direct naar inhoud van Artikel 11 Gemengd - 4
Plan: De Gors e.o. 2010
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0439.BPGORS2010-va01

Artikel 11 Gemengd - 4

11.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Gemengd-4 aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. praktijkruimten;
  • b. ateliers;
  • c. dienstverlening;
  • d. maatschappelijke voorzieningen;
  • e. kantoren;
  • f. bedrijven voor zover deze voorkomen in categorie A en B van de Staat van Bedrijfsactiviteiten "functiemenging";
  • g. ter plaatse van de aanduiding "wonen": uitsluitend één woning;
  • h. een hovenier;
  • i. zelfstandige detailhandel is niet toegestaan;
  • j. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, parkeervoorzieningen, nutsvoorzieningen en water.
  • k. bij deze bestemming behorende erven, terreinen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
11.2 Bouwregels
11.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

  • a. op deze gronden mag worden gebouwd;
  • b. gebouwen worden uitsluitend gebouwd in het bouwvlak, met uitzondering van gebouwen ten behoeve van nutsvoorzieningen;
  • c. ten aanzien van de bouwhoogte gelden de ter plaatse van de aanduiding "maximale bouwhoogte" opgenomen maximale hoogten.
  • d. het gezamenlijk vloeroppervlak voor het gebruik van de functies mag per bouwperceel niet meer bedragen dan 150 m² met uitzondering van de gronden met de nadere aanduiding "wonen";
  • e. op de gronden met de aanduiding "wonen" mag de gezamenlijke oppervlakte van gebouwen niet meer bedragen dan 25% van het oppervlak van het bouwvlak met een maximum van 300 m²;
  • f. de afstand tussen gebouwen, geen woningen zijnde en de gronden met de bestemming Water mag niet minder dan 5 m bedragen;
  • g. voor zover geen bouwhoogte is aangegeven geldt dat de bouwhoogte ten hoogste de oorspronkelijke nokhoogte mag bedragen.
  • h. de bouwhoogte van gebouwen ten behoeve van nutsvoorzieningen bedraagt ten hoogste 3 meter.
11.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor de maximaal toegestane bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, wordt verwezen naar artikel 32.3.

11.3 Ontheffing van de bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in lid 2 ten behoeve van het bouwen van nieuwe gebouwen of het uitbreiden van bestaande gebouwen buiten het bouwvlak, mits het gezamenlijke oppervlakte van de gebouwen buiten het bouwvlak niet meer bedraagt dan 100 m2 en de bouwhoogte niet hoger is dan 5 meter.

11.4 Specifieke gebruiksregels

Met betrekking tot het gebruik gelden de volgende regels:

11.4.1 Mantelzorg
  • a. Onder een gebruik strijdig met de bestemming wordt in ieder geval verstaan het gebruiken of het laten gebruiken van een bijgebouw als zelfstandige woning en als afhankelijke woonruimte.
  • b. Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in het eerste lid van dit artikel om een tijdelijk gebruik als afhankelijke woonruimte toe te staan.
  • c. Een ontheffing kan per woning slechts eenmaal worden verleend.
  • d. Burgemeester en wethouders trekken de ontheffing in indien de bij het verlenen van de ontheffing bestaande noodzaak uit een oogpunt van mantelzorg niet meer aanwezig is.
  • e. De ontheffing kan slechts worden verleend indien:
  • 1. de afhankelijke woonruimte en de bewoning daarvan noodzakelijk is uit een oogpunt van mantelzorg;
  • 2. de afhankelijke woonruimte is gesitueerd binnen een straal van 10 meter van de dichtstbijzijnde zij- of achtergevel van het hoofdgebouw;
  • 3. de afhankelijke woonruimte is op ten minste één meter afstand achter de (verlengde) voorgevel van het hoofdgebouw gesitueerd;
  • 4. de oppervlakte van de afhankelijke woonruimte niet meer bedraagt dan 60 m², met dien verstande dat - indien de oppervlakte van de gronden achter de (verlengde) voorgevelrooilijn meer bedraagt dan 200 m² - die oppervlakte mag worden vermeerderd met 10% van die overmaat tot een oppervlakte van niet meer dan 80 m²;
  • 5. de bepalingen van het Bouwbesluit het gebruik van bebouwing als afhankelijke woonruimte niet in de weg staan;
  • 6. geen sprake is van een onevenredige aantasting van het straat- en bebouwingsbeeld, de milieusituatie, omgevingswaarden dan wel de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden.
11.4.2 Overige specifieke gebruiksregels
  • a. Bevi-inrichtingen niet zijn toegestaan;
  • b. de opslag van meer dan 10.000 kg consumentenvuurwerk is niet toegestaan;
  • c. verkooppunten voor motorbrandstoffen zijn niet toegestaan;
  • d. Wgh-inrichtingen zijn niet toegestaan;
  • e. activiteiten uit kolom 1 van bijlagen C en D van het Besluit milieueffectrapportage 1994 zijn niet toegestaan in de gevallen, zoals genoemd in kolom 2 van de desbetreffende bijlage.
11.5 Ontheffing van de gebruiksregels

Ontheffing van de Staat van Bedrijfsactiviteiten "functiemenging"

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in lid 1:

  • a. om bedrijven toe te laten uit een categorie hoger dan in lid 1 genoemd, voor zover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving (gelet op de specifieke werkwijze of bijzondere verschijningsvorm) geacht kan worden te behoren tot de volgens lid 1 toegelaten categorieën van de Staat van Bedrijfsactiviteiten "functiemenging";
  • b. om bedrijven toe te laten die niet in de Staat van Bedrijfsactiviteiten "functiemenging" zijn genoemd, voor zover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving geacht kan worden te behoren tot de volgens lid 1 toegelaten categorieën van de Staat van Bedrijfsactiviteiten "functiemenging";

met inachtneming van de volgende bepalingen:

  • a. Bevi-inrichtingen en Wgh-inrichtingen zijn niet toegestaan;
  • b. opslag van meer dan 10.000 kg consumentenvuurwerk is niet toegestaan;
  • c. activiteiten uit kolom 1 van bijlagen C en D van het Besluit milieueffectrapportage 1994 zijn niet toegestaan in de gevallen, zoals genoemd in kolom 2 van de desbetreffende bijlage.