direct naar inhoud van 5.3 Provinciaal en regionaal beleid
Plan: Landelijk Gebied, postzegelplannen 2011
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0451.postzegelplanlg1-vg02

5.3 Provinciaal en regionaal beleid

5.3.1 Structuurvisie Noord-Holland 2040, Kwaliteit door veelzijdigheid

De provincie Noord Holland heeft op 21 juni 2010 de 'Structuurvisie Noord-Holland 2040, Kwaliteit door veelzijdigheid' vastgesteld. Daarin zijn de volgende kernpunten voor ruimtelijke kwaliteit benoemd:

  • behoud en ontwikkeling van Noord-Hollandse cultuurlandschappen;
  • behoud en ontwikkeling van natuurgebieden;
  • behoud en ontwikkeling van groen om de stad.

Grootschalige land- en tuinbouw

In Noord-Holland Noord krijgt de productielandbouw prioriteit. De provincie Noord-Holland geeft ruimte voor verschillende clusters die elkaar kunnen versterken via een combinatie van logistiek en dienstverlening, zowel voor de keten als voor de primaire land- en tuinbouw. In dit gebied bestaat de mogelijkheid om het bouwblok te vergroten tot maximaal 2 ha, met een ontheffingsmogelijkheid van Gedeputeerde Staten tot meer hectare. Bollenteelt, grondgebonden landbouw, zaadclusters en glastuinbouw krijgen hier onder voorwaarden de ruimte.

5.3.2 Provinciale Ruimtelijke Verordening Structuurvisie

Op 21 juni 2010 is de Provinciale Ruimtelijke Verordening Structuurvisie vastgesteld. Uithoorn ligt op de rand van het stedelijk en landelijk gebied.

In haar overlegreactie heeft de provincie Noord-Holland aangegeven dat het aangeleverde kaartmateriaal voor onduidelijkheid zorgt om te kunnen beoordelen of alle ontwikkelingen binnen het bestemmingsplan zullen plaatsvinden binnen het Bestaand Bebouwd Gebied (BBG) als bedoeld in 'Provinciale ruimtelijke verordening structuurvisie'. Alle ontwikkelingen vinden plaats binnen Bestaand Bebouwd Gebied. Op de onderstaande figuren is dit verduidelijkt.

afbeelding "i_NL.IMRO.0451.postzegelplanlg1-vg02_0003.jpg"

Figuur 5.1 Locatie Banken 1 binnen Bestaand Bebouwd Gebied

afbeelding "i_NL.IMRO.0451.postzegelplanlg1-vg02_0004.jpg"

Figuur 5.2. Locaties Drechtdijk 87, Drechtdijk achter 89, Drechtdijk 90 en Steenwijkerveld 21 binnen Bestaand Bebouwd Gebied

De mogelijkheden van niet-agrarische functies, als nevenfunctie dan wel als algehele vervanging van een agrarische functie, zijn wat verruimd ten opzichte van de vorige regeling. De nieuwe regeling luidt als volgt:

"Een bestemmingsplan voorziet slechts in de mogelijkheid dat agrarische gebouwen inclusief de agrarische bedrijfswoning(en) en uitgezonderd kassen, al dan niet als nevenfunctie, op het bouwperceel worden gebruikt voor kleinschalige vormen van (bijzondere) huisvesting, werken, recreatie en zorgfuncties indien:

  • a. de nieuwe functie(s) de bedrijfsvoering en de ontwikkelingsmogelijkheden van omringende agrarische bedrijven en de woonfunctie van omringende woningen niet wordt beperkt;
  • b. de mogelijkheid van buitenopslag in relatie tot niet-agrarisch gebruik wordt geregeld in het bestemmingsplan;
  • c. de nieuwe functie aantoonbaar geen onevenredige verkeersaantrekkende werking heeft en dat er sprake is van een acceptabele verkeerssituatie;
  • d. eventuele extra parkeerplaatsen op het eigen bouwperceel worden gerealiseerd;
  • e. ingeval van bijzondere huisvesting uitsluitend sprake is van afhankelijke woonruimten of woningen als onderdeel van zorgfuncties;
  • f. ingeval van recreatiefuncties permanente bewoning wordt verboden en;
  • g. in geval van functiewijziging naar burgerwoning na volledige agrarische bedrijfsbeëindiging dit uitsluitend gesitueerd wordt in het voormalige agrarische hoofdgebouw waarbij karakteristieke boerderijen gesplitst mogen worden indien geen afbreuk wordt gedaan aan het oorspronkelijke karakter van de bebouwing."

Bestemmingsplannen voor gronden in het landelijke gebied wijzen geen bestemmingen aan en stellen geen regels die in strijd zijn met het gebiedseigen beleid voor de gebieden met groene en cultuurhistorische waarden en de milieubeschermingsgebieden, voor de nationale landschappen en voor de rijksbufferzones.

5.3.3 Plan van Aanpak “Biologisch ondernemen in Noord Holland”

Voor de provincie Noord-Holland is de biologische landbouw een gewenste verduurzaming van de agrarische sector. De provincie stimuleert de productie en het gebruik van biologische producten. De groei moet worden bereikt door onderzoek, pilotprojecten, voorlichting, educatie, samenwerking en de campagne Noordhollandse grond.

Om boeren te stimuleren om te schakelen naar biologische landbouw is er voor de komende jaren subsidie voor de ondernemers beschikbaar gesteld. Om de groei te stimuleren zijn stimuleringsmaatregelen via een Plan van Aanpak 'Biologisch ondernemen in Noord Holland' uitgezet.