direct naar inhoud van 2.2 Ruimtelijke en functionele structuur
Plan: Beheersverordening Buitengebied Zijpe
Status: vastgesteld
Plantype: beheersverordening
IMRO-idn: NL.IMRO.0441.BVBGZIJPE-VA01

2.2 Ruimtelijke en functionele structuur

De voormalige gemeente Zijpe is in vier hoofdgebieden te onderscheiden. Onderstaand worden de karakteristieken daarvan beschreven.

De kustzone

De kustzone bestaat voor het grootste deel uit een vrij smalle en lage duinzone, met ter hoogte van Petten een zware zeedijk. De duinen zijn grotendeels ontstaan door verstuiving op oude strandwallen en de rond 1600 aangelegde (stuif)zanddijken. De duinen hebben grotendeels een natuurlijk karakter, met daarin ook enkele ruimtelijk bepalende niet-natuurlijke elementen: de onderzoekslocatie Petten (OLP), dat als een niet natuurlijke enclave in het duingebied ligt, de verblijfsrecreatie in en aan de voet van de duinen en het voormalig schietterrein Botgat, dat onlangs is overgegaan in handen van Landschap Noord-Holland.

Zijpe- en Haze Polder

De Zijpe- en Haze Polder is een grootschalig aandijkingenlandschap en wordt aan de westkant begrensd door de duinen en aan alle andere zijden visueel begrensd door dijken: Aan de Noord- en Oostzijde door de Zijperdijk, Slikkerdijk en Westfriese Omringdijk, aan de zuidzijde door de Oude Schoorlse Zeedijk. Zowel in hoogteligging als in grondsoort ligt in de polder een gradiënt van west naar oost, van hoog naar laag en van zand naar klei. De polder bestaat uit twee onderdelen: de Hazepolder en de Zijpepolder. De Hazepolder is maar een klein onderdeel van de polder in het uiterste zuidwesten en wijkt qua sfeer af van de rest: het is een kleinschalig landschap, omdijkt en met diverse functies.

Het grootste deel omvat de Zijpepolder. In dit gebied vallen de drie Noord-Zuid gerichte ontginningsassen en de egalementsloten daartussen op, waarbij de Groote Sloot geheel en de tussensloten voor een deel tot de boezem behoren. Tussen die ontginningsassen bevinden zich grote langgerekte open ruimtes (kamers), op de zandgronden ‘gelardeerd’ met bosschages van eendenkooien, landgoederen, houtwallen en erfbeplanting. Er is een sterke ruimtelijke tegenstelling tussen de voorkant van de ontginningsassen (de wegen met de boerderijen) waar de meeste menselijke activiteiten plaatsvinden en de rustigere achterkanten langs de egalementsloten. Het later gegraven Noordhollands Kanaal volgt voor een groot deel de ontginningsstructuur, het zijkanaal Stolpen-Schagen staat hier dwars op. De op een dijk gelegen spoorlijn doorsnijdt de polder zowel functioneel als visueel door zijn hoge ligging.

Het ruimtelijk beeld wordt verder bepaald door het agrarische grondgebruik van de polder, met in het westen hoofdzakelijk bollenteelt en in het oosten vooral graslanden. In de kustzone is het landschap verdicht door de bebouwing met verblijfsrecreatie met de bijbehorende groenranden. Sinds de aanleg van de zanddijken vormen de duinen van het Zwanenwater en de Pettemerduinen aan de westzijde een scherpe visuele grens met de polder.

Koegras

Ook polder Koegras is een grootschalig aandijkingenlandschap en wordt begrensd door een smalle duinenrij aan de westkant, het Noordhollands Kanaal aan de Oostkant, de rand van Den Helder en in het Zuiden door de Noord-Schinkeldijk en de Zijperdijk. Alleen het zuidelijk deel van deze polder valt binnen de voormalige gemeente Zijpe. Anders dan in de Zijpe- en Hazepolder is hier sprake van een vierkante ontginningsstructuur met bijbehorende waterwegen. De polder heeft een nagenoeg vlakke ligging. Het ruimtelijk beeld wordt ook hier bepaald door het grotendeels agrarische grondgebruik van de polder, met veel bollenteelt. Tegen de duinen en in ’t Hoekje zijn voornamelijk graslanden te vinden. De enige bebouwingskern binnen de voormalige gemeente Zijpe aan de rand van polder Koegras wordt gevormd door Groote Keeten.

Polders Callantsoog

Het ruimtelijk beeld van de polders van Callantsoog verschilt sterk met die van Koegras en de polder Zijpe. Het gebied bestaat uit meerdere kleinere polders die in de zestiende eeuw ontstaan zijn door de aanleg van kleinere dijkjes die hogere duingronden met elkaar verbonden. De huidige vorm is ontstaan na de aanleg van de polder de Zijpe aan het eind van de zestiende eeuw. Kleine uitlopers van de duinen en kleine duinvormige elementen zorgen voor een grillig verkavelingspatroon. De grilligheid van de waterlopen en de dijkjes tonen het oorspronkelijke kweldergebied.

Het ruimtelijk beeld wordt naast de landbouw en de woonkern Callantsoog mede sterk bepaald door natuurlijke bosjes en de recreatieve functies met bijbehorende verblijfsrecreatie zoals campings en huisjesparken.

afbeelding "i_NL.IMRO.0441.BVBGZIJPE-VA01_0002.png"

Figuur 2.1: De vier hoofdgebieden in de voormalige gemeente Zijpe.