direct naar inhoud van Artikel 22 Overgangsrecht
Plan: Bestemmingsplan Zandvoort - Centrum
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0473.0610302-VG01

Artikel 22 Overgangsrecht

 

22. 1.    Overgangsrecht bouwwerken

22. 1. 1. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een bouwvergunning, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,

a.    gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;

b.    na het tenietgaan ten gevolge van een calamiteit geheel wor­den ver­nieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de bouw­vergunning geschiedt binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.

22. 1. 2. Burgemeester en Wethouders kunnen eenmalig onthef­fing verlenen van lid 22.1.1. voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in lid 22.1.1. met maximaal 10%.

22. 1. 3. Lid 22.1.1. is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepa­ling van dat plan.

22. 2.    Overgangsrecht gebruik

22. 2. 1. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.

22. 2. 2. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige ge­bruik, bedoeld in lid 22.2.1., te veranderen of te laten verande­ren in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.

22. 2. 3. Indien het gebruik, bedoeld in lid 22.2.1., na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.

22. 2. 4. Lid 22.2.1. is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.

22. 3.    Hardheidsclausule

Indien toepassing van het overeenkomstig artikel 22.2. opgenomen overgangsrecht gebruik zou kunnen leiden tot een onbillijkheid van overwegende aard voor een of meer natuurlijke personen die op het tijdstip van de inwerkingtreding van het bestemmingsplan grond en opstallen gebruiken in strijd met het voordien geldende bestemmingsplan, kan de gemeenteraad, met het oog op beëindiging op termijn van de met het bestemmingsplan strijdige situatie, ten behoeve van die persoon of personen van dat overgangsrecht ontheffing verlenen.