direct naar inhoud van Artikel 5 Bedrijf - 2
Plan: De Gors e.o. 2010
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0439.BPGORS2010-va01

Artikel 5 Bedrijf - 2

5.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Bedrijf-2 aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. ter plaatse van de aanduiding "bedrijf tot en met categorie B2": bedrijven uit ten hoogste categorie B2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten "functiemenging";
  • b. ter plaatse van de aanduiding "bedrijf tot en met categorie C": bedrijven uit ten hoogste categorie C van de Staat van Bedrijfsactiviteiten "functiemenging";
  • c. ter plaatse van de aanduiding "gemaal": uitsluitend een gemaal;
  • d. ter plaatse van de aanduiding "nutsvoorziening": uitsluitend een nutsvoorziening;
  • e. ter plaatse van de aanduiding "bedrijfswoning": ten hoogste één bedrijfswoning;
  • f. ter plaatse van de aanduiding "verkooppunt voor motorbrandstoffen, zonder lpg": uitsluitend een benzineservicestation zonder lpg-verkoop, voor zover deze voorkomt in categorie 3.1 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten "bedrijventerrein", met bijbehorende detailhandel;
  • g. ondergeschikte kantoorvoorzieningen en detailhandel zijn toegestaan, met inachtneming van het bepaalde onder lid 4, sub g, met dien verstande dat zelfstandige detailhandel en kantoor niet zijn toegestaan;
  • h. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, water, nutsvoorzieningen, parkeervoorzieningen, ontsluitingswegen en laad- en losvoorzieningen.
  • i. bij deze bestemming behorende erven, terreinen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
5.2 Bouwregels

5.2.1. Gebouwen

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

  • a. op deze gronden mag worden gebouwd;
  • b. gebouwen worden binnen het bouwvlak gebouwd, met uitzondering van gebouwen ten behoeve van nutsvoorzieningen;
  • c. bedrijfswoningen zijn uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding "bedrijfswoning" en hebben een inhoud van ten hoogste 600 m³.
  • d. ten aanzien van de goot- en bouwhoogte gelden de ter plaatse van de aanduiding "maximale goot- en bouwhoogte" opgenomen maximale hoogten.
  • e. de bouwhoogte van gebouwen ten behoeve van nutsvoorzieningen bedraagt ten hoogste 3 meter.

5.2.2. Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor de maximaal toegestane bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, wordt verwezen naar artikel 32.3.

5.3 Ontheffing van de bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in lid 2 ten behoeve van het bouwen van nieuwe gebouwen of het uitbreiden van bestaande gebouwen buiten het bouwvlak, mits het gezamenlijke oppervlakte van de gebouwen buiten het bouwvlak niet meer bedraagt dan 100 m2 en de bouwhoogte niet hoger is dan 5 meter.

5.4 Specifieke gebruiksregels

Met betrekking tot het gebruik gelden de volgende regels:

  • a. opslag van meer dan 10.000 kg consumentenvuurwerk is niet toegestaan;
  • b. verkooppunten voor motorbrandstoffen zijn niet toegestaan;
  • c. Bevi-inrichtingen zijn niet toegestaan;
  • d. opslag van meer dan 10.000 kg consumentenvuurwerk is niet toegestaan;
  • e. Wgh-inrichtingen zijn niet toegestaan;
  • f. activiteiten uit kolom 1 van bijlagen C en D van het Besluit milieueffectrapportage 1994 zijn niet toegestaan in de gevallen, zoals genoemd in kolom 2 van de desbetreffende bijlage.
  • g. de in lid 1 onder f bedoelde kantoorvloeroppervlakte mag per bedrijf maximaal 50% van de brutovloeroppervlakte zijn; kantoorvloeroppervlakte van meer dan 500 m² per bedrijf is in geen geval toegestaan.
5.5 Ontheffing van de Staat van Bedrijfsactiviteiten "functiemenging"

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in lid 1:

  • a. om bedrijven toe te laten uit een categorie hoger dan in lid 1 genoemd, voor zover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving (gelet op de specifieke werkwijze of bijzondere verschijningsvorm) geacht kan worden te behoren tot de volgens lid 1 toegelaten categorieën van de Staat van Bedrijfsactiviteiten "functiemenging";
  • b. om bedrijven toe te laten die niet in de Staat van Bedrijfsactiviteiten "functiemenging" zijn genoemd, voor zover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving geacht kan worden te behoren tot de volgens lid 1 toegelaten categorieën van de Staat van Bedrijfsactiviteiten "functiemenging";

met inachtneming van de volgende bepalingen:

  • c. Bevi-inrichtingen zijn niet toegestaan;
  • d. opslag van meer dan 10.000 kg consumentenvuurwerk is niet toegestaan;
  • e. Wgh-inrichtingen zijn niet toegestaan;
  • f. activiteiten uit kolom 1 van bijlagen C en D van het Besluit milieueffectrapportage 1994 zijn niet toegestaan in de gevallen, zoals genoemd in kolom 2 van de desbetreffende bijlage.