direct naar inhoud van 2.2 Provinciaal beleid
Plan: Overwhere Noord 2012
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0439.BPOWN-va01

2.2 Provinciaal beleid

2.2.1 Structuurvisie Noord-Holland 2040

In de Structuurvisie2 geeft de provincie Noord-Holland aan op welke manier zij de ruimte in de provincie de komende 30 jaar wil benutten en ontwikkelen. De hoofddoelstelling is het inspelen op de veranderingen die tot 2040 te verwachten zijn. In de periode tot 2040 zullen verdere globalisering en klimaatverandering grote gevolgen hebben voor Noord-Holland. Ook veranderingen en trends op nationaal en lokaal niveau hebben een grote ruimtelijke impact. Deze veranderingen leiden tot een aantal belangrijke ruimtelijke opgaven en keuzes. In de Structuurvisie worden deze ontwikkelingen en de voornaamste keuzes die de Provincie Noord-Holland zal moeten maken kort toegelicht. Ook wordt geschetst hoe de provincie er in 2040 uitziet en op welke wijze de Provincie met deze structuurvisie zal bijdragen aan het realiseren van dit toekomstbeeld. De Structuurvisie is vastgesteld op 21 juni 2010 en in werking getreden op 1 november 2010.

Uitgangspunt is om de vraag naar woningen zoveel mogelijk te realiseren binnen het Bestaand Bebouwd Gebied. Dit komt zowel het realiseren van (hoog)stedelijke voorzieningen in de metropoolregio (de metropolitane strategie) als het behouden van regionale/lokale voorzieningen in kleine(re) kernen in het noorden ten goede. Door concentratie worden verkeer en vervoersnetwerken optimaal benut en wordt een voldoende en gedifferentieerd aanbod van sociaal-culturele voorzieningen behouden. Verdichting brengt een aantal aandachtspunten met zich mee op het gebied van sociaal-maatschappelijke voorzieningen, functiemenging en financiering. Voorzieningen zoals scholen, kantoren en bedrijfsruimten, winkelaanbod, ruimte voor groen, recreatie, sport en zorg zijn onlosmakelijk verbonden met het woonprogramma. Door gevarieerde programma's zijn deze functies binnen het Bestaand Bebouwd Gebied te behouden.

Purmerend is op de structuurvisiekaart aangegeven als 'metropolitaan stedelijk gebied en regionale kernen'. Voor deze gebieden geldt beleid van innovatief ruimtegebruik, intensiveren en herstructureren, mengen van wonen en werken, kwaliteitsverbetering, kennisintensieve en creatieve milieus. Tevens wordt Purmerend aangeduid als 'Bestaand bebouwd gebied'. Buiten dit gebied worden geen nieuwe uitleglocaties gewenst, ruimtewinst moet worden gevonden door verdichting.

Het voorliggende bestemmingsplan is niet in strijd met de gestelde doelen in de structuurvisie.

2.2.2 Provinciale woonvisie 2010-2020 'Goed Wonen in Noord-Holland'

Als uitwerking van de Structuurvisie Noord-Holland 2040 heeft de provincie een woonvisie opgesteld. De ambitie die de provincie in haar woonvisie verwoord luidt: 'Voldoende woningen voor alle inwoners van Noord-Holland van een passende kwaliteit en in een aantrekkelijk woonmilieu.' Hierbij gaat het niet alleen om het aantal woningen dat gebouwd moet worden, maar ook om het type woningen. In de visie worden drie speerpunten benoemd:

  • 1. betere afstemming tussen vraag en aanbod voor alle consumenten en vooral voor doelgroepen die minder kansen hebben op het vinden van een geschikte woning;
  • 2. betere afstemming van voorzieningen in de woonomgeving op de vraag van bewoners;
  • 3. verbetering van de duurzaamheid van het woningaanbod en de woonomgeving.

Het voorliggende bestemmingsplan is niet in strijd met de gestelde ambities en speerpunten in de woonvisie.

2.2.3 Provinciaal verkeers- en vervoersplan

In het Provinciaal verkeers- en vervoersplan3 wordt uiteengezet dat de provincie er voor kiest om bij het opstellen van haar beleid de lijnen uit te zetten en niet alles tot in de details vast te leggen. De algemene beleidsdoelstelling die in het plan is neergelegd, is 'vlot en veilig door Noord-Holland'. In het plan wordt uiteengezet dat de provincie een groeiende uitdaging kent door de stijgende mobiliteitsvraag. Om tot het beste netwerkgebruik te komen zal Noord-Holland inzetten op de volgende speerpunten:

  • 1. anders Betalen voor Mobiliteit;
  • 2. ketenmobiliteit en mobiliteitsmanagement;
  • 3. impuls fiets;
  • 4. hoogwaardig openbaar vervoer;
  • 5. verkeersmanagement en ICT;
  • 6. goederenvervoer;
  • 7. ruimtelijke ontwikkeling.

Deze speerpunten zullen onderling samenhangend en elkaar versterkend worden ingezet.

De provincie streeft bij de ontwikkeling van haar infrastructuurbeleid een zorgvuldige inpassing na en investeert in milieu, ecologie en ruimtelijke kwaliteit bij aanleg van infrastructuur. Inpassing in het landschap en ontsnippering zijn hierbij randvoorwaarden. En indien nodig zal natuurcompensatie toegepast worden.

Bij de ontwikkeling dan wel de herstructurering van infrastructuur liggen vaak mogelijkheden om slimme combinaties aan te gaan met projecten in de omgeving. Hierbij gaat het niet alleen om de landschappelijke inpassing, maar om het samenspel van verschillende ruimtelijke ontwikkelingen in de omgeving. Door sterker in te zetten op de kwaliteit van het landschap als geheel wordt infrastructuur onderdeel van het landschap en passend binnen het landschap. Hiermee neemt de duurzaamheid van de oplossing toe. De provincie zal bij verschillende nieuwe ontwikkelingen de opgave vanuit een breder landschappelijk kader bekijken en zich inzetten voor een goede ruimtelijke kwaliteit.

2.2.4 Provinciaal waterplan 2010-2015

Het provinciaal Waterplan 2010-20154 heeft als motto "Beschermen, benutten, beleven en beheren". Het Waterplan beschrijft de kaders voor waterbeheer in Noord-Holland. Binnen deze kaders treffen vooral waterschappen en gemeente maatregelen om de burgers te beschermen tegen wateroverlast en watertekort en om de waterkwaliteit te verbeteren. De belangrijkste thema's zijn veiligheid, waterkwaliteit, waterkwantiteit, grondwater en de rol van de provincie.

2.2.5 Conclusie provinciaal beleid

In het voorliggende bestemmingsplan wordt voldaan aan de doelen en uitgangspunten zoals gesteld in het provinciaal beleid.