direct naar inhoud van Toelichting
Plan: Partiële Herziening PALLAS-reactor, 2021
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0441.BPBGZPALLASHERZ-VA02

Toelichting

Hoofdstuk 1 Inleiding

1.1 Aanleiding

De Stichting Voorbereiding Pallas-reactor, verder PALLAS genoemd, heeft het voornemen om een multifunctionele nucleaire reactor te realiseren, die geschikt is voor het produceren van medische isotopen, industriële isotopen en het uitvoeren van nucleair technologisch onderzoek. Deze reactor, verder de PALLAS-reactor genoemd, dient ter vervanging van de huidige Hoge Flux Reactor (HFR) in Petten, die in 2021 60 jaar operationeel is en tegen het einde van zijn economische levensduur loopt. Het bestemmingsplan PALLAS-reactor is op 2 april 2019 door de gemeenteraad van de gemeente Schagen vastgesteld.

In het ontwerp van de PALLAS-reactor is sinds de vaststelling van het bestemmingsplan 'PALLAS-reactor' een aantal aanpassingen doorgevoerd. Deze en andere wijzigingen vormen voor PALLAS aanleiding om een procedure te doorlopen om het huidige plan 'PALLAS-reactor' te herzien. Met onderhavige partiële herziening worden de aanpassingen in het bestemmingsplan PALLAS-reactor planologisch juridisch mogelijk gemaakt.

1.2 Aard van de partiële herziening

Het karakter van een partiële herziening is dat het bestemmingsplan waarvan wordt afgeweken in stand blijft, maar dat ten aanzien van de regels en/of de verbeelding wijzigingen plaatsvinden. Het gaat derhalve niet om een nieuwe bestemming maar om een herziening van de bestemming op onderdelen, meer specifiek het verwijderen van een bestemming/aanduiding. Het geldende bestemmingsplan PALLAS – reactor blijft ook na deze partiële herziening van kracht. Een partiële herziening is dus iets anders dan een 'postzegel' - bestemmingsplan waarbij de geldende regeling, zowel verbeelding als regels, in zijn geheel verdwijnt in ruil voor het nieuwe bestemmingsplan.

1.3 Ligging en begrenzing van het bestemmingsplan

De voorliggende partiële herziening heeft betrekking op het plangebied van het bestemmingsplan PALLAS-reactor (vastgesteld op 2 april 2019). Daarnaast heeft de voorliggende herziening ook betrekking op het facetbestemmingsplan 'Parkeren', vastgesteld door de gemeenteraad van Schagen op 7 november 2017, en het Paraplu-omgevingsplan 1e tranche, vastgesteld op 30 juni 2020. De partiële herziening brengt hier geen wijzigingen in teweeg, de regeling van het facetbestemmingsplan en het Paraplu-omgevingsplan blijven onverkort van kracht. De partiële herziening omvat hetzelfde plangebied als het vigerende bestemmingsplan zoals is weergegeven in het volgende figuur:

afbeelding "i_NL.IMRO.0441.BPBGZPALLASHERZ-VA02_0001.png"

Afbeelding 1: Plan- en onderzoeksgebied inclusief aangrenzende gebieden

1.4 Leeswijzer

Het voorliggende bestemmingsplan vormt een partiële herziening van het bestemmingsplan PALLAS-reactor en het Paraplu-omgevingsplan 1e tranche. Voorts voorziet de partiële herziening in een wijziging van enkele regels van het bestemmingsplan PALLAS – reactor. De overige regels blijven van kracht.

Na deze inleiding, gaat de toelichting kort in op het beleid en de milieu – en omgevingsaspecten (voor zover nog niet beschreven in het geldende bestemmingsplan) en de nieuwe juridische regeling van de partiële herziening.

Hoofdstuk 2 Beleid

2.1 Algemeen

Sinds het vaststellen van het bestemmingsplan PALLAS-reactor zijn er een aantal ontwikkelingen geweest waardoor deze niet, of in onvoldoende mate, aansluiten op dit inmiddels vigerende plan. Met de voorliggende partiële herziening worden verschillende aspecten van de vigerende bestemmingsplannen aangepast. Voor het overige blijven de desbetreffende bestemmingsplannen van kracht. Het plan PALLAS–plot voorziet in de planologische vastlegging van de ligging van het koelwaterleidingsysteem, waardoor een wijzigingsbevoegdheid in het bestemmingsplan PALLAS-reactor overbodig is geraakt.

2.2 Milieu - en omgevingsaspecten

Het vigerende bestemmingsplan PALLAS-reactor biedt een toetsing aan de milieu – en omgevingsaspecten milieu(zonering), archeologie, cultuurhistorie & ruimtelijke kwaliteit, natuur, landschap, water, bodem, geluid, luchtkwaliteit, (externe) veiligheid, licht en duurzaamheid. De partiële herziening betreft het vervallen van enkele dubbelbestemmingen en gebieds-/functieaanduidingen. De partiële herziening ziet ook op het koelwaterleidingsysteem. Met het leggen van de definitieve leidingstrook en de locatie van het filterstation in het bestemmingsplan PALLAS–plot kunnen de daarvoor aanvankelijk opgenomen wijzigingsbevoegdheden komen te vervallen. Wat betreft de bovengenoemde inhoud van de partiële herziening zijn er geen milieu – en omgevingsaspecten die ten opzichte van het vigerende bestemmingsplan PALLAS-reactor en het Paraplu-omgevingsplan 1e tranche een nadere toetsing vereisen. Samengevat gelden er voor de milieu – en omgevingsaspecten geen belemmeringen.

Hoofdstuk 3 Juridische planbeschrijving

3.1 Planaanpassing

De partiële herziening heeft betrekking op de volgende (dubbel)bestemmingen en gebieds-/functieaanduiding:

  • Bedrijventerrein – Bijzonder bedrijventerrein
  • Dubbelbestemming: Waarde – Archeologie 5
  • Specifieke vorm van Natuur – Proefopstellingen

In het bestemmingsplan 'PALLAS-reactor' is aangegeven dat koeling plaatsvindt door middel van koeling met zoet water uit het Noordhollandsch Kanaal en lozing van koelwater op de Noordzee. In het plan PALLAS–plot wordt invulling gegeven aan deze keuze. Het plan PALLAS–plot borgt planologisch juridisch dat er twee innameconstructies bij het Noordhollandsch Kanaal worden gerealiseerd. Er wordt tevens een nieuw uitlaatpunt in de Noordzee gerealiseerd. Tussen het innamepunt, het reactorgebouw en het uitlaatpunt wordt het daadwerkelijke koelwatersysteem aangelegd. Met het leggen van de definitieve leidingstrook en de locatie van het filterstation kunnen de daarvoor aanvankelijk opgenomen wijzigingsbevoegdheden komen te vervallen. Deze partiële herziening voorziet daarin.

3.2 Wijzigingen in de regels

De regels van het bestemmingsplan PALLAS – reactor worden als volgt gewijzigd:

  • Aan artikel 1 'Begrippen' worden de volgende begrippen toegevoegd:

1.90 stikstofdepositie

neerslag van stikstofverbindingen uit de atmosfeer op een habitat c.q. leefgebied van soorten, waarbij de belasting, op een punt binnen een habitat, wordt uitgedrukt in mol N/ha/jr en de belasting op een habitat in geheel in mol N/jr;

1.91 gevelreclame

elke actuele aanduiding van commerciële of niet-commerciële aard, in de vorm van een opschrift, aankondiging en/of mededeling al dan niet in combinatie met een bouwkundige uitbreiding of attentie-element, voor zover deze van de openbare straat in, op, aan of rondom gebouwen zichtbaar is.

  • In de bestemmingsomschrijving van artikel 3 'Agrarisch' wordt artikel 3.1 onder f aangepast naar:

'een kleinschalig kampeerterrein, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding

'specifieke vorm van recreatie - kleinschalig kampeerterrein' met dien verstande dat het aantal niet-permanente standplaatsen niet meer mag bedragen dan 25 waarbij het aantal niet-permanente standplaatsen tezamen met het gebruik van of bouwwerkzaamheden op gronden met de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - kleinschalig kampeerterrein' opgenomen in het aangrenzende bestemmingsplan 'Pallas-Plot' met IMRO-code NL.IMRO.0441.BPBGZPALLASPLOT-VA01 gezamenlijk niet meer mag bedragen dan 25'

  • In de bestemmingsomschrijving van artikel 3 'Agrarisch' wordt artikel 3.1 onder h aangepast naar:

'trekkershutten ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - 'trekkershutten' het aantal trekkershutten niet meer mag bedragen dan 7 waarbij het aantal trekkershutten tezamen met het gebruik van of bouwwerkzaamheden op gronden met de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - 'trekkershutten' opgenomen in het aangrenzende berstemmingsplan 'Pallas-Plot' met IMRO-code NL.IMRO.0441.BPBGZPALLASPLOT-VA01, gezamenlijk niet meer mag bedragen dan 7'

  • In de bestemmingsomschrijving van artikel 3 'Agrarisch' wordt artikel 3.1 onder i aangepast naar:

'toiletgebouwen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - 'toiletgebouwen' het aantal toiletgebouwen niet meer mag bedragen dan 9 waarbij het aantal toiletgebouwen tezamen met het gebruik van of bouwwerkzaamheden op gronden met de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie – 'toiletgebouwen' opgenomen in het aangrenzende bestemmingsplan 'Pallas-Plot' met IMRO-code NL.IMRO.0441.BPBGZPALLASPLOT-VA01, gezamenlijk niet meer mag bedragen dan 9'

  • In de bouwregels van artikel 3 'Agrarisch' wordt artikel 3.2.7 onder a 'trekkershutten' aangepast naar:

'specifieke vorm van recreatie - trekkershutten';

  • In de bouwregels van artikel 3 'Agrarisch' wordt artikel 3.2.8 onder a 'toiletgebouwen' aangepast naar:

'specifieke vorm van recreatie – toiletgebouwen'

De aanpassingen in artikel 3 'Agrarisch' betreffen het kleinschalige kampeerterrein, dat mogelijk is gemaakt op het agrarisch bouwperceel aan de Belkmerweg 67 te St. Maartensvlotbrug. Hierbij is in het bestemmingsplan PALLAS reactor een fout geslopen ten opzichte van het vorige postzegelbestemmingsplan Belkmerweg 67 uit 2018. Op de verbeelding zijn de maatvoering aanduidingen 'maximumaantal trekkershutten' en 'maximumaantal toiletgebouwen' per abuis omgewisseld. De aanpassingen houden in dat wat betreft de aantallen niet langer naar de verbeelding wordt verwezen, maar dat deze aantallen nu rechtstreeks in de regels zijn opgenomen. De betreffende regeling is hierbij ook afgestemd op het bestemmingsplan PALLAS-plot, waarin nu een gelijke regeling is opgenomen.

Met deze aanpassingen is het gebruik van de gronden overeenkomstig met het recreatieve gebruik zoals oorspronkelijk planologisch is mogelijk gemaakt in het bestemmingsplan uit 2018.

  • In de bouwregels van artikel 4 'Bedrijventerrein – Bijzonder bedrijventerrein' wordt artikel 4.2.2 onder b aangepast naar:

'Voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

b. de bouwhoogte van erf – en terreinafscheidingen mag niet meer dan 5 m bedragen; de bouwhoogte wordt gemeten vanaf de voet van de erf- en terreinafscheidingen.'.

De aanpassing van de maximale hoogte van 3 meter naar 5 meter vangt de fluctuatie van het maaiveld in het gebied op. Daarbij is een verduidelijking voor de wijze van meten toegevoegd.

  • In de bouwregels van artikel 4 'Bedrijventerrein – Bijzonder bedrijventerrein' wordt in artikel 4.2.2 onder a aangepast naar:

'Voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

a. de bouwhoogte van schoorstenen en masten en daarmee naar aard gelijk te stellen bouwwerken, geen gebouw zijnde, mag niet meer dan 45 m bedragen, met dien verstande dat lichtmasten worden beschouwd als overige gevallen, zoals opgenomen onder sub c van dit artikel;'

  • In de bouwregels van artikel 4 'Bedrijventerrein – Bijzonder bedrijventerrein' wordt in artikel 4.2.2 onder d toegevoegd:

'Voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

d. armaturen dienen uitsluitend het bedrijventerrein en bedrijfsgebouwen zelf te verlichten en dienen naar beneden gerichte uitstraling te hebben.'.

  • In de bouwregels van artikel 4 'Bedrijventerrein – Bijzonder bedrijventerrein' wordt in artikel 4.5 onder c en d toegevoegd:

'Tot een gebruik in strijd met dit bestemmingsplan wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijvingen, waaronder in ieder geval wordt begrepen:

c. het gebruik van verlichting indien daardoor de verlichtingssterkte meer dan 0,1 lux op het omliggende Natura 2000-gebied 'Zwanenwater & Pettemerduinen' bedraagt gedurende de periode van 23.00 tot 7.00 uur;

d. het gebruik van verlichte gevelreclame gedurende de periode van 23.00 tot 7.00 uur.

Met deze toevoegingen wordt een mogelijk negatief effect veroorzaakt door lichthinder op het omliggende Natura 2000-gebied 'Zwanenwater & Pettemerduinen' voorkomen.

  • In de specifieke gebruiksregels van artikel 4 'Bedrijventerrein – Bijzonder bedrijventerrein' wordt onder artikel 4.5 een lid en bijbehorende bijlage toegevoegd:

4.5.1 Stikstofdepositie

Tot een gebruik in strijd met dit bestemmingsplan wordt begrepen het gebruiken of laten gebruiken van gronden en bouwwerken en het verrichten van bouwwerkzaamheden op of in de in 4.1 bedoelde gronden, die leiden tot een toename van stikstofdepositie op voor stikstof gevoelige habitats in een Natura 2000-gebied met meer dan:

a. de depositietoename die opgenomen is in tabel 1, zoals die is opgenomen in bijlage 3 van deze regels, gedurende de bouwfase.

b. de depositietoename die opgenomen is in tabel 2, zoals die is opgenomen in bijlage 3 van deze regels, vanaf het moment na de bouwfase.

Zowel in de realisatiefase als in de exploitatiefase treedt emissie van stikstof op. Het voornemen (de bouw en exploitatie van de PALLAS-reactor) heeft effect op (een deel van) de natuur door een toename van de stikstofdepositie in de aangewezen Natura 2000-gebieden. Het effect van de toename van de stikstofdepositie op de Natura 2000-gebieden is met een passende beoordeling onderzocht per habitattype, op basis van literatuurgegevens en verschillende veldbezoeken aan het gebied. De toename die zich voordoet in zowel de bouw- als gebruiksfase leiden niet tot aantasting van de natuurlijke kenmerken in de betreffende Natura 2000-gebieden. Met de toevoeging van dit lid wordt een plafond opgenomen met betrekking tot de maximale toegestane stikstofdepositie. Hiermee wordt geborgd dat er geen significant negatief effect wordt veroorzaakt op de Natura 2000-gebieden.

  • De gebiedsaanduiding 'Specifieke vorm van Natuur – Proefopstellingen' vervalt.

In het huidige bestemmingsplan PALLAS-reactor is binnen de bestemming Natuur nog een specifieke gebiedsaanduiding Specifieke vorm van Natuur – Proefopstellingen opgenomen voor het voormalige windmolenpark dat daar was gesitueerd. Dit is inmiddels achterhaald nu daar natuurcompensatie zal worden toegepast.

  • In de bouwregels van artikel 18 'Waarde – Archeologie 5' wordt onder artikel 18.2.1 een sub e en een sub f toegevoegd:

e. bouwwerken, waaronder in ieder geval de leidingen, ten behoeve van het secundair koelwatersysteem ter plaatse van de dubbel bestemming 'Leiding - Leidingstrook koelwatersysteem';

f. bouwwerken ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijventerrein - concentratiegebied nucleaire activiteiten'.

Met deze toevoegingen wordt mogelijk gemaakt dat er geen bijkomende, onnodige vergunningen noodzakelijk zijn voor het realiseren van de PALLAS-reactor en de daarbij behorende bebouwing.

  • Voor de volledigheid worden onder de uitzondering van artikel 18 'Waarde – Archeologie 5' onder artikel 18.4.2 een sub e en een sub f toegevoegd:

e. indien werken en/of werkzaamheden ten behoeve van het secundair

koelwatersysteem ter plaatse van de dubbel bestemming 'Leiding - Leidingstrook

koelwatersysteem' onder begeleiding van een archeologisch deskundige

plaatsvinden.

f. indien werken en/of werkzaamheden plaatsvinden ter plaatse van de

functieaanduiding 'specifieke vorm van bedrijventerrein - concentratiegebied

nucleaire activiteiten' onder begeleiding van een archeologisch deskundige

plaatsvinden.

Door een voorwaarde te stellen aan bovenstaande uitzonderingen zal erop worden toegezien dat de werkzaamheden ten behoeve van de aanleg van de PALLAS-reactor en het secundair koelwatersysteem ter plaatse van de dubbelbestemming 'Waarde – Archeologie 5' onder begeleiding van een archeologisch deskundige dienen plaats te vinden. Op deze manier wordt er voorafgaand aan de werkzaamheden geborgd dat er ter plaatse geen archeologische waarden (meer) zijn of de archeologische waarden niet onevenredig worden aangetast.

  • Op de verbeelding komen de maatvoering aanduidingen 'maximumaantal niet-permanente standplaatsen: 25', 'maximumaantal trekkershutten: 9' en 'maximumaantal toiletgebouwen: 7' te vervallen.

In verband met de aanpassing van de regeling voor het kleinschalig kampeerterrein aan de Belkmerweg 67 komen de maatvoeringsaanduidingen op deze plek te vervallen, de betreffende aantallen zijn nu direct in de regels zelf opgenomen.

  • Artikel 26.1 'Koelwaterleidingen' en artikel 26.2 'Pomp- en/of filterstation' inclusief de daarbij behorende aanduidingen 'wetgevingszone-wijzigingsgebied 1' en 'wetgevingszone-wijzigingsgebied 2' vervallen.

In het bestemmingsplan 'PALLAS-reactor' is ten behoeve van de koelwaterleidingen, die onderdeel uit gaan maken van het secundair koelwatersysteem van de PALLAS-reactor, een zoekgebied opgenomen met bijbehorende wijzigingsbevoegdheid. De exacte ligging van de koelwaterleidingen kon daarmee in een latere fase worden vastgelegd. Die exacte ligging is inmiddels binnen dat zoekgebied bepaald en wordt met het bestemmingsplan PALLAS–plot vastgelegd. Met het leggen van de definitieve leidingstrook en de locatie van het filterstation kunnen de daarvoor aanvankelijk opgenomen wijzigingsbevoegdheden komen te vervallen.

3.3 Opzet planregels

De regels bestaan uit drie hoofdstukken. Dit zijn allereerst de 'Inleidende regels', welke de begrippen uitlegt. Dan volgen de 'Algemene regels', waaronder een zogenoemde schakelbepaling (artikel 3). Deze schakelbepaling bepaalt ondubbelzinnig dat de verbeelding en planregels uit het vorige bestemmingsplan al dan niet gedeeltelijk van overeenkomstige toepassing blijft. Tot slot volgen de 'Overgangs- en slotregels'.

Hoofdstuk 4 Uitvoerbaarheid

4.1 Algemeen

Wettelijk bestaat de verplichting om inzicht te geven in de uitvoerbaarheid van een bestemmingsplan. In dat verband wordt een onderscheid gemaakt tussen de maatschappelijke en de economische uitvoerbaarheid in grondexploitatie.

4.2 Maatschappelijke uitvoerbaarheid

4.2.1 Vooroverleg

Op grond van artikel 3.1.1 van het Bro is het bestuursorgaan dat is belast met de voorbereiding van een bestemmingsplan, de gemeente, verplicht om daarbij overleg te plegen met de besturen van betrokken gemeenten, waterschappen en die diensten van provincie en Rijk die betrokken zijn bij de zorg voor de ruimtelijke ordening.

In dat kader is het voorontwerpbestemmingsplan voorgelegd aan de volgende instanties:

  • GGD Hollands Noorden
  • Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier
  • Regionale Uitvoeringsdienst Noord-Holland Noord
  • Provincie Noord-Holland
  • Rijkswaterstaat
  • Veiligheidsregio Noord-Holland Noord

Naar aanleiding van de binnengekomen reacties is de toelichting op onderdelen herzien. In Bijlage 1 bij deze toelichting is de Antwoordnota vooroverleg gevoegd.

4.2.2 Zienswijzen

Op de voorbereiding van het besluit omtrent de aanpassingen is de in artikel 3.8 Wro geregelde procedure van toepassing, dat wil zeggen dat het ontwerp gedurende zes weken ter inzage dient te liggen, waarbinnen eenieder zijn zienswijze kenbaar kan maken.

Het ontwerp bestemmingsplan 'Partiële Herziening PALLAS-reactor, 2021' heeft voor een ieder ter inzage gelegen in de periode vanaf 30 april tot en met 11 juni 2021. Gedurende deze periode heeft ook het ontwerp bestemmingsplan 'PALLAS-plot' ter inzage gelegen.

Op de partiële herziening zijn geen zienswijzen ingediend. Wel is het plan ambtshalve aangepast. Het plangebied is verkleind om geen overlap te hebben met bestemmingsplan

'PALLAS-plot' en bestemmingsplan 'Kustzone Petten'. Ook is de stikstofbepaling aangepast en afgestemd op de stikstofbepaling in bestemmingsplan 'PALLAS plot'.

Er zijn weliswaar geen zienswijzen ingediend op de partiele herziening, maar vanwege de coordinatieregeling gelden de op bestemmingsplan 'PALLAS-plot' ingediende zienswijzen ook voor de partiele herziening.

Voor een weergave van de zienswijzen en de gemeentelijke reactie daarop wordt verwezen naar de Nota zienswijzen en ambtshalve wijzigingen ontwerpbestemmingsplan Pallas-Plot en partiele herziening Pallas-Reactor, 2021, inclusief bijlage, welke zijn opgenomen als Bijlage 2 en Bijlage 3 bij deze toelichting.

4.3 Economische uitvoerbaarheid

Op grond van artikel 3.1.6 onder 1 van het Besluit ruimtelijke ordening dient in het kader van de bestemmingsplanprocedure de economische uitvoerbaarheid van het plan te worden onderzocht. In het vigerende bestemmingsplan 'PALLAS-reactor' is de economische uitvoerbaarheid reeds voldoende onderbouwd.

Dit bestemmingsplan bevat geen aangewezen bouwplan (artikel 6.12 Wro in samenhang met artikel 6.2.1 Bro). Het opstellen van een exploitatieplan is daarom niet aan de orde.