direct naar inhoud van Artikel 3 Bedrijf
Plan: Bedrijfsterrein Bombraak, tweede fase
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0431.BP2010001001-0401

Artikel 3 Bedrijf

Bestemmingsomschrijving
3.1 De voor "Bedrijf" aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. bedrijfsactiviteiten, voor zover deze bedrijven behoren tot de categorieën 2, 3A, 3B en 4A van de van deze regels deel uitmakende Staat van bedrijfsactiviteiten, met uitzondering van
    • 1. inrichtingen als bedoeld in artikel 2.4 van het Inrichtingen- en vergunningenbesluit milieubeheer;
    • 2. seksinrichtingen;
    • 3. grootschalige detailhandel;
  • b. productiegebonden detailhandel en horeca ten dienste van de onder a. genoemde activiteiten;
  • c. kantooractiviteiten ten dienste van de onder a. genoemde activiteiten;
  • d. snelweggerelateerde horeca;
  • e. verkeers- en verblijfsactiviteiten.

Bouwregels
3.2 Ten behoeve van de in 3.1 genoemde doeleinden mogen de daarbij behorende gebouwen, bouwwerken, geen gebouw zijnde en werken, geen bouwwerk zijnde worden gerealiseerd, met inachtneming van:

  • a. de in 3.3 t/m 3.4 genoemde bepalingen;
  • b. de aangegeven aanduidingen.

3.3 Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen:

  • a. een gebouw mag uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd;
  • b. voor het bouwen van gebouwen gelden voorts de maatvoeringseisen zoals aangegeven in onderstaande tabel:
Gebouwen   Eis  
minimale onderlinge afstand tussen gebouwen   5 meter  
minimale afstand van gebouwen tot de zijdelingse perceelsgrens   3 meter  
maximale hoogte nutsgebouwen   3 meter  
maximale oppervlakte nutsgebouwen   15 m2  

3.4 Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouw zijnde gelden de maatvoeringseisen, zoals aangegeven in de onderstaande tabel:

Bouwwerk geen gebouw zijnde   Eis  
maximale hoogte erfafscheidingen   2,5 meter  
maximale hoogte vlaggenmasten   6 meter  
maximale hoogte bewegwijzering en naamborden   2,5 meter  
maximale hoogte overige bouwwerken, geen gebouw zijnde   12 meter  

Nadere eisen
3.5 Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, op grond van het bepaalde in artikel 3.6, lid 1, sub d van de Wet ruimtelijke ordening, nadere eisen te stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van:

  • a. de afstand van de bebouwing tot de bouwperceelsgrens die grenst aan de openbare ruimte, waaronder tevens wordt begrepen de rond het bedrijfsterrein gesitueerde groenzone;
  • b. de geleding van de bebouwing.

3.6 De in 3.5 bedoelde nadere eisen kunnen slechts worden gesteld ten behoeve van de stedenbouwkundige en landschappelijke inpassing van de gebouwen, gebouwdelen en reclame-uitingen, met dien verstande dat de nadere eisen passen binnen het voor het gebied door de gemeenteraad geformuleerde welstandsbeleid, dan wel vanuit het oogpunt van brandveiligheid en bereikbaarheid noodzakelijk zijn.

Ontheffing van de bouwregels
3.7 Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, op grond van het bepaalde in artikel 3.6, lid 1, sub c van de Wet ruimtelijke ordening, ontheffing te verlenen van het bepaalde in 3.3, sub a voor het realiseren van nutsgebouwen buiten het bouwvlak.

Specifieke gebruiksregels
3.8 Het tonen van reclame is uitsluitend toegestaan ten behoeve van de op het bedrijfsterrein gevestigde bedrijven.

3.9 Uitsluitend ter plaatse van de aanduiding "horeca".is het toegestaan snelweggerelateerde horeca als bedoeld in 3.1, sub d. uit te oefenen.

Ontheffing gebruiksregels
3.10 Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, op grond van het bepaalde in artikel 3.6, lid 1, sub c van de Wet ruimtelijke ordening, ontheffing te verlenen van het bepaalde in 3.1 onder a voor de uitoefening van bedrijfsactiviteiten die niet voorkomen in de tot het plan behorende Staat van bedrijfsactiviteiten, voor zover die bedrijfsactiviteiten naar aard en omvang maximaal gelijk te stellen zijn aan de in de Staat van bedrijfsactiviteiten genoemde bedrijfsactiviteiten.