direct naar inhoud van Artikel 22 Water
Plan: Stedelijk Gebied
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0457.BP0100SG-oh01

Artikel 22 Water

22.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. de waterhuishouding, waterberging en waterbeheersing en waterrecreatie, één en ander met de daarbij behorende keermuren en bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - scheepvaartverkeer': tevens scheepvaartverkeer;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'woonschepenligplaats': tevens voor ligplaatsen van woonschepen;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'jachthaven': tevens een jachthaven;
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van sport - roeivereniging': tevens een roeivereniging;
  • f. ter plaatse van de aanduiding 'steiger': tevens een steiger;
  • g. evenementen;
  • h. recreatief medegebruik;
  • i. met de daarbij behorende gebouwen, bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bruggen verhardingen, nutsvoorzieningen, groenvoorzieningen, parkeervoorzieningen, water en waterhuishoudkundige doeleinden.
22.2 Bouwregels

Op of in de in lid 22.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd ten dienste van de in dat lid genoemde bestemming, met dien verstande:

22.2.1 Gebouwen

Gebouwen zijn uitsluitend toegestaan binnen een bouwvlak.

22.2.2 Woonschepen

Ter plaatse van de nadere aanduiding 'woonschepenligplaats' gelden voor het innemen van een ligplaats voor woonschepen en recreatieschepen de volgende regels:

  • a. het aantal ligplaatsen niet meer dan het ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal woonschepen' aangegeven aantal mag zijn;
  • b. per woonschip is niet meer dan 1 ligplaats voor een recreatieschip toegestaan;
  • c. de lengte van een woonschip niet meer mag zijn dan die aanwezig is ten tijde van de tervisielegging van het ontwerp van het bestemmingsplan;
  • d. de breedte van een woonschip niet meer dan 6,25 meter mag zijn;
  • e. de hoogte van een woonschip niet meer dan 3,60 meter mag zijn, gemeten vanaf de waterspiegel;
  • f. de lengte van een recreatieschip niet meer dan 10 meter mag zijn, met dien verstande dat de lengte van een recreatieschip bij een woonschip niet meer dan de helft van de lengte van dat woonschip mag zijn, met een maximum van 10 meter.
22.2.3 Steigers

Steigers zijn uitsluitend toegestaan:

  • a. waar de bestemming 'Wonen' grenst aan de bestemming 'Water';
  • b. waar de bestemming 'Bedrijf' grenst aan de bestemming 'Water';
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van sport - roeivereniging';
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'jachthaven';
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'steiger';
  • f. ter plaatse van de aanduiding 'woonschepenligplaats';

onder de voorwaarden dat:

  • g. ten behoeve van de roeivereniging alsmede ter plaatse van de aanduiding 'jachthaven' dan wel 'steiger' steigers zijn toegestaan:
    • 1. met een lengte en oppervlakte van niet meer dan de bestaande lengte en oppervlakte;
    • 2. die zijn gelegen overeenkomstig de bestaande situering;
  • h. ten behoeve van een recreatieschip bij een woning of bedrijfsgebouw evenwijdig aan de oever niet meer dan één steiger mag worden gebouwd met een oppervlakte van niet meer dan 10 m², dan wel de legale bestaande oppervlakte indien deze groter is en met dien verstande dat de grootste afstand van de steiger ten opzichte van de oever niet meer dan 3 meter mag zijn;
  • i. ten behoeve van een recreatieschip bij een woonschip evenwijdig aan de oever niet meer dan één steiger mag worden gebouwd met een oppervlakte van niet meer dan 10 m2 dan wel de legale bestaande oppervlakte indien deze groter is en met dien verstande dat de steiger gerekend vanaf de oever niet langer mag zijn dan de buitenzijde van het woonschip;
  • j. ten behoeve van woonschepen per woonschip tussen het woonschip en de oever niet meer dan één steiger mag worden gebouwd, met dien verstande dat:
    • 1. de steiger niet minder dan 3 meter van de kopse kanten van het woonschip naar binnen worden gesitueerd;
    • 2. de steiger een lengte van niet meer dan 10 meter en een breedte van niet meer dan 3 meter heeft, dan wel het legale bestaande aantal en de legale bestaande oppervlakte.
22.2.4 Overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde
  • a. uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'woonschepenligplaats' bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegestaan in de vorm van een oeververbinding:
  • b. voorzieningen ten behoeve van het scheepvaartverkeer en de waterrecreatie, met dien verstande dat de bouwhoogte niet meer dan 1 meter mag zijn;
  • c. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met uitzondering van bruggen, mag niet meer mag zijn dan 1 meter.
22.3 Afwijken van de bouwregels

Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 22.2.2 onder c voor het vergroten van de lengte van woonschepen met niet meer dan 15%, mits de nieuwe oppervlakte, berekend uit de nieuwe lengte maal de bestaande breedte niet meer dan 80 m2 en de onderlinge afstand tussen de woonschepen niet minder dan 3 meter is.

22.4 Specifieke gebruiksregels

Tot een strijdig gebruik met de bestemming wordt in ieder geval gerekend het gebruik van de in lid 22.1 bedoelde gronden ten behoeve van meer woonschepenligplaatsen dan is aangegeven.