Plan: | Hoofddorp De Hoek en omgeving 1e herziening |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0394.BPGDehoekeo1eherz-C001 |
In 2013 is het bestemmingsplan Hoofddorp De Hoek en omgeving vastgesteld door de gemeenteraad van Haarlemmermeer. Dit bestemmingsplan biedt een consoliderend karakter voor het bestaande bedrijventerrein De Hoek en de directe omgeving.
Daarnaast vormt het plan het planologisch kader voor de ontwikkeling van het bedrijvenpark De Hoek Noord. De stedenbouwkundig relevante aspecten, zoals de hoofdstructuur van verkeer en water, zijn daarbij vastgelegd. In de uitwerking is echter behoefte gebleken aan een andere opzet van de hoofdstructuur. Dit is niet mogelijk binnen het vastgestelde bestemmingsplan. Aan de westzijde van het gebied, tegen de spoorlijn, is de wens de verkeer- en de waterstructuur om te wisselen omdat het bedrijventerrein hiermee efficiënter ingericht kan worden. Dit is echter niet mogelijk op basis van het vigerende bestemmingsplan. Met dit bestemmingsplan wordt voorzien in een passende regeling hiervoor.
Het plangebied ligt ten oosten van de kern Hoofddorp in de gemeente Haarlemmermeer. Het plangebied maakt deel uit van het te ontwikkelen bedrijventerrein De Hoek Noord.
Het plangebied betreft een strook direct ten oosten van de spoorlijn Leiden - Schiphol. In figuur 2.1 is de ligging van het plangebied weergegeven.
Afbeelding 1.1 Ligging plangebied
De doelstelling van het bestemmingsplan Hoofddorp De Hoek en omgeving 1e herziening(NL.IMRO.0394.BPGDehoekeo1eherz-C001) is het bieden van een actueel juridisch-planologisch kader voor het plangebied zoals beschreven in paragraaf 1.2.
Dit bestemmingsplan heeft een ontwikkelingsgericht karakter. Het bestemmingsplan biedt de juridische grondslag voor de realisatie van de infrastructuur ten behoeve van de ontwikkeling De Hoek Noord. Het bestemmingsplan voorziet daarvoor in eindbestemmingen. In de toelichting van het bestemmingsplan zal de planologische haalbaarheid van deze ontwikkelingen worden onderbouwd.
Het bestemmingsplan (naam) vervangt voor een gedeelte het volgende bestemmingsplan:
bestemmingsplan | vastgesteld |
Hoofddorp De Hoek en omgeving | 23 mei 2013 |
Het voorliggend bestemmingsplan komt (gedeeltelijk) in de plaats van bovengenoemd plan.
Tijdens de ter visie legging van het ontwerp bestemmingsplan kon een ieder schriftelijk of mondeling een zienswijze kenbaar maken. Er zijn geen zienswijzen ingediend.
De toelichting is als volgt opgebouwd.
Het plangebied ligt in een gebied ingeklemd tussen de kern Hoofddorp in het westen en de luchthaven Schiphol in het westen. Op dit moment is (de directe omgeving van) het plan gebied onbebouwd en is de ontginningsverkaveling, die zich kenmerkt door de zeer sterke orthogonale structuur van de lange slagen langs ontginningsassen, is nog herkenbaar in het landschap. De weidse polderbeleving is echter niet meer aanwezig door de verschillende infrastructuren die in de loop der tijd in het gebied aangelegd zijn: snelwegen A4 en A5, de spoorlijn Schiphol-Leiden en de zuidtangent.
Het plangebied maakt onderdeel uit van de ontwikkeling De Hoek Noord, een logistiek bedrijvenpark dat de komende jaren wordt ingericht aangrenzend aan het bestaande bedrijventerrein De Hoek. Het nieuwe bedrijvenpark wordt verder omsloten door de snelwegen A4 en A5 en de spoorlijn. Uitgangspunt in de opzet van De Hoek Noord is de oorspronkelijke polderverkaveling. De lange slagen en de poldersloten vormen de hoofdopzet van het stedenbouwkundig plan. Tussen de slagen word de nieuwe bebouwing opgericht. Het terrein wordt aan twee zijden ontsloten; er is daarmee sprake van een Ringweg. Aan de oostzijde is tevens een reservering opgenomen voor een verbinding met het gebied ten westen van de spoorlijn, mocht dit ooit tot ontwikkeling komen.
Voor de ontwikkeling van dit gebied is Masterplan De Hoek Noord opgesteld, dat op 2 oktober 2008 is vastgesteld door de gemeenteraad. Op basis van dit plan is het bestemmingsplan opgezet.
In dit hoofdstuk is het voor het plangebied relevante ruimtelijk beleid samengevat en wordt geconcludeerd in hoeverre de ontwikkeling past binnen het beleid.
Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR, 2012) en Besluit algemene regels ruimtelijke ordening (Barro, 2014)
Op rijksniveau zijn op ruimtelijk gebied de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) en het Besluit algemene regels ruimtelijke ordening (Barro) de meest bepalende beleidsdocumenten.
SVIR
In de SVIR formuleert het Rijk drie hoofddoelen om Nederland concurrerend, bereikbaar, leefbaar & veilig te houden voor de middellange termijn (2028):
Barro
De Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte is vertaald in het Barro. Dit besluit omvat alle ruimtelijke rijksbelangen die juridisch doorwerken op het niveau van bestemmings- en inpassingsplannen. Met het Barro maakt het Rijk proactief duidelijk waar provinciale verordeningen, inpassingsplannen en gemeentelijke bestemmingsplannen aan moeten voldoen. Uit de regels en kaarten behorende bij het besluit kan worden afgeleid welke aspecten relevant zijn voor het ruimtelijke besluit.
Toetsing
Voor het plangebied zijn de volgende opgaven van nationaal belang relevant:
Dit wordt hieronder toegelicht.
Besluit ruimtelijke ordening (Bro, 2012)
Uit het Bro is met name de Ladder voor duurzame verstedelijking (artikel 3.1.6 Bro) relevant. Deze schrijft voor dat overheden, die nieuwe stedelijke ontwikkelingen mogelijk willen maken, standaard een aantal stappen zetten die borgen dat tot een zorgvuldige ruimtelijke afweging en inpassing van die nieuwe ontwikkeling wordt gekomen.
Dit bestemmingsplan maakt een aanpassing van de beoogde infrastructuur op een nieuw te realiseren bedrijvenpark mogelijk; het betreft het omwisselen van water en verkeer. Naast het feit dat infrastructuur niet aangemerkt wordt als stedelijke ontwikkeling, biedt dit bestemmingsplan geen nieuwe mogelijkheden ten opzichte van het geldende bestemmingsplan. Toetsing aan de ladder voor duurzame verstedelijking is daarom niet nodig.
Conclusie
Het bestemmingsplan is in lijn met het Rijksbeleid
Structuurvisie Noord-Holland 2040
In de structuurvisie Noord-Holland beschrijft de provincie hoe ze de veelzijdigheid van Noord-Holland wenst te bewaken en op welke manier ze met ontwikkelingen als globalisering, klimaatverandering en vergrijzing omgaat. De structuurvisie schetst hoe de provincie er in 2040 moet komen uit te zien. Door de ruimtelijke ordening aan te passen waar nodig, kan met de veranderingen worden omgegaan. Daarnaast kan dit door de bestaande kwaliteiten verder te ontwikkelen.
Het plangebied ligt in het Structuurvisie-gebied 'Vastgesteld of bestaand bedrijventerrein' met de aanduiding 'Schipholgebonden bedrijventerrein'. Het bestemmingsplan draagt bij aan een efficiënte inrichting van het bedrijvenpark De Hoek Noord. Daarmee is het in lijn met het gestelde in de structuurvisie.
Figuur 3.1 uitsnede structuurvisie Noord-Holland
Provinciale Ruimtelijke Verordening 2014
De Provinciale Ruimtelijke Verordening van de provincie Noord-Holland geeft een beschrijving waaraan bestemmingsplannen, projectbesluiten en beheersverordeningen moeten voldoen. Voor de doorwerking van het in de structuurvisie vastgelegde beleid naar gemeenten toe, heeft de provincie een provinciale ruimtelijke verordening vastgesteld. De verordening is het aangewezen instrument als het gaat om algemene regels omtrent de inhoud van gemeentelijke bestemmingsplannen of projectbesluiten. Hierin zal duidelijk het provinciaal belang naar voren moeten komen.
Het plangebied maakt onderdeel uit van het Bestaand bebouwd gebied. Hierbinnen is een beperkte aanpassing van infrastructuur mogelijk.
Conclusie
De ontwikkeling is in lijn met het Provinciaal beleid.
Structuurvisie Haarlemmermeer 2030
Het college heeft op 18 oktober 2012 de Structuurvisie Haarlemmermeer 2030 vastgesteld. Door middel van deze visie wil de gemeente "de samenhang laten zien van plannen en gewenste toekomstige ontwikkelingen". Het is een belangrijk ruimtelijk instrument waarin de inrichting van de ruimte beschreven wordt en dat de basis vormt voor alle bestemmingsplannen. Er staat bijvoorbeeld in hoofdlijnen in waar gewoond, gewerkt en gerecreëerd mag worden.
De ambities voor Haarlemmermeer in 2030 zijn als volgt benoemd:
Op basis van de structuurvisiekaart is het plangebied aangewezen als Kantoorlocatie, bedrijventerrein en logistiek. De ontwikkeling van bedrijvenpark De Hoek Noord past binnen de doelstelling die hier geldt. Dit bestemmingsplan, dat een beperkte aanpassing van de infrastructuur mogelijk maakt, levert hieraan een bijdrage.
Conclusie
De ontwikkeling is in lijn met het gemeentelijk beleid.
Het plangebied maakt onderdeel uit van de ontwikkeling De Hoek Noord, een logistiek bedrijvenpark dat profiteert van de ligging nabij diverse (nationale) infrastructuren, waaronder de luchthaven Schiphol. Zoals aangegeven in paragraaf 2.1 is voor deze ontwikkeling in 2008 een Masterplan gemaakt, dat de basis is geweest voor het bestemmingsplan.
Na vaststelling van het bestemmingsplan is dit masterplan uitgewerkt in een civieltechnisch ontwerp. De eerste fase van deze ontwikkeling zal op korte termijn gerealiseerd worden.
Het Masterplan De Hoek Noord gaat uit van een ringweg rondom het terrein. Aan de buitenzijde van deze ringweg zou bovendien een watergang lopen, waardoor een 'eiland-idee' zou ontstaan. Bovendien zou op deze manier sprake zijn van lange, doorlopende structuurlijnen van zowel water- als verkeer.
Nadeel van deze structuur is dat vrachtwagens relatief weinig draairuimte hebben op de percelen. Dat zou betekenen dat vrachtwagens op de ontsluitingsweg moeten manoeuvreren om de loadingdocks goed te kunnen benaderen. Dat zou kunnen leiden tot opstoppingen en verkeersonveilige situaties. Óf tot een minder efficiënte invulling van de bedrijfspercelen. Daarom is ervoor gekozen deze inrichting deels los te maken. Aan de oostkant was in het bestemmingsplan al ruimte geboden voor een andere inrichting van water- en verkeersstructuur via een wijzigingsbevoegdheid. Aan de westzijde waren water en verkeer echter strak vastgelegd. Met dit bestemmingsplan wordt de beoogde inrichting planologisch mogelijk gemaakt.
In de toekomstige situatie zal de westelijke ontsluitingsweg tegen het spoor, aansluitend op de serviceweg van de NS, worden gerealiseerd. Op korte termijn wordt deze weg gerealiseerd voor de eerste fase van de ontwikkeling De Hoek Noord. In een later stadium zal deze, parallel aan de spoorlijn, het gehele bedrijventerrein ontsluiten.
Ten oosten van deze weg komt een watergang die de bedrijfsclusters scheidt van de weg. Via dijken met duikers worden de (beveiligde) clusters ontsloten. Deze toegangen geven de mogelijkheid voor vrachtwagens loodrecht een cluster in te rijden (i.p.v. in een bocht) en het terrein efficiënter in te delen.
De nieuwe ontsluitingsweg zal, net als oorspronkelijk beoogd, aansluiten op de Rijnlanderweg. Deze ontsluiting zal gecombineerd worden met de ontsluiting van het eerste gebouw van De Hoek Noord, Zone 001 (nu in gebruik bij Triple Logistics). In onderstaand figuur is de detaillering van deze aansluiting weergegeven. Via de Rijnlanderweg en de Kruisweg zal De Hoek Noord in de toekomst aansluiten op de regionale en nationale infrastructuur.
Figuur 4.1 Detail: aansluiting Rijnlanderweg
De aanpassing van de ontsluitingsstructuur zorgt dus voor een efficiënter functionerend bedrijvenpark. Ook blijft hiermee de aansluiting op het omliggende wegennetwerk geborgd. Door de opzet zal er ook in de toekomstige situatie sprake zijn van lange infrastructuurlijnen aan rondom het gebied.
In dit hoofdstuk wordt de aanpassing van de infrastructuur getoetst aan de sectorale wet- en regelgeving. De paragrafen voor de verschillende milieuthema's zijn als volgt opgebouwd: eerst wordt beknopt de vigerende wet- en regelgeving benoemd, vervolgens wordt de ontwikkeling hieraan getoetst en ten slotte wordt een conclusie beschreven per sectoraal aspect.
Wet- en regelgeving
Watertoets / Rijks-, provinciaal en gemeentelijk waterbeleid
Toetsing en conclusie
Bij de voorbereiding van het bestemmingsplan Hoofddorp De Hoek en omgeving heeft intensief overleg plaatsgevonden met het Hoogheemraadschap van Rijnland. Dit heeft geresulteerd in overeenstemming over de waterstructuur en een positief advies op de watertoets.
De voorgestelde aanpassing van de waterstructuur is ook besproken met het Hoogheemraadschap van Rijnland. Ook hierop is een positief akkoord gekomen, resulterend in een watervergunning (zie Bijlage 1). De nieuwe watergangen hebben in dit bestemmingsplan de bestemming Water gekregen. Daarmee is de aanpassing van de waterstructuur planologisch vastgelegd.
De waterbelangen zijn daarmee voldoende geborgd in dit bestemmingsplan.
Wet- en regelgeving
Wet bodembescherming
Toetsing en conclusie
Bij functiewijzigingen dient te worden bekeken of de bodemkwaliteit voldoende is voor de betreffende functiewijziging. In het bestemmingsplan 'Hoofddorp De Hoek en omgeving' is met bodemonderzoek onderbouwd dat de kwaliteit van de bodem voldoende is voor de realisatie van een bedrijvenpark. Deze conclusie geldt ook voor dit bestemmingsplan, aangezien de beoogde functies (verkeer en water) niet bodemgevoelig zijn én omdat er zich geen activiteiten hebben voorgedaan die de kwaliteit van de bodem hebben aangetast. Het aspect bodem leidt daarmee niet tot beperkingen.
Wet- en regelgeving
Wet Natuurbescherming
Toetsing en conclusie
In het bestemmingsplan Hoofddorp De Hoek en omgeving is onderbouwd dat de Natuurbeschermingswet 1998, het provinciale beleid en de Flora- en faunawet geen belemmeringen vormen voor de ontwikkeling. Deze conclusie geldt nog steeds onder de Wet Natuurbescherming, aangezien:
Derhalve vormt het aspect Flora en fauna geen belemmering.
Wet- en regelgeving
Wet archeologische monumentenzorg
Toetsing en conclusie
In 2012 heeft RAAP Archeologisch Adviesbureau een archeologisch bureauonderzoek uitgevoerd naar mogelijke archeologische waarden in het gebied. Hieruit blijkt dat wanneer ingrepen tot dieper dan 5,5 m -Mv onvermijdelijk zijn een archeologisch onderzoek plaats moet vinden.
Voor de aanleg van de weg- en waterstructuur zijn echter geen ingrepen van deze diepte nodig. Dat betekent dat het aspect archeologie geen belemmering vormt. Wel is ter bescherming van mogelijke waarden de dubbelbestemming Waarde-archeologie, die opgenomen is in het bestemmingsplan 'Hoofddorp De Hoek en omgeving', ook opgenomen in dit bestemmingsplan.
Wet- en regelgeving
Besluit ruimtelijke ordening (Bro)
Toetsing en conclusie
Het Bro schrijft voor dat bij het vaststellen van een bestemmingsplan het aspect cultuurhistorie expliciet moet worden meegewogen. In het masterplan is de polderverkaveling, cultuurhistorisch van belang als oorsprong van de Haarlemmermeerpolder, als uitgangspunt genomen. Met de recente aanpassing van het inrichtingsplan is dit uitgangspunt overeind gebleven. De aanpassing van de infrastructuur die met dit bestemmingsplan mogelijk wordt gemaakt, leidt niet tot aantasting van (herstel van) cultuurhistorische waarden.
Wet- en regelgeving
Wet geluidhinder
Toetsing en conclusie
Dit bestemmingsplan maakt de verplaatsing van een beoogde weg mogelijk. Rondom een weg ligt een geluidzone. Aangezien er in de geluidzone van de nieuwe weg geen geluidgevoelige objecten liggen, hoeft geen nader akoestisch onderzoek uitgevoerd te worden. Het aspect geluid leidt niet tot beperkingen.
Het plangebied zelf maakt géén onderdeel uit van een gezoneerd industrieterrein. Wel ligt het plangebied in de geluidszone van het industrieterrein Schiphol. Aangezien het bestemmingsplan binnen deze geluidszone geen nieuwe geluidsgevoelige functies mogelijk maakt, vormt het aspect industrielawaai geen belemmering voor de uitvoering van dit bestemmingsplan. Wel is de geluidszone opgenomen op de verbeelding.
Wet- en regelgeving
Wet Milieubeheer
Toetsing en conclusie
In het bestemmingsplan 'Hoofddorp De Hoek en omgeving' is onderbouwd dat de het aspect lucht de vaststelling van het bestemmingsplan niet belemmert. Deze conclusie geldt ook voor dit bestemmingsplan, aangezien dit plan niet voorziet in extra verkeersbewegingen; het betreft een aanpassing van de aan te leggen openbare ruimte. Het aspect lucht leidt daarmee niet tot beperkingen.
Wet- en regelgeving
Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi)
Toetsing en conclusie
Dit bestemmingsplan maakt geen nieuwe (beperkt) kwetsbare objecten of juist nieuwe Bevi-inrichtingen mogelijk. Daarmee is een toetsing aan het Bevi niet aan de orde.
Wel is relevant dat door het plangebied een hogedruk gasleiding loopt, die onderdeel uitmaakt van de nationale buisleidingenstructuur. De belangen van deze leiding worden planologisch beschermd door de dubbelbestemming Leiding - Gas. De aanpassingen aan de openbare ruimte vinden plaats in overleg met de leidingbeheerder. Het aspect externe veiligheid leidt niet tot beperkingen voor dit bestemmingsplan.
Wet- en regelgeving
VNG-brochure Bedrijven en milieuzonering
Toetsing en conclusie
Dit bestemmingsplan maakt de aanpassing van infrastructuur op een bestaand bedrijventerrein mogelijk. Het leidt niet tot extra bedrijfsmogelijkheden dichter bij gevoelige objecten, of tot nieuwe functies die belemmerend werken voor de bestaande bedrijfsmogelijkheden. Het aspect Bedrijven en milieuzonering leidt daarmee niet tot beperkingen voor de vaststelling van dit bestemmingsplan.
Wet- en regelgeving
Luchthavenindelingsbesluit (Lib)
Toetsing en conclusie
Het plangebied ligt in het beperkingengebied uit het Luchthavenindelingbesluit.
Er gelden bouw- en hoogtebeperkingen. Bovendien ligt het gebied binnen de 20 Ke-contour. Daarnaast gelden beperkingen voor vogelaantrekkende functies. In het bestemmingsplan Hoofddorp De Hoek en omgeving is onderbouwd dat het Lib geen belemmering vormt voor de ontwikkeling van De Hoek Noord, met dien verstande dat voor nieuw te ontwikkelingen gebouwen een verklaring van geen bezwaar afgegeven dient te worden door het ministerie van I&M.
Dit plan maakt een aanpassing van de infrastructuur mogelijk. Dat leidt niet tot nieuwe bouwmogelijkheden of extra water en daarmee strijd met het Lib. Wel zal de planologische regeling uit het vigerende bestemmingsplan worden overgenomen, zodat de luchthavenbelangen zijn geborgd.
Wet- en regelgeving
Wet milieubeheer (Wm) / Besluit m.e.r.
Toetsing en conclusie
De aanpassing van de infrastructuur blijft ruim onder de drempelwaarden zoals genoemd in het Besluit m.e.r. Het bestemmingsplan is dus niet mer(beoordelings)plichtig. Dit blijkt ook uit de toetsing aan de overige omgevingsaspecten (zie hierna).
De Wet ruimtelijke ordening stelt verplicht dat de gemeenteraad tegelijk met de vaststelling van een bestemmingsplan een exploitatieplan vaststelt voor kostenverhaal in het geval het bestemmingsplan nieuwe, bij algemene maatregel van bestuur aangewezen bouwplannen mogelijk maakt. Hierbij gaat het bijvoorbeeld om de bouw van één of meer woningen, de bouw van één of meer andere hoofdgebouwen of de uitbreiding of verbouwing van gebouwen. In de wet is aangegeven welke kosten verhaald kunnen worden. Het vaststellen van een exploitatieplan is niet nodig indien het kostenverhaal anderszins verzekerd is, bijvoorbeeld door gronduitgifte of een anterieure overeenkomst.
In dit geval zijn de gronden in eigendom van Segro. Deze heeft met de gemeente een overeenkomst gesloten waarin het kostenverhaal is geregeld. Het vaststellen van een bestemmingsplan is daarmee niet nodig.
De Provincie Noord-Holland heeft per mail bevestigd dat er met dit bestemmingsplan geen sprake is van nationaal of provinciaal belang. Verder heeft het Hoogheemraadschap van Rijnland al een vergunning afgegeven voor de aanleg van de waterstructuur. Het houden van formeel vooroverleg is derhalve niet nodig.
Het ontwerpbestemmingsplan heeft vanaf 9 maart 2017 gedurende 6 weken ter inzage gelegen. Gedurende de terinzagelegging is eenieder in staat gesteld om schriftelijk of mondeling zijn/haar zienswijze op het bestemmingsplan kenbaar te maken. Er zijn geen zienswijzen ingediend.
Het voorliggende plan betreft een herziening van het bestemmingsplan 'Hoofddorp De Hoek en omgeving'. De regels van dit bestemmingsplan sluiten aan op de regels uit het oorspronkelijke plan. Voor de leesbaarheid is ervoor gekozen de regels integraal over te nemen. Uitzondering is de bestemming Leiding-Gas, omdat de tweede gasleiding inmiddels ook aangelegd is.
De regels bestaan uit vier hoofdstukken.
In hoofdstuk 1 zijn de inleidende regels (begrippen en wijze van meten) opgenomen.
Het tweede hoofdstuk bevat de regels per bestemming. In het plangebied zijn de enkelbestemmingen 'Verkeer' en 'Water'. verder gelden de dubbelbestemmingen 'Waarde - Archeologie' en Leiding - Gas.
De inhoud van de regels zijn op hoofdlijnen identiek, waarbij enkele regels die niet van toepassing zijn
voor de gronden binnen het onderhavige plangebied niet zijn overgenomen.
Hoofdstuk 3 bevat de algemene regels. Hierin komt de antidubbeltelbepaling aan bod, evenals de
algemene bouwregels, de algemene gebruiksregels, de algemene afwijkingsregels en de algemene
wijzigingsregels. Hier is ook de gebiedsaanduiding luchtvaart opgenomen.
Tot slot zijn in hoofdstuk 4 de overgangs- en slotregels opgenomen.