direct naar inhoud van 5.1 Milieu
Plan: Oud Koog & Rooswijk
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0479.STED3753BP-0309

5.1 Milieu

Voor het plangebied wordt een nieuw bestemmingsplan opgesteld. In verband hiermee is een milieuonderzoek uitgevoerd naar de milieueffecten binnen het plangebied. Het plangebied is onderverdeeld in twee deelgebieden, namelijk:

  • 1. Rooswijk, dat kan worden getypeerd als een rustige woonwijk; en
  • 2. Oud Koog, dat bestaat uit woonwijken en gemengd gebied.

Binnen het plangebied zijn de volgende milieuaspecten onderzocht:

  • Milieuaspecten van gevestigde bedrijven
  • Geluid
  • Externe veiligheid
  • Geur
  • Luchtkwaliteit
  • Bedrijven
  • Bodem
  • Natuurwaarden
  • Duurzaamheid
5.1.1 Geluid

Binnen het bestemmingsplan zijn de aspecten Industrielawaai, railverkeerslawaai en wegverkeerslawaai onderzocht. Hieruit blijkt het volgende:

Industrielawaai
Een klein deel van het bestemmingsplan is gelegen binnen de zones van de industrieterreinen ZBB-Amylum (thans Tate en Tyle Netherlands B.V.) en Cacao De Zaan (thans ADM Cacoa) . Binnen deze geluidszone zijn geen nieuwe geluidgevoelige bestemmingen voorzien.

Railverkeerslawaai
Door het bestemmingsplangebied Oud Koog Rooswijk loopt de spoorlijn Zaandam-Uitgeest. Binnen de geluidszone van deze spoorlijn zijn geen geluidgevoelige bestemmingen voorzien. In het gebied met een hogere geluidsbelasting dan 68 dB zijn geen geluidgevoelige functies mogelijk. In het ontwerpbestemmingsplan zijn in genoemd gebied geen nieuwe geluidgevoelige bestemmingen voorzien.

Wegverkeerslawaai
Door het bestemmingsplangebied loopt een aantal wegen met een hoge verkeersintensiteit, zoals de Provincialeweg en de A8. Binnen de 53 dB contour van de A8 en de 63 dB contour van de Provinciale weg zijn in principe geen geluidgevoelige functies mogelijk. De 53 db contour van de A8 heeft een groot ruimtebeslag. In het ontwerpbestemmingsplan zijn in het gebied langs de A8 met een geluidsbelasting hoger dan 53 dB gebied geen nieuwe geluidgevoelige bestemmingen voorzien.

5.1.2 Externe Veiligheid

Binnen het bestemmingsplan zijn de risicodragende activiteiten bij inrichtingen en het vervoer van gevaarlijke stoffen door het bestemmingsplan onderzocht. Het ontwerpbestemmingsplan is door de Veiligheidsregio Zaanstraak Waterland beoordeeld. De veiligheidsregio geeft in haar advies aanbevelingen waar in dit bestemmingsplan rekening mee gehouden moet worden. Het onderzoek naar de risico's van de hoge druk aardgasleidingen ligt ter beoordeling bij de veiligheidsregio.

Bevi-inrichtingen
Binnen het plangebied bevinden zich twee risicovolle bedrijven:

  • 1. LPG-tankstation Bako, Fortuinweg 3
  • 2. Tate & Lyle Amylum Nederland b.v., Lagedijk 5

De plaatsgebonden risicocontouren van deze bedrijven zijn op de verbeelding aangegeven.

LPG-tankstation Bako
Op grond van de regeling 'externe veiligheid inrichtingen' (REVI) geldt er een plaatsgebonden risicocontour met een straal van 45m bij een jaarlijkse doorzet van 1000m3. Deze 1000 m3 is een ondergrens. In de kwalitatieve risicoanalyse (QRA) is van een maximale doorzet van 500 m3 uitgegaan. Ten tijde dat deze QRA werd opgesteld was in het concept REVI sprake van een ondergrens voor de doorzet van LPG van 500 m3 vandaar dat het plaatsgebonden risico bij deze doorzet is berekend. Uit de QRA blijkt dat het groepsrisico van het tankstation onder de oriënterende waarde ligt. Voor de berekening van het groepsrisico is men uitgegaan van een LPG-doorzet van maximaal 500 m3. Omdat de werkelijke doorzet minder is dan 500 m3 is de uitkomst van de groepsrisicoberekening een overschatting van het groepsrisico. Het groepsrisico van BAKO is daarom verantwoord.

Tate & Lyle Amylum Nederland b.v.
Door de grote hoeveelheid opgeslagen chemicaliën is het Besluit "externe veiligheid inrichtingen" (BEVI) op dit bedrijf van toepassing. De chemicaliën zijn opgeslagen in de gebouwen 19, 33 en 47. In verband met de realisatie van een apotheek en huisartsenpraktijk aan de Lagendijk 1-3 is het plaats gebonden risico (PR) en het groepsrisico (GR)van Tate en Lyle onderzocht. Uit het onderzoeksrapport "toetsing van de vestiging van een Ahoed aan het BEVI" blijkt dat er geen plaatsgebonden risico contour aanwezig is voor de opslaggebouwen 19 en 33. Alleen voor gebouw 47 geldt er een kleine PR-contour. Deze contour ligt op het eigen terrein van Tate en Lyle. Het groepsrisico van de chemicaliënopslagen is berekend als nihil.

Vervoer van gevaarlijke stoffen
Binnen of langs het plangebied worden gevaarlijke stoffen vervoerd via weg, water en buisleidingen.

Weg
Op 24 juni 2008 hebben burgemeester en wethouders van de gemeente Zaanstad ingestemd met de nieuwe route voor het vervoer van gevaarlijke stoffen. In de nieuwe situatie is het aantal mensen dat blootgesteld wordt aan risico's in verband met het vervoer van gevaarlijke stoffen over de weg afgenomen doordat het tracé waarover gevaarlijke stoffen vervoerd mogen worden verkleind is. Door het plangebied loopt de rijksweg A8. Deze weg maakt onderdeel uit van de routering gevaarlijke stoffen. De veiligheidssituatie rond de route voor gevaarlijke stoffen is aanvaardbaar omdat de plaatsgebonden risicocontour niet buiten de weg voor het vervoer van gevaarlijke stoffen ligt en omdat het groepsrisico binnen 200 m langs de route voor gevaarlijke stoffen zich onder de oriënterende waarde voor groepsrisico bevindt. Het bestemmingsplan is conserverend van aard. In de strook van 200 meter langs de route worden in principe geen nieuwe extra woningen toegestaan. Mocht dit in de toekomst wijzigen dan zal er een toetsing moeten plaatsvinden aan het PR en GR. Zie ook de bijlage 'Externe veiligheid route gevaarlijke stoffen'.

Water
Ten westen van het plangebied stroomt de Zaan. Hierover vindt vervoer plaats van gevaarlijke stoffen. De zaan is in het basisnet water aangewezen als 'groene' vaarweg hierdoor gelden er geen risicocontouren, en hoeft het groepsrisico langs de zaan niet verantwoord te worden en heeft de Zaan geen plasbrandaandachtsgebied

Buisleidingen
In het plangebied bevinden zich 40 bar hoge druk aardgastransportleidingen van de Gasunie. De hoge druk aardgastransportleiding komt het plangebied binnen langs de provinciale weg N203. Vervolgens loopt de gasleiding door Oud Koog en verlaat via de Guisweg weer het plangebied. De buisleiding langs de N203 en door Oud Koog betreft een hoge druk aardgasleiding van 40 bar, met een doorsnede van 12 inch. Vanaf de Guisweg betreft het een hoge druk aardgasleiding van 40 bar met een doorsnede van 16 inch. Voor deze buisleidingen is een QRA uitgevoerd. Naar aanleiding van de QRA had de veiligheidsregio Zaanstreek waterland geen opmerkingen waar in dit bestemmingsplan rekening mee gehouden moet worden.

5.1.3 Geur

Het plangebied wordt redelijk zwaar belast als gevolg van enkele geuremitterende bedrijven rondom het plangebied. Het betreft voornamelijk bedrijven uit de levensmiddelenindustrie.

In de wijken Oud Koog en Rooswijk ligt het percentage mensen dat geurhinder ondervindt volgens de Zaanpeiling 2007 op respectievelijk 85% en 57%. Direct buiten het plangebied bevinden zich de volgende geuremitterende bedrijven:

  • Aarhus Karlhamn,
  • Pielkenrood,
  • ADM Cocoa,
  • Zaanse Olierafinaderij,
  • Cargill.

Binnen het plangebied ligt zetmeelfabriek Tate & Lyle. Op de langere termijn is de verwachting dat door de geurbeperkende maatregelen, die zullen worden opgenomen in de milieuvergunning, de geuremissie van de bedrijven zal afnemen. Hierdoor zal de mate van geurhinder ook geleidelijk afnemen. De geuremitterende bedrijven liggen ten oosten van het plangebied. Omdat de heersende windrichting zuidwest is valt de werkelijke geurbelasting gezien de nabijheid van de geuremitterende bedrijven nogal mee.

5.1.4 Luchtkwaliteit

Binnen het plangebied is de luchtkwaliteit voor de stoffen stikstofdioxide, fijn stof, benzeen, zwaveldioxide, koolmonoxide en bezo(a)pyreen onderzocht. Hieruit blijkt dat de grenswaarden voor NO2 en Fijnstof in 2009 en 2019 niet worden overschreden.

5.1.5 Bedrijven

Binnen het plangebied is de milieu-invloed van de bestaande bedrijven onderzocht. Hieruit blijkt dat bijna alle bedrijven goed in hun omgeving passen. Enkele bedrijven hebben een milieuzone die iets groter is dan hun afstand tot de dichtstbijzijnde woonbestemming rechtvaardigt. Deze bedrijven krijgen een bestemming op maat. Het betreft de volgende bedrijven:

  • LPG-tankstation Bako, Fortuinweg 3;
  • Tate & Lyle Amylum Nederland b.v., Lagedijk 5;
  • machinefabriek Duyvis, Schipperslaan 15;
5.1.6 Natuurwaarden

In 2009 is een onderzoek verricht naar de aanwezige natuurwaarden in het plangebied "Natuurwaarden Oud-Koog en Rooswijk te Zaandam". Er is een inventarisatie gedaan van de aanwezigheid van beschermde flora en fauna. Het onderzoek leidt tot de volgende conclusies;

  • Het onderzoeksgebied is in potentie geschikt voor zwaar beschermde soorten uit de soortengroepen planten, vissen amfibieën, vogels en kleine zoogdieren.
  • De belangrijkste natuurwaarden in het plangebied zijn momenteel aanwezig in het westelijke deel van Rooswijk. Hier kunnen zwaar beschermde soorten voorkomen.
  • Het dicht bebouwde gedeelte van Rooswijk, zeker het nieuwe gedeelte, is voor flora en fauna het minst interessant. Alleen het verblijf van algemene vleermuissoorten en van beschermde vissen in de wateren is hier mogelijk. In de wateren van het plangebied is het voorkomen van de zwaarder beschermde bittervoorn, rivierdonderpad en kleine modderkruiper nergens op voorhand uit te sluiten hoewel sommige typen wateren geen potentie hebben.
  • Alleen in het westen van Rooswijk is enige potentie voor rugstreeppad.
  • In het gehele plangebied kunnen algemene bos-,struweel- en tuinvogels voorkomen. Vooral Rooswijk West heeft tevens broedvogels van meer open terrein, waaronder interessante rietvogels. Verspreid in het plangebied is potentie voor verblijven van verschillende jaarrond beschermde vogels.
  • Verspreid in het plangebied komen vleermuissoorten voor, zij gebruiken het terrein als jachtgebied of als verblijfplaats (vooral gebouwen). De oude, bebouwde delen van het plangebied zijn het meest geschikt voor verblijven van deze soortgroep. Potenties voor vleermuizen vallen hier vaak samen met die van broedende gierzwaluwen.
  • In het plangebied komen naar verwachting een aantal licht beschermde niet-vliegende zoogdiersoorten voor. In Rooswijk West komen naar alle waarschijnlijkheid zowel de zwaar beschermde noordse woelmuis als de waterspitsmuis voor.

In het kader van de natuurbeschermingswet geldt er een zorgplicht en verbodsbepalingen t.a.v. beschermde flora en fauna. Omdat er geen ingrijpende ontwikkelingen voorzien zijn in het bestemmingsplan gelden er geen beperkingen ten aanzien van de Flora- en Faunawet. Als in de toekomst ontwikkelingen zullen plaatsvinden, zoals het verplaatsen van de sportvelden naar de Fortuinweg, moeten mitigerende maatregelen worden getroffen.

5.1.7 Bodem

Binnen het plangebied is op verschillende locaties de bodem onderzocht. Hieruit blijkt dat op diverse locaties binnen het bestemmingsplan lichte tot sterke verontreinigingen voorkomen. Met ruimtelijke ontwikkelingen binnen het bestemmingsplan dient hiermee rekening te worden gehouden. Voor iedere bouwlocatie dient een verklaring van geen bezwaar te worden afgegeven door de gemeente Zaanstad, alvorens er kan worden gebouwd.

5.1.8 Duurzaamheid

Het plangebied zal zoveel mogelijk duurzaam worden ontwikkeld. Op procesniveau zullen de sociaal-culturele, economische en ecologische/milieu (als onderdeel van de fysieke) aspecten integraal worden afgewogen. Deze aspecten zijn van invloed op de kwaliteit van de leefomgeving in het plangebied.