uitwerkingsplichten en wijzigingsbevoegdheden uit het bestemmingsplan niet opgenomen in de beheersverordening. De bestemmingsplannen 'Westerwatering', 'Rosmolenwijk' en 'Peldersveld-Hoornseveld' kennen geen uitwerkingsplichten. In de bestemmingsplannen zijn wel wijzigingsbevoegdheden opgenomen om de Staat van Horeca-activiteiten en/of de Lijst van Bedrijfsactiviteiten te kunnen wijzigen. Deze wijzigingsbepalingen komen in de regels van voorliggende beheersverordening te vervallen. Hiermee bestaan geen belemmeringen om een beheersverordening voor dit plangebied vast te stellen.

2.3 Procedure

Omdat de beheersverordening geen nieuwe planologische ontwikkelingen mogelijk maakt, heeft de wetgever het niet nodig geacht inspraak-, bezwaar- of beroep mogelijk te maken. Dit betekent dat geen inspraakprocedure wordt toegepast en bezwaar of beroep tegen de beheersverordening niet mogelijk is. Door het vaststellen van een beheersverordening leven de bestemmingsplannen 'Westerwatering', 'Rosmolenwijk' en 'Peldersveld-Hoornseveld' voort. Bij het opstellen van de bestemmingsplannen 'Westerwatering', 'Rosmolenwijk' en 'Peldersveld-Hoornseveld' heeft een ieder zienswijzen naar voren kunnen brengen en zijn deze overwegingen door meegenomen bij de vaststelling van de bestemmingsplannen in 2006. Doordat het juridisch planologisch kader met het vaststellen van de beheersverordening ongewijzigd blijft verandert de rechtspositie van de gebruikers niet.

Hoofdstuk 3 Juridische aspecten en haalbaarheid

3.1 Specifieke toelichting op de regels

3.1.1 Inleidende regels

In artikel 1 van de regels zijn de voorschriften, regels, plankaarten en verbeeldingen van de bestemmingsplannen 'Westerwatering', 'Rosmolenwijk' en 'Peldersveld-Hoornseveld' van toepassing verklaard, alsmede de nadien verleende vrijstellingen, ontheffingen, afwijkingen en omgevingsvergunningen voor het afwijken. Deze bepalingen sluiten aan bij het uitgangspunt het planologisch bestaand gebruik vast te leggen met de beheersverordening en daarmee de rechten en plichten van de burgers gelijk te houden. Sinds de inwerkingtreding van de bestemmingsplannen 'Westerwatering', 'Rosmolenwijk' en 'Peldersveld-Hoornseveld' zijn er besluiten verleend die bouwen en gebruik in strijd met de regels van het plan mogelijk maken. De rechten die voortvloeien uit deze verleende besluiten blijven ook van toepassing.

In artikel 2 van de regels is een aantal begrippen gedefinieerd die in de beheersverordening genoemd worden. In de van toepassing verklaarde bestemmingsplanregels en voorschriften zijn ook begrippen gedefinieerd. Deze begripsbepalingen blijven van toepassing voor het betreffende bestemmingsplan. Met deze bepaling wordt verwarring over de verschillende definities van het plan voorkomen.

3.1.2 Algemene regels
3.1.2.1 Parkeerbepaling

Stedenbouwkundige bepalingen (waaronder de parkeerbepaling) in de bouwverordening vormen geen toetsingskader meer voor een aanvraag omgevingsvergunning voor het bouwen. Bestaande vigerende plannen vallen onder het overgangsrecht, zodat de parkeerbepaling hier wel op van toepassing blijft. De beheersverordening valt echter niet onder dit overgangsrecht. Om die reden is het noodzakelijk in de beheersverordening een bepaling op te nemen die het mogelijk maakt een aanvraag omgevingsvergunning voor het bouwen te toetsen aan het Zaanse parkeerbeleid. Gekozen is voor een dynamische verwijzing, zodat een aanpassing van de 'Uitvoeringsnota Parkeren Zaanstad 2016' ook van toepassing is voor het besluitgebied. De bestaande rechten en plichten van de burgers veranderen hiermee niet.

3.1.3 Overgangs- en slotregels

De wetgever heeft in artikel 5.1.1 van het Besluit ruimtelijke ordening bepaald dat in de beheersverordening moet worden voorzien in overgangsrecht, zoals dit in artikelen 3.2.1, 3.2.2 en 3.2.3 van het Besluit ruimtelijke ordening is vastgesteld.

Omdat de beheersverordening in overgangsregels voorziet, vervallen de overgangsregels uit de bestemmingsplannen 'Westerwatering', 'Rosmolenwijk' en 'Peldersveld-Hoornseveld' .

3.2 Haalbaarheid

De beheersverordening is conserverend van karakter en verklaart enkel het bestaand planologisch toegestane gebruik opnieuw van toepassing. Er worden geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk gemaakt. Zoals bij een bestemmingsplan met enkel conserverende bestemmingen bestaat ook bij een conserverende beheersverordening geen noodzaak tot het opstellen van een exploitatieplan.