1.1 Plan     

het bestemmingsplan 'Woonbegrippen en verwijzing parkeerkencijfers' met identificatienummer NL.IMRO.0398.BP83WONENPARKEREN-VA01 van de gemeente Heerhugowaard;

1.2 Aanduiding     

een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.

1.3 Aanduidingsgrens     

de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.

1.4 Bestemmingsgrens     

de grens van een bestemmingsvlak.

1.5 Bestemmingsplan     

de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen.

1.6 Bestemmingsvlak     

een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.

1.7 CROW-richtlijn     

richtlijnen ten aanzien van parkeerkencijfers, opgesteld door het Nationale Kennisplatform voor infrastructuur, verkeer, vervoer en openbare ruimte;

1.8 Huishouden:     

persoon of groep personen die een afzonderlijk huishouding voert, waarbij sprake is van onderlinge verbondenheid en continuïteit in de samenstelling ervan; bedrijfsmatige kamerverhuur wordt daaronder niet begrepen;

1.9 Parkeerkencijfers     

hulpmiddel om een orde van grootte uit te rekenen voor het bepalen van het aantal aan te leggen parkeerplaatsen bij een bepaalde voorziening (bijvoorbeeld woonwijk of winkelgebied);

1.10 Parkeernorm     

het door het bevoegd gezag vastgestelde aantal parkeerplaatsen;

1.11 Wonen:     

bewonen van een woning door één afzonderlijke huishouden;

1.12 Woning:     

een complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de huisvesting van niet meer dan één afzonderlijk huishouden;

1.13 Wooneenheid     

een complex van ruimten, geschikt en bestemd voor de huisvesting van niet meer dan één afzonderlijk huishouden;

1.14 Woongebouw:     

een gebouw, dat meerdere naast elkaar en/of geheel of gedeeltelijk boven elkaar gelegen woningen omvat en dat qua uiterlijke verschijningsvorm als een eenheid beschouwd kan worden;

1.15 Woonhuis:     

een gebouw, dat één woning omvat, dan wel twee of meer naast elkaar en/of geheel of gedeeltelijk boven elkaar gelegen woningen omvat en dat qua uiterlijke verschijningsvorm als een eenheid beschouwd kan worden.

2.1 Afwijken van de gebruiksregels     

Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het toegestane gebruik van een woning en/of wooneenheid, door een woon(zorg)initiatief toe te staan voor meerdere huishoudens, onder voorwaarde dat:

1. er sprake is van een maatschappelijk belang;
2. de ruimtelijke kwaliteit niet onevenredig wordt aangetast;
3. de belangen van omwonenden niet onevenredig worden geschaad door beperking van privacy- en gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en/of sociale onveiligheid.

4.1 Parkeervoorzieningen     

Bij het verlenen van een omgevingsvergunning wordt getoetst of er ten aanzien van de betreffende ruimtelijke ontwikkeling en/of gebruikswijziging van gronden en opstallen voldoende parkeerplaatsen zijn/worden aangelegd. Er wordt een omgevingsgvergunning verstrekt als verzekerd is dat aan het noodzakelijk parkeerareaal in bestaande of te ontwikkelen (gezamenlijke) parkeervoorzieningen wordt voldaan. Als uitgangspunt voor de berekening van de parkeereis van een ruimtelijke ontwikkeling (toevoegen of uitbreiding van een of meerdere functies) worden de meest recente toekomstbestendige richtlijnen/parkeerkencijfers van het CROW gehanteerd. Meer achtergronden over deze regeling staan opgenomen in de toelichting. Na vaststelling krijgt hierop, de parkeernota Heerhugowaard 2021, danwel de opvolgers daarvan, een aanvullende werking.



Een omgevingsvergunning wordt uitsluitend verleend en het gebruiken en/of bebouwen van gronden is uitsluitend toegestaan indien voldaan wordt aan:

1. een op grond van de functie te verwachte juiste, benodigde en noodzakelijke parkeervoorzieningen met bijbehorende eisen voor locatie en inrichting;
2. een op grond van de functie te verwachte benodigde ruimte voor het laden of lossen van goederen;
3. het gemiddelde van de bandbreedte voor de betreffende functie van de meest recente CROW parkeerkencijfers;
4. de parkeergelegenheid die is vereist, vergund en aangelegd ook als zodanig in stand wordt gelaten.

4.2 Afwijkingsbevoegdheid     

In afwijking van het bepaalde in artikel 4.1 kunnen burgemeester en wethouders voorwaarden verbinden aan de omgevingsvergunning. Het afwijkingsbesluit moet worden voorzien van een motivering waaruit in ieder geval blijkt dat in het kader van een goede ruimtelijke ordening, een optimaal te gebruiken parkeersituatie geborgd is. Bij deze motivering dient (zodra vastgesteld) de gemeentelijke parkeernota Heerhugowaard 2021 dan wel de rechtsopvolgers daarvan en de meest recente uitgave van het CROW, thans 'toekomstbestendig parkeren, 2018' als leidraad te worden gebruikt.

6.1 Overgangsrecht gebruik     

1. Het legale gebruik van gronden en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het paraplubestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet;
2. het is verboden het met het paraplubestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in lid 6.1 a, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind;
3. indien het gebruik, bedoeld onder lid 6.1 a, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten;
4. het bepaalde onder lid 6.1 a is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.

2.2.2.1 Algemeen     

Achtergrond

Door een aanpassing van het Besluit ruimtelijke ordening kan, op basis van artikel 3.1.2 lid 2 sub a, een bestemmingsplan regels bevatten waarvan de uitleg afhankelijk kan worden gesteld door (aanvullende) beleidsregels. Deze regels moeten algemeen gekende en geaccepteerde vastgestelde beleidsregels zijn. Het voordeel van deze benadering is dat de beleidsregel zelf direct juridisch verankerd is via het bestemmingsplan. Dit houdt in dat, als de beleidsregel wordt aangepast door middel van vaststelling van een nieuwe beleidsnotitie, die vanzelf óók verankerd is in het daarvoor opgestelde bestemmingsplan. Alleen als er een regeling moet worden aangepast, die is opgenomen in het bestemmingsplan, in dit geval het moeten voldoen aan een parkeerkencijfer (omdat de bouwverordening hier niet meer in voorziet), dan moet het bestemmingsplan worden herzien.

Bestaande regelingen

In verschillende binnen de gemeente Heerhugowaard bestaande bestemmingsplannen zijn begrippen omschreven en regelingen opgenomen ten behoeve van respectievelijk wonen en het parkeren. Om tot één regeling te komen en een eenduidige begripsomschrijving te hanteren, worden de huidige specifieke regelingen en begripsomschrijvingen met dit paraplubestemmingsplan 'overschreven'. Op deze wijze wordt binnen de gemeente Heerhugowaard één regeling en een eenduidige begripsomschrijving toegepast. De (overige) planregels uit alle geldende lokale bestemmingsplannen blijven onverminderd van kracht.

Verbeelding 

De verbeelding (plankaart) laat zien welke regels er op de betreffende locatie van toepassing zijn. Omdat dit bestemmingsplan uitsluitend bestaat uit regels, en geen bestemmingen, bestaat de verbeelding, Parapluplan woonbegrippen en verwijzing parkeerkencijfers, gemeente Heerhugowaard 2020, uit niet meer dan de bepaling (contour) van het plangebied. In dit geval het gehele gemeentelijke grondgebied met uitzondering van die gebieden waar nog een beheersverordening geldt. Daarnaast is een gebiedsaanduiding 'overige zone-herijking definities wonen'toegevoegd. Hiermee wordt via raadpleging op de website www.ruimtelijkeplannen.nl direct zichtbaar welke woondefinities ge-uniformeerd zijn.

2.2.2.2 Woonbegrippen     

Wat onder het begrip 'wonen', 'woning' en 'huishouden' valt is heel divers. De nieuwe regeling voorziet in een aanpassing/uitbreiding van de bestemmings- of doeleindenomschrijving van een groot aantal bestemmingen. Het gaat dan om bestemmingen waar de woonfunctie globaal als 'het wonen' is omschreven. Het wonen is het gehuisvest zijn in een woning/wooneenheid of ander daartoe bedoeld object. Hierdoor zijn, zoals ook de intentie van de regeling in de geldende plannen altijd is geweest, woningen in principe weer bedoeld voor de vestiging van één huishouden. Deze omschrijving is veel gebruikt in gemengde bestemmingen, centrumbestemmingen en woonbestemmingen. Voor wat betreft bestemmingen waar bedrijfswoningen zijn toegestaan, volstaat de geldende regeling in de meeste gevallen. In bijvoorbeeld een agrarische bestemming wordt gesproken van 'het wonen ten behoeve van de agrarische bedrijfsvoering'. Het mag duidelijk zijn dat dit alleen wonen in bedrijfswoningen betreft. Het wonen of een woning wordt in deze nieuwe regeling toegesneden op het gebruik ervan door één huishouden. Een huishouden kan bestaan uit twee volwassenen met één of meerdere kinderen, maar ook eenoudergezinnen zijn een huishouden en eenpersoons-huishoudens zijn in opkomst. Bij, bijvoorbeeld, menig woon(zorg)initiatief kan er sprake zijn van meerdere huishoudens die bijkomende ruimtelijke effecten met zich meebrengen. Grip daarop is gewenst en daarom is dat met dit paraplubestemmingsplan niet meer rechtstreeks toegestaan in een woning binnen de bestemming wonen.

Naast de aanpassing in de bestemmingsomschrijving is aan de betreffende bestemmingen een gebruiksverbod toegevoegd waarin is bepaald dat 'het gebruik van een woning door meer dan één huishouden' strijdig is. Met dit gebruiksverbod wordt nogmaals benadrukt dat binnen de bestemming 'Wonen' een woning niet is bedoeld voor de vestiging van meerdere huishoudens. Deze regeling verandert niets in bestaande en vergunde situaties, maar is bedoeld om nieuwe ongewenste situaties te voorkomen.

2.2.2.3 Parkeerkencijfers     

Bij zowel nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen als bestaande gebruiksfuncties moet het parkeren goed geregeld zijn. Parkeerplaatsen dienen zo aangelegd te worden dat deze ook optimaal kunnen worden gebruikt. Via voorliggend plan wordt het naleven van parkeernormen bij ruimtelijke initiatieven verplicht gesteld. Het uitgangspunt hierbij is dat parkeernormen worden berekend op basis van toekomstbestendig parkeren. De eerder in deze toelichting genoemde publicatie van het Nationaal kenniscentrum voor infrastructuur, verkeer en openbare ruimte: toekomstbestendig parkeren 2018, biedt hiervoor een handreiking met een bandbreedte. Hoe deze bandbreedte uiteindelijk exact op lokaal niveau kan worden toegepast is nog in ontwikkeling. Op moment dat de 'Parkeernota Heerhugowaard 2021' die hierin voorziet, is vastgesteld, geldt de inhoud van voornoemde nota, danwel de opvolger daarvan, als aanvulling op het gestelde in onderhavig paraplubestemmingsplan.

In het kader van een goede ruimtelijke ordening is het belangrijk dat de betreffende ruimtelijke ontwikkeling en/of gebruikswijziging niet alleen voorziet in voldoende parkeergelegenheid maar ook in het optimaal kunnen gebruiken daarvan. Het voorzien in de juiste en voldoende parkeervoorzieningen is daarom in de planregels van dit paraplubestemmingsplan opgenomen. Dit betekent dat het betreffende ruimtelijke initiatief en/of de wijziging van gebruik van gronden en opstallen qua parkeervoorzieningen niet alleen getoetst worden op het moment dat een vergunning wordt aangevraagd, maar dat na het verlenen van de vergunning ook moet worden voorzien in de juiste instandhouding van deze voorzieningen.

Afwijken

Rekening houdend met een goede ruimtelijke ordening betekent dit dat het aantal parkeerplaatsen dat berekend is met toepassing van de desbetreffende parkeerkencijfers daadwerkelijk gerealiseerd wordt en dat realisatie daarvan waarmogelijk primair binnen het plangebied (op eigen terrein) plaatsvindt. Het komt echter voor dat een kleiner aantal parkeerplaatsen volstaat en/of dat (een deel van) de al aanwezige parkeerplaatsen in het openbaar gebied gebruikt kunnen worden. Ook kan het zijn dat het initiatief een herontwikkeling betreft van een bestaande functie waarbij de parkeerbehoefte van de huidige en de nieuwe functie met elkaar verrekend wordt. Soms kunnen parkeerplaatsen ook voor verschillende voorzieningen in de omgeving worden gebruikt. Er is dan sprake van dubbelgebruik. Bij de afweging of dit mogelijk is spelen aspecten zoals de afstand tot de functie/voorziening en aanwezigheidspercentages van werknemers een rol.

In die situaties waarin een kleiner aantal parkeerplaatsen volstaat en/of dat (een deel) niet op het eigen terrein gerealiseerd wordt, bestaat de mogelijkheid gemotiveerd af te wijken van een parkeernormstelling en/of de locatie-eis. Voorwaarde is wel dat er sprake is van een goede parkeerbalans met een restcapaciteit in het gebied waarin de gebruikswijziging/ruimtelijke ontwikkeling plaatsvindt. In dit plan is daarom een regeling opgenomen die de mogelijkheid biedt om gemotiveerd af wijken van de gestelde parkeerkencijfers. Er is dan sprake van maatwerk.

Wijzigingsmogelijkheid

In sommige gebieden kan het, om plan- en/of locatie specifieke redenen, voorkomen dat de gestelde norm juist te laag is. Het bestuur is dan bevoegd om extra eisen op te leggen, dit noemen we: de 'wijzingsmogelijkheid/nadere eisen'. Deze eis is beschreven in artikel 4 lid 4 van de planregels. De nadere eis is vergelijkbaar met de afwijking, maar heeft een 'omgekeerde' werking: de norm wordt strenger in plaats van minder streng. Deze mogelijkheid bestaat ook voor plannen waarbij de te realiseren functies niet aansluiten op de functies zoals beschreven in de uitgave van het CROW, 'toekomstbestendig parkeren, 2018.' Het opleggen van een nadere eis zal niet vaak voorkomen, maar is gerechtvaardigd gezien de grote gevolgen die een onjuiste parkeerbalans heeft voor de omgeving waarin het ruimtelijke initiatief zich bevindt. Het afwijkingsbesluit 'nadere eis' moet worden voorzien van een gedegen motivering. Dit besluit is vatbaar voor bezwaar en beroep.



Bij de motivering zal het in ontwikkeling zijnde lokale parkeerbeleid Heerhugowaard 2021, dan wel de opvolger daarvan én de meest recente versie van de uitgave van het CROW, thans 'toekomstbestendig parkeren 2018' als leidraad worden gebruikt.

Berekeningsaantallen 

Parkeerplaatsen dienen zo te worden aangelegd dat deze ook optimaal gebruikt kunnen worden. In situaties waarin dit niet het geval is, wordt in de berekening van het benodigde aantal parkeerplaatsen een factor gehanteerd. Deze parkeerplaatsen kunnen niet als volwaardige plek worden meegerekend. De meest voorkomende situatie waarbij sprake is van parkeerplekken die niet optimaal gebruikt (kunnen) worden, is het voorbeeld van een woonkavel met een (dichte) garage of een inrit waar de auto's achter elkaar staan.

Afronding 

Bij alle ruimtelijke initiatieven wordt ten aanzien van het berekenen van het benodigde aantal parkeerplaatsen gerekend met één decimaal. Ook de uitkomst is op één decimaal nauwkeurig; bijvoorbeeld 13,5 parkeerplaatsen. Het heeft echter weinig toegevoegde waarde om ook een halve parkeerplaats aan te leggen. Daarom geldt bij het bepalen van het benodigde aantal parkeerplaatsen dat de uitkomst van de berekening afgerond wordt op een geheel aantal parkeerplaatsen waarbij vanaf '0,5' en hoger naar boven wordt afgerond. In overige wet- en regelgeving dan wel lokaal beleid is aangegeven hoe groot een parkeerplaats ten minste moet zijn.

Tot slot

De regels in dit bestemmingsplan zijn van toepassing op alle bestaande geldende bestemmingsplannen die ten tijde van de terinzage legging van dit bestemmingsplanbinnen de gemeente Heerhugowaard inwerking zijn, Voor het overige blijven de bestaande regels van de ruimtelijke plannen onverminderd van kracht.