direct naar inhoud van Artikel 25: Wonen - Woongebouw
Plan: Medemblik - Woongebieden
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0420.BPKMEDWOONGEBIEDEN-VA01

Artikel 25: Wonen - Woongebouw

25.1. Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen - Woongebouw' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. woongebouwen;
  • b. gebouwen ten behoeve van ondergrondse parkeervoorzieningen, ter plaatse van de aanduiding 'parkeergarage';
  • c. het tegengaan van een te hoge geluidsbelasting vanwege de geluidszoneringsplichtige inrichtingen op het industrieterrein van geluidsgevoelige objecten, ter plaatse van de aanduiding 'geluidzone - industrie';

met daaraan ondergeschikt:

  • d. wegen, straten en paden;
  • e. parkeervoorzieningen;
  • f. groenvoorzieningen;
  • g. speelvoorzieningen;
  • h. nutsvoorzieningen;
  • i. waterlopen en waterpartijen;

met de daarbijbehorende:

  • j. tuinen, erven en terreinen;
  • k. andere bouwwerken.
25.2. Bouwregels
25.2.1. Woongebouwen

Voor het bouwen van woongebouwen gelden de volgende regels:

  • a. de woongebouwen zullen binnen een bouwvlak worden gebouwd;
  • b. het aantal te bouwen woningen zal ten hoogste het ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden' genoemde aantal bedragen;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'onderdoorgang' zal de eerste bouwlaag van een woongebouw niet worden gebouwd;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte (m)' zal de bouwhoogte van een woongebouw ten hoogste de in de aanduiding aangegeven bouwhoogte bedragen;
  • e. de dakhelling van een woongebouw zal ten hoogste 60° bedragen.
25.2.2. Gebouwen ten behoeve van ondergrondse parkeervoorzieningen

Voor het bouwen van gebouwen ten behoeve van ondergrondse parkeervoorzieningen gelden de volgende regels:

  • a. gebouwen ten behoeve van ondergrondse parkeervoorzieningen mogen uitsluitend worden gebouwd ter plaatse van de aanduiding 'parkeergarage';
  • b. gebouwen ten behoeve van ondergrondse parkeervoorzieningen zullen ten hoogste in één ondergrondse bouwlaag worden gebouwd.
25.2.3. Andere bouwwerken

Voor het bouwen van andere bouwwerken gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen zal ten hoogste 2,00 m bedragen, met dien verstande dat de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen vóór de naar de weg gekeerde gevel(s) van het hoofdgebouw c.q. het verlengde daarvan ten hoogste 1,00 m zal bedragen;
  • b. de bouwhoogte van de overige andere bouwwerken zal ten hoogste 5,00 m bedragen.
25.3. Nadere eisen

Burgemeester en Wethouders kunnen, ten behoeve van een goede woonsituatie, een goede milieusituatie, de sociale veiligheid, de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing.

25.4. Afwijken van de bouwregels

Mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de woonsituatie, de sociale veiligheid, de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, kan met een omgevingsvergunning worden afgeweken van:

  • a. het bepaalde in lid 25.2.1 sub a in die zin dat gebouwen geheel of gedeeltelijk buiten het bouwvlak worden gebouwd, mits:
    • 1. de gezamenlijke oppervlakte van de gebouwen buiten het bouwvlak ten hoogste 100 m² zal bedragen;
    • 2. het gaat om een ondergeschikte uitbreiding;
    • 3. de geluidsbelasting van geluidsgevoelige objecten niet hoger zal zijn dan de daarvoor geldende voorkeursgrenswaarde of een vastgestelde hogere grenswaarde.