direct naar inhoud van Artikel 5 Centrum
Plan: Stedelijk Gebied
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0457.BP0100SG-oh01

Artikel 5 Centrum

5.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Centrum' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. detailhandel inclusief horeca als ondergeschikte functie;
  • b. horeca, waarbij een onderverdeling geldt, zoals opgenomen in kolom A van bijlage 3 Bestemming Centrum: onderverdeling horecabedrijven per straat/gebied en waarbij een categorisering geldt, zoals opgenomen in bijlage 1 Horeca-categorisering;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'dienstverlening': tevens dienstverlening;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'kantoor': tevens kantoor;
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'maatschappelijk': tevens maatschappelijke voorzieningen, met uitzondering van kinderopvang;
  • f. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - vuurwerkopslag': tevens de opslag van consumentenvuurwerk;
  • g. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf': tevens bedrijven tot en met categorie 2, zoals bepaald in bijlage 2 Staat van Bedrijfsactiviteiten;
  • h. ter plaatse van de aanduiding 'wonen': tevens wonen op de begane grond inclusief een aan huis gebonden beroep of bedrijf, zoals bepaald in lid 33.2;
  • i. op de verdieping uitsluitend wonen inclusief een aan huis gebonden beroep of bedrijf, zoals bepaald in lid 33.2;
  • j. met de daarbij behorende gebouwen, bouwwerken, geen gebouwen zijnde, verhardingen, erven, tuinen, groenvoorzieningen, parkeervoorzieningen, water en waterhuishoudkundige doeleinden.
5.2 Bouwregels

Op of in de in lid 5.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd ten dienste van de in dat lid genoemde bestemming, met dien verstande dat:

5.2.1 Gebouwen
  • a. hoofdgebouwen uitsluitend zijn toegestaan binnen een bouwvlak;
  • b. in afwijking van het bepaalde onder a ook buiten het bouwvlak hoofdgebouwen gebouwd mogen worden, met dien verstande dat:
    • 1. uitsluitend is toegestaan ten behoeve van detailhandel;
    • 2. het aantal bouwlagen niet meer dan 1 mag zijn;
  • c. op de bebouwing als bedoeld in lid 5.2.1 onder b is een dakterras toegestaan, met dien verstande dat:
    • 1. deze niet meer dan 5 meter buiten het bouwvlak mag worden gerealiseerd;
    • 2. realisatie niet plaatsvindt voor en voor het verlengde van de voorgevel;
    • 3. de afstand van het dakterras tot de perceelsgrens tenminste 2 meter bedraagt;
  • d. de goot- en bouwhoogte van de gebouwen binnen het bouwvlak niet meer dan de bestaande maximale goot- en bouwhoogte van het hoofdgebouw op het bouwperceel mag zijn;
  • e. het aantal woningen niet meer dan het bestaande aantal woningen mag zijn;
  • f. de oppervlakte ten behoeve van horeca als ondergeschikte functie, niet meer dan 40% van de totale verkoopvloeroppervlakte per pand mag zijn met een maximum van 30 m2;
  • g. het bij het bouwvlak aansluitende terrein mag ten behoeve van aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen, voor niet meer dan 50% worden bebouwd waarvan de oppervlakte voor vrijstaande bijgebouwen en overkappingen gezamelijk niet meer dan 30 m2 mag zijn;
  • h. een aan- en uitbouw, bijgebouw en overkapping op niet minder dan 3 meter achter de voorgevel wordt gebouwd;
  • i. aan- en uitbouwen en aangebouwde bijgebouwen mogen tot niet meer dan 3 m buiten het bouwvlak worden gebouwd;
  • j. de goothoogte van een vrijstaand bijgebouw niet meer dan 3 meter mag zijn;
  • k. de goothoogte van een aan- en uitbouw en een aangebouwd bijgebouw niet meer mag zijn dan 0,25 meter boven de begane grondlaag van het gebouw waar tegen wordt aangebouwd met een maximum van 4 meter;
  • l. de bouwhoogte van een aan- en uitbouw en bijgebouw niet meer dan 5 meter mag zijn.
5.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

de bouwhoogte van de bouwwerken, geen gebouwen zijnde, niet meer mag zijn dan:

  • a. 1,50 meter voor terrasafscheidingen, gemeten vanaf de bouwlaag waarop wordt gebouwd;
  • b. 1 meter voor erfafscheidingen, gelegen voor de voorgevel;
  • c. 2 meter voor erfafscheidingen, gelegen achter de voorgevel;
  • d. 3 meter voor overkappingen;
  • e. 5 meter voor de overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
5.3 Afwijken van de bouwregels

Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 5.2 voor:

  • a. het samenvoegen van gebouwen, inclusief de eventuele woningen op de verdieping, mits de uiterlijke verschijningsvorm van de afzonderlijke gebouwen gehandhaafd blijft.
  • b. het realiseren van een dakterras tot maximaal 10 meter buiten het bouwvlak.
5.4 Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik strijdig met de bestemming wordt in ieder geval gerekend het gebruik van de verdiepingen van de gebouwen voor andere functies dan wonen, zoals bedoeld in lid 5.1 onder i.

5.5 Afwijken van de gebruiksregels

Het bevoegd gezag kan afwijken van het bepaalde in:

  • a. lid 5.1 onder b voor het afwijken van de genoemde onderverdeling, met dien verstande dat het aantal horecabedrijven in de betreffende categorie niet meer mag zijn dan het bepaalde in kolom B van bijlage 3 Bestemming Centrum: onderverdeling horecabedrijven per straat/gebied en waarbij een categorisering geldt, zoals opgenomen in bijlage 1 Horeca-categorisering;
  • b. van lid 5.1 onder e voor het toestaan van kinderopvang, mits voldaan is aan de parkeerbehoefte en er geen onevenredige inbreuk is op de verkeerssituatie;
  • c. lid 5.4 voor het toestaan van andere functies dan wonen op de verdieping, met dien verstande dat deze andere functie ten dienste moet staan van de op de begane grondlaag rustende functie.