direct naar inhoud van Artikel 3 Bedrijf
Plan: Overwhere-Zuid 2012
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0439.BPOWZ2012-va01

Artikel 3 Bedrijf

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. bedrijven uit ten hoogste categorie 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten bedrijventerreinen;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'verkooppunt motorbrandstoffen met lpg' uitsluitend een tankstation met lpg als bedoeld in categorie 3.1 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten "bedrijventerreinen", met bijbehorende detailhandel;
  • c. bedrijfswoningen;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'opslag' uitsluitend opslagdoeleinden;
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'gemaal' uitsluitend een gemaal;
  • f. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning' is tevens ten hoogste één bestaande bedrijfswoning met bijbehorende bouwwerken en de bij de bedrijfswoning behorende tuinen en erven toegestaan;
  • g. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, parkeervoorzieningen, fiets- en voetpaden, nutsvoorzieningen en water.
3.2 Bouwregels
3.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

  • a. op deze gronden mag worden gebouwd;
  • b. gebouwen worden uitsluitend gebouwd binnen het bouwvlak;
  • c. ten aanzien van de goothoogte geldt de ter plaatse van de aanduiding "maximale goothoogte" opgenomen maximale hoogte;
  • d. voor zover geen bouwhoogte is aangegeven, mag de bouwhoogte van het hoofdgebouw ten hoogste de oorspronkelijk bouw- of nokhoogte bedragen;
  • e. ten aanzien van het bebouwingspercentage geldt het ter plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage' opgenomen maximum percentage;
  • f. indien geen bebouwingspercentage is opgenomen op de verbeelding bedraagt het maximale bebouwingspercentage binnen het bouwvlak 100%;
  • g. op elk bouwperceel, indien niet voorzien van de aanduiding 'bedrijfswoning', is ten hoogste één bedrijfswoningen toegestaan, met dien verstande dat:
    • 1. de inhoud van een bedrijfswoning niet meer dan 400m3 en, voorzover een bedrijfswoning vrijstaand wordt gebouwd, de goothoogte niet meer dan 5,5 meter en de nokhoogte niet meer dan 8 meter mag bedragen;
    • 2. de oppervlakte van bij een bedrijfswoning behorende bouwwerken, niet meer dan 25 m2, de goothoogte van enig gebouw niet meer dan 3 meter en de nokhoogte niet meer dan 4 meter mag bedragen.
3.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de regels zoals opgenomen in artikel 24.1.

3.3 Specifieke gebruiksregels

Met betrekking tot het gebruik gelden de volgende regels:

  • a. de opslag van meer dan 10.000 kg consumentenvuurwerk is niet toegestaan;
  • b. detailhandel in volumineuze goederen en grootschalige detailhandel is niet toegestaan;
  • c. gebruik van onbebouwde gronden voor opslag is niet toegestaan.
3.4 Afwijken van de gebruiksregels

Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.1 onder a:

  • a. om ter plaatse waar bedrijven tot en met categorie 2 toegestaan zijn, bedrijven toe te laten die voorkomen binnen categorie 3.1, voorzover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving (gelet op de specifieke werkwijze of bijzondere verschijningsvorm alsmede getoetst aan de aangegeven maatgevende milieuaspecten) geacht kan worden te behoren tot categorie 2;
  • b. om bedrijven toe te laten die niet in de Staat van Bedrijfsactiviteiten zijn genoemd, voor zover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving (gelet op de specifieke werkwijze of bijzondere verschijningsvorm alsmede getoetst aan de aangegeven maatgevende milieuaspecten) geacht kan worden te behoren tot de volgens artikel 3.1 onder a toegelaten categorieën van de Staat van Bedrijfsactiviteiten.