Artikel 4 Waarde - Archeologie
4.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologie' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de bescherming en veiligstelling van de hoge archeologische waarde.
4.2 Bouwregels
Op deze gronden zijn uitsluitend gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, toegestaan, waarbij bodemverstorende activiteiten ter realisering van deze gebouwen of bouwwerken, geen gebouwen zijnde, niet verder gaan dan een diepte van 0,3 meter onder maaiveld.
4.3 Nadere eisen
Het bevoegd gezag kan nadere eisen stellen aan de situering, de inrichting en het gebruik van de gronden die vallen binnen de dubbelbestemming Waarde- Archeologie, indien uit archeologisch onderzoek is gebleken dat ter plaatse behoudenswaardige archeologische resten aanwezig zijn.
4.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
4.4.1 Omgevingsvergunning
Voor de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheden, is een omgevingsvergunning vereist:
-
a. het uitvoeren van grondbewerkingen dieper dan 0,3 meter onder het maaiveld, zoals afgraven, diepploegen, egaliseren, frezen, aanbrengen van oppervlakteverhardingen, aanleggen van drainage, verwijderen van funderingen;
-
b. het aanleggen en verbreden van sloten, wateren en/of waterpartijen;
-
c. het aanleggen van ondergrondse transport-, energie-, of telecommunicatieleidingen en daarmee verband houdende constructies, installaties of apparatuur.
4.4.2 Uitzondering
Het vereiste in artikel 4.4.1 is niet van toepassing, indien de werken en werkzaamheden ten dienste van archeologisch onderzoek worden uitgevoerd.
4.4.3 Toelaatbaarheid
-
a. Een omgevingsvergunning voor werken of werkzaamheden zoals genoemd in artikel 4.4.1 wordt in ieder geval verleend, indien archeologisch onderzoek aantoont dat op de betrokken locatie geen archeologische waarden aanwezig zijn.
-
b. Een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken of werkzaamheden zoals genoemd in artikel 4.4.1 wordt voorts verleend, indien archeologisch onderzoek aantoont dat de betrokken archeologische waarden door de activiteiten niet worden geschaad of dat mogelijke schade kan worden voorkomen door aan de omgevingsvergunning regels te verbinden, gericht op:
-
1. het treffen van maatregelen, waardoor archeologische resten in de bodem kunnen worden behouden;
-
2. het doen van opgravingen;
-
3. begeleiding van de activiteiten door een archeologisch deskundige.