8.2 Bouwregels
8.2.1 Algemeen
Binnen deze bestemming gelden de volgende algemene bouwregels:
-
a. bouwen is uitsluitend toegestaan ten dienste van de in lid 8.1omschreven
doeleinden;
-
b. bouwen is uitsluitend toegestaan binnen een bouwvlak, met uitzondering van bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
-
c. binnen de bouwvlakken bedraagt het aantal bouwpercelen ten hoogste 25;
-
d. per bouwperceel bedraagt het bebouwingspercentage ten hoogste 75%;
-
e. bouwen van hoofdgebouwen is slechts toegestaan indien wordt voldaan aan de parkeernorm, zoals bepaald in het vigerende gemeentelijk Parkeerbeleidsplan;
-
f. in het noordelijke bouwvlak dient tenminste één doorzicht te worden aangebracht met een breedte van 2,5 m.
8.2.2 Hoofdgebouwen
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden naast het bepaalde in lid 8.2.1 de volgende regels:
-
a. hoofdgebouwen zijn toegestaan als vrijstaande, tween-aaneen en geschakelde woningen;
-
b. hoofdgebouwen mogen naar keuze met of zonder kap worden afgedekt;
-
c. bij een platte afdekking mag de bouwhoogte niet meer dan 6,5 m bedragen;
-
d. bij afdekking met een kap mogen de goot- en bouwhoogte niet meer dan 6,5 m respectievelijk 10,5 m bedragen;
-
e. bij afdekking met kap mag de hellingshoek van dakvlakken niet meer dan 55 graden bedragen;
-
f. onder hoofdgebouwen zijn kelders toegestaan tot een verticale diepte van ten maximaal 3,3 m.
8.2.3 Bijbehorende bouwwerken
Voor het bouwen van bijbehorende bouwwerken gelden naast het bepaalde in lid 8.2.1 de volgende regels:
-
a. bijbehorende bouwwerken mogen naar keuze met of zonder kap worden afgedekt;
-
b. bij een platte afdekking mag de bouwhoogte niet meer dan 3 m bedragen, dan wel de hoogte van de eerste bouwlaag van het hoofdgebouw + 0,25 m;
-
c. bij afdekking met een kap mogen de goot- en bouwhoogte niet meer dan 3 m, dan wel de hoogte van de eerste bouwlaag van het hoofdgebouw + 0,25 m, respectievelijk 4,5 m bedragen;
-
d. bij afdekking met een kap dient de hellingshoek gelijk te zijn aan die van het dak van het hoofdgebouw;
-
e. de hoogte van balkonhekken op bijbehorende bouwwerken en overkappingen mag niet meer dan 1,2 m ten opzichte van de hoogte van de eerste bouwlaag van het bijbehorende bouwwerken of overkapping bedragen;
-
a. onder bijbehorende bouwwerken zijn kelders toegestaan tot een verticale diepte van maximaal 3,3 m;
8.2.4 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden naast het bepaalde in lid 8.2.1 de volgende regels:
-
a. de hoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer dan 2 m bedragen;
-
b. in overige gevallen mag de bouwhoogte niet meer dan 3 m bedragen.