Plan: | Bedrijventerreinen 2013 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0439.BPBT2013-va02 |
Artikel 3.1.1 van het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) schrijft voor dat een bestuursorgaan dat belast is met de voorbereiding van een bestemmingsplan, daarbij overleg pleegt met de besturen van betrokken gemeenten en waterschappen en met die diensten van Rijk en provincie die betrokken zijn bij de zorg voor de ruimtelijke ordening of belast zijn met de behartiging van belangen welke in het plan in het geding zijn. Artikel 3.1.6 Bro bepaalt daarnaast dat in de toelichting de uitkomsten van dit overleg worden beschreven.
Het voorontwerp van dit bestemmingsplan is met de volgende instanties besproken:
De VROM-Inspectie heeft in een brief van 14 juni 2010 laten weten dat als er geen nationaal belang aan de orde is, zij ook niet betrokken hoeft te worden in het vooroverleg. Aangezien binnen het plangebied geen nationaal belang speelt, is de VROM-Inspectie niet als vooroverlegpartner aangemerkt.
De Gasunie, Hoogheemraadschap en de Veiligheidsregio Zaanstreek-Waterland hebben opmerkingen gemaakt. Deze zijn besproken en becommentarieerd in het inspraakrapport.
De Algemene Inspraakverordening van de gemeente Purmerend bepaalt dat elk bestuursorgaan ten aanzien van zijn eigen bevoegdheden kan besluiten of inspraak wordt verleend bij de voorbereiding van gemeentelijk beleid. In dit geval is geoordeeld dat, gelet op de aard en de omvang van het plangebied, er voldoende redenen waren om inspraak te verlenen.
Tijdens de voorbereiding van het bestemmingsplan is gesproken met de werkgroep De Koog en met de Werkgroep Baanstee. De wijkkerngroepen van de omliggende woonwijken, te weten Overwhere, Wheermolen en Purmer-Noord, zijn eveneens in een vroeg stadium geconsulteerd.
Het voorontwerp heeft van 18 september tot en met 29 oktober 2012 ter inzage gelegen. Gedurende deze periode konden zowel mondeling als schriftelijk inspraakreacties ten aanzien van het voorontwerp-bestemmingsplan naar voren worden gebracht.
Tevens is het voorontwerp 'Bedrijventerreinen 2013' op 2 oktober 2012 tijdens een informatieavond toegelicht.
In totaal tien bedrijven/instanties hebben opmerkingen gemaakt. Deze worden becommentarieerd in het inspraakrapport dat naar aanleiding hiervan is opgesteld. Alle indieners hebben een exemplaar hiervan toegestuurd gekregen.
Artikel 3:8 Wro bepaalt dat op de voorbereiding van een bestemmingsplan afdeling 3:4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is. Deze afdeling bevat bepalingen rond de Uniforme openbare voorbereidingsprocedure.
Het ontwerp van dit bestemmingsplan ter inzage gelegen van 8 februari tot en met 22 maart 2013. De kennisgeving is in de Staatscourant van 7 februari 2013 geplaatst. Tevens is de kennisgeving electronisch toegestuurd aan de volgende instanties:
Geen van de instanties heeft opmerkingen gemaakt.
De ontvangen zienswijzen zijn besproken en van commentaar voorzien in de 'Memorie van Antwoord bestemmingsplan Bedrijventerreinen 2013'.