direct naar inhoud van Artikel 1 Begrippen
Plan: Het Groene Balkon
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0396.BPgroenebalkon2010-VA01

Artikel 1 Begrippen

1.1 plan

Het bestemmingsplan Het Groene Balkon van de gemeente Heemskerk;

1.2 Bestemmingsplan

de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0396.BPgroenebalkon2010-VA01 met de bijbehorende regels en (eventuele bijlagen);

1.3 Aanduiding

een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels, regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;

1.4 Aanduidingsgrens

de grens van een aanduiding, indien het een vlak betreft;

1.5 Aan huis gebonden beroep

een beroep, dat in of bij een woonhuis wordt uitgeoefend, waarbij het woonhuis in overwegende mate de woonfunctie behoudt en die een ruimtelijke uitwerking of uitstraling hebben die met de woonfunctie in overeenstemming zijn. Hieronder worden begrepen: advocaat, accountant-administratieconsulent, alternatieve genezer, belastingconsulent, bouwkundige, architect, fysiotherapeut, gerechtsdeurwaarder, huidtherapeut, interieurarchitect, juridisch adviseur, kunstenaar, leraar, logopedist, notaris, organisatie-adviseur, orthopedagoog, psycholoog, raadgevend adviseur, redacteur, registeraccountant, stedenbouwkundige, tolkvertaler, tuin- en landschapsarchitect, verloskundig en daarmee vergelijkbare beroepen. De bedrijfsmatige activiteiten als opgenomen in de bijlage bij deze planregels vallen niet onder aan huis gebonden beroep;

1.6 Achtererfgebied

erf aan de achterkant en de niet naar openbaar toegankelijk gebied gekeerde zijkant, op meer dan 1 m van de voorkant, van het hoofdgebouw;

1.7 Achterste bebouwingslijn

de grens tussen de achtergevel van het hoofdgebouw van een woning en het aangrenzende erf;

1.8 Archeologie

de aan een gebied toegekende waarden in verband met de in dat gebied voorkomende archeologische relicten;

1.9 Bebouwing

één of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde;

1.10 Bebouwingspercentage

een op de verbeelding of in de planregels aangegeven percentage, dat de grootte aangeeft van het deel van een bouwvlak, dat ten hoogste mag worden bebouwd;

1.11 Begane grond

een bouwlaag waarvan het vloerpeil ten hoogste 1,20 meter boven (straat)peil ligt;

1.12 Bedrijf aan huis

een kleinschalige bedrijfsmatige activiteit aan huis die niet valt onder aan huis gebonden beroep, maar wel onder de selectie van bedrijfsmatige activiteiten als opgenomen in de bijlage van deze planregels;

1.13 Bestaand
  • a. bij bouwwerken: zoals die zijn of rechtens mogen zijn op het tijdstip dat het plan rechtskracht krijgt;
  • b. bij gebruik: zoals dat is of rechtens mag zijn op het tijdstip dat het plan rechtskracht krijgt;
1.14 Bestemmingsgrens

de grens van een bestemmingsvlak;

1.15 Bestemmingsvlak

een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;

1.16 Bijbehorende bouwwerken

uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd op de grond staand gebouw, of ander bouwwerk, met een dak;

1.17 Bouwen

het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats;

1.18 Bouwgrens

de grens van een bouwvlak;

1.19 Bouwlaag

doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of vrijwel gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van onderbouw en zolder, met dien verstande dat een souterrain of kelderverdieping niet als bouwlaag wordt beschouwd indien de bovenkant van de vloer waarmee het souterrain wordt afgedekt maximaal 1,20 meter boven (straat)peil ligt;

1.20 Bouwperceel

een aaneengesloten stuk grond, waarop de bouw van één woning met bijbehorende bouwwerken is is toegelaten;

1.21 Bouwperceelsgrens

de grens van een bouwperceel;

1.22 Bouwvlak

een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde zijn toegelaten;

1.23 Bouwwerk

elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct of indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;

1.24 Bouwwijze

de wijze van bouwen van een hoofdgebouw, te weten vrijstaand, twee-aaneen of geschakeld, waarbij:

  • a. onder 'vrijstaand' wordt verstaan dat het hoofdgebouw van een woning niet begrensd is door scheidsmuren van andere hoofdgebouwen;
  • b. onder 'twee-aaneen' wordt verstaan dat het hoofdgebouw van een woning naar één zijde met een scheidsmuur van een naastgelegen hoofdgebouw is begrensd;
  • c. onder 'geschakeld' wordt verstaan een gebouw, dat uit meerdere naast elkaar gelegen woningen bestaat en dat qua uiterlijke verschijningsvorm als een eenheid beschouwd kan worden;
1.25 Dakkapel

een opbouw dat het hellende dakvlak onderbreekt, waarin een raamkozijn is opgenomen en dat voorzien is van zijwanden;

1.26 Detailhandel

het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die deze goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit;

1.27 Dienstverlening

het beroepsmatig verlenen van diensten, waarbij een onderscheid gemaakt kan worden in:

  • a. zakelijke dienstverlening: het verrichten van administratieve en daarmede gelijk te stellen werkzaamheden, al dan niet met daaraan ondergeschikte baliewerkzaamheden;
  • b. publieksgerichte dienstverlening: dienstverlening door een bedrijf of instelling dat in hoofdzaak baliewerkzaamheden verricht of andere diensten verleent gericht op het publiek, zoals stomerijen, wasserettes, kappers, pedicures, makelaars, reis- en uitzendbureaus en dergelijke;
1.28 Eerste bouwlaag

de bouwlaag op de begane grond;

1.29 Eerste verdieping

tweede bouwlaag van de woning of het woongebouw, een souterrain of kelder niet daaronder begrepen;

1.30 Gebouw

elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;

1.31 Hoofdgebouw

een gebouw, dat op een bouwperceel door zijn constructie, afmetingen of functie als het belangrijkste bouwwerk valt aan te merken;

1.32 Horeca
  • a. het bedrijfsmatig verstrekken van dranken en etenswaren, overwegend voor gebruik ter plaatse;
  • b. het bedrijfsmatig exploiteren van (zaal)accommodatie;
1.33 Mantelzorg

langdurige, niet-professionele en onbetaalde zorg voor een chronisch zieke, gehandicapte of hulpbehoevende partner, familielid, vriend of kennis;

1.34 Nutsvoorziening

een voorziening ten behoeve van de telecommunicatie en de gas-, water- en elektriciteitsdistributie alsmede soortgelijke voorzieningen van openbaar nut, waaronder in ieder geval worden begrepen ondergrondse leidingen, transformatorhuisjes, pompstations, gemalen, telefooncellen en ondergrondse afvalcontainers;

1.35 Omgevingsvergunning

vergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

1.36 (Straat)peil
  • a. bij ligging op een afstand van minder dan 10 meter uit de as van de weg: de kruin van de weg;
  • b. bij ligging anderszins: de gemiddelde hoogte van het aansluitende afgewerkte terrein;
1.37 Scheidingslijn

een op de verbeelding aangegeven lijn, die de grens aangeeft tussen delen van bestemmings- en/of bouwvlakken, waarvoor verschillende, in deze planregels nader aangegeven, regelingen van toepassing zijn;

1.38 Seksinrichting

de voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting wordt in ieder geval verstaan: een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater, een parenclub of een prostitutiebedrijf, waaronder tevens begrepen een erotische massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar;

1.39 Serre

een aan- of uitbouw ten behoeve van de woonfunctie, waarvan tenminste de buitenwanden overwegend uit glas bestaan;

1.40 Soutterain of kelderverdieping

een gedeelte van een gebouw, dat wordt afgedekt door een vloer waarvan de bovenkant minder dan 1,20 meter boven (straat)peil ligt;

1.41 Steiger

civielkundige constructie langs of dwars op een oever, als aanlegplaats voor schepen;

1.42 Terras

plek met houten verharding in een tuin waar je kunt zitten, al dan niet deels boven water;

1.43 uitbouw

een gebouw dat als vergroting van een bestaande ruimte is gebouwd aan een hoofdgebouw, welk gebouw door de vorm onderscheiden kan worden van het hoofdgebouw en dat in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw

1.44 Verbeelding
  • a. de analoge verbeelding van het bestemmingsplan 'Het Groene Balkon Heemskerk' bestaande uit de kaart met het tekeningnummer NL.IMRO.;
  • b. de digitale verbeelding van het bestemmingsplan 'Het Groene Balkon Heemskerk';
1.45 Verdieping

een boven de begane grond gelegen bouwlaag;

1.46 Vlonder

civielkundige constructie, zoals een houten plank, die doorgang verschaft naar water;

1.47 Voorgevel

de gevel van het hoofdgebouw die door zijn aard, functie, constructie of uitstraling als belangrijkste gevel kan worden aangemerkt;

1.48 Voorgevelrooilijn

de langs de weg gelegen bouwgrens waarin zich de voorgevel van het hoofdgebouw bevindt;

1.49 Voortse bebouwingslijn

de bebouwingslijn gelegen op 3 m achter de voorgevelrooilijn van het hoofdgebouw van een woning;

1.50 Woning

een complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden;

1.51 Zijdelingse bebouwingslijn

de grens tussen de zijgevel van het hoofdgebouw van een woning en het aangrenzende erf;

1.52 Zorgwoning

woning geschikt voor mensen met een intensieve zorgvraag.