Plan: | Oud Blaricumerweg 34 |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0425.BP2011N002010-oh01 |
Beleid en normstelling
Het toetsingskader voor luchtkwaliteit wordt gevormd door de in de Wet milieubeheer (Wm) geïntegreerde Wet luchtkwaliteit. De Wm bevat grenswaarden voor zwaveldioxide, stikstofdioxide en stikstofoxiden, fijn stof, lood, koolmonoxide en benzeen. Hierbij zijn in de ruimtelijke ordeningspraktijk langs wegen met name de grenswaarden voor stikstofdioxide (jaargemiddelde) en fijn stof (jaar- en daggemiddelde) van belang. De grenswaarden van de laatstgenoemde stoffen zijn in onderstaande tabel weergegeven. De grenswaarden gelden voor de buitenlucht, met uitzondering van een werkplek in de zin van de Arbeidsomstandighedenwet.
Tabel 4.3 Grenswaarden maatgevende stoffen Wm
stof | toetsing van | grenswaarde | geldig | ||
stikstofdioxide (NO2)1) | jaargemiddelde concentratie | 60 µg/m³ | 2010 tot en met 2014 | ||
jaargemiddelde concentratie | 40 µg/m³ | vanaf 2015 | |||
fijn stof (PM10)2) | jaargemiddelde concentratie | 40 µg/m³ | vanaf 11 juni 2011 | ||
24-uurgemiddelde concentratie | max. 35 keer per jaar meer dan 50 µ/m³ | vanaf 11juni 2011 |
1) De toetsing van de grenswaarde voor de uurgemiddelde concentratie NO2 is niet relevant aangezien er pas meer overschrijdingsuren dan het toegestane aantal van 18 per jaar zullen optreden als de jaargemiddelde concentratie NO2 de waarde van 82 µg/m3 overschrijdt. Dit is nergens in Nederland het geval.
2) Bij de beoordeling hiervan blijven de aanwezige concentraties van zeezout buiten beschouwing (vol-gens de bij de Wlk behorende Regeling beoordeling Luchtkwaliteit 2007)
In het kader van een goede ruimtelijke ordening moet bij de vaststelling van een bestemmingsplan vanuit het oogpunt van de bescherming van de gezondheid van de mens rekening gehouden met de luchtkwaliteit.
Besluit niet in betekenende mate (nibm)
In het Besluit NIBM en de bijbehorende regeling is bepaald in welke gevallen een plan of project vanwege de beperkte gevolgen voor de luchtkwaliteit niet aan de grenswaarden hoeft te worden getoetst. Dit kan het geval zijn wanneer een plan of project een effect heeft van minder dan 3% van de jaargemiddelde grenswaarde NO2 en PM10.
Onderzoek
Gelet op de omvang van de ontwikkeling draagt het project niet in betekenende mate bij aan de luchtkwaliteit. De bijdrage aan de jaargemiddelde concentraties NO2 en PM10 bedraagt in geen geval meer dan 3% van de grenswaarden. Toetsing aan de grenswaarden voor luchtkwaliteit kan daarom achterwege blijven.
Vanuit het oogpunt van een goede ruimtelijke ordening wordt wel inzicht gegeven in de luchtkwaliteit ter plaatse van het plangebied. Met behulp van de monitoringstool (www.nsl-monitoringstool.nl) die behoort bij het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL) kan voor diverse prognosejaren inzicht worden gegeven in de jaargemiddelde concentraties NO2 en PM10 langs relevante wegen. Uit de monitoringstool blijkt dat langs de A1 en de Amersfoortsestraatweg, de maatgevende wegen voor luchtkwaliteit, de jaargemiddelde concentratie NO2 in 2011 minder dan 37 µ/m³ bedraagt. In datzelfde jaar bedraagt de jaargemiddelde concentratie PM10 minder 30 µ/m³. De concentraties zijn daarmee beneden de grenswaarden gelegen.
Conclusie
In de directe omgeving van de nabijgelegen wegen wordt voldaan aan de grenswaarden voor de jaargemiddelde concentraties NO2 en PM10. Dit is ook ter plaatse van het plangebied het geval, concentraties van luchtverontreinigende stoffen nemen immers af naarmate de afstand tot de weg groter wordt. Geconcludeerd wordt dat de Wm, onderdeel luchtkwaliteit, de uitvoering van het bestemmingsplan niet in de weg staat.