direct naar inhoud van Artikel 28 Algemene bouwregels
Plan: Sint Pancras 2012
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0416.BPSP2012-va01

Artikel 28 Algemene bouwregels

28.1 Dakkapellen op het achterdakvlak van een (bedrijfs- en /of dienst)woning

Voor het bouwen van dakkapellen op het achterdakvlak van de (bedrijfs- en /of dienst)woning gelden de volgende regels:

  • a. de hoogte, gemeten vanaf de voet van een dakkapel, mag niet meer dan 2 meter bedragen;
  • b. de afstand tussen de onderzijde van een dakkapel en de dakvoet mag niet minder dan 0,5 meter en niet meer dan 1 meter bedragen;
  • c. de afstand van de bovenzijde van een dakkapel en de daknok mag niet minder dan 0,5 meter bedragen;
  • d. de afstand van zijkanten van de dakkapel tot de zijkanten van het dakvlak mag niet minder dan 0,5 bedragen, dan wel de bestaande afstand indien deze minder is. Voor de bestemmingen “wonen - dubbel” en “wonen - rij” geldt aanvullend dat een dakkapel op de tussenmuur mag worden geplaatst indien een verzoek tot plaatsing op aangrenzende woningen gelijktijdig wordt ingediend en uitgevoerd.

28.2 Dakkapellen op het zijdakvlak van een (bedrijfs- en /of dienst)woning

Voor het bouwen van dakkapellen op het zijdakvlak van de (bedrijfs- en /of dienst)woning gelden de volgende regels:

  • a. de hoogte, gemeten vanaf de voet van een dakkapel, mag niet meer dan 2 meter bedragen;
  • b. de afstand tussen de onderzijde van een dakkapel en de dakvoet mag niet minder dan 0,5 meter en niet meer dan 1 m bedragen;
  • c. de afstand tussen de bovenzijde van een dakkapel en de daknok mag niet minder dan 0,5 meter bedragen;
  • d. de afstand van een dakkapel tot de voorgevel van het dakvlak mag niet minder dan 1 meter bedragen.

28.3 Dakkapellen op het voordakvlak van een (bedrijfs- en /of dienst)woning

Voor het bouwen van dakkapellen op het voordakvlak van de (bedrijfs- en /of dienst)woning gelden de volgende regels:

  • a. de hoogte, gemeten vanaf de voet van de dakkapel, mag niet meer dan 1,5 meter bedragen;
  • b. de afstand tussen de onderzijde van een dakkapel en de dakvoet mag niet minder dan 0,5 meter en niet meer dan 1 m bedragen;
  • c. de afstand tussen de bovenzijde van een dakkapel en de daknok mag niet minder dan 0,5 meter bedragen;
  • d. de afstand van zijkanten van de dakkapel tot de zijkanten van het dakvlak mag niet minder dan 1 bedragen, dan wel de bestaande afstand indien deze minder is. Voor de bestemmingen “wonen - dubbel” en “wonen - rij” geldt aanvullend dat een dakkapel op de tussenmuur mag worden geplaatst indien een verzoek tot plaatsing op aangrenzende woningen gelijktijdig wordt ingediend en uitgevoerd.

28.4 Dakopbouwen

Voor het bouwen van dakopbouwen aan de achterzijde van (bedrijfs- en /of dienst)woningen gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van de (bedrijfs- en /of dienst)woning voorzien van een dakopbouw mag niet meer dan 8,5 m bedragen;
  • b. de afstand tussen de onderzijde van een dakopbouw en de dakvoet mag niet minder dan 0,5 m en niet meer dan 1 meter bedragen;
  • c. de afstand tussen de zijkanten van een dakopbouw en de zijkanten van de buiten- en/of tussenmuur mag niet minder dan 0,5 m bedragen;
  • d. de dakhelling van een dakopbouw en (bedrijfs- en /of dienst)woningen dient hetzelfde aantal graden te bedragen;
  • e. voor de bestemmingen “Wonen-dubbel” en wonen-rij” geldt aanvullend dat een dakopbouw op de tussenmuur mag worden geplaatst, indien een verzoek tot plaatsing op aangrenzende woningen gelijktijdig wordt ingediend en uitgevoerd.

28.5 Uitzondering

De regelingen in 28.1, 28.2, 28.3 en 28.4 voor dakkapellen en dakopbouwen geldt niet voor inpandige bedrijfs- of dienstwoningen.