direct naar inhoud van Artikel 3 Verkeer
Plan: Wijkpark Delftwijk/SIG
Plannummer: WP7080001
Status: onherroepelijk
Plantype: wijzigingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0392.WP7080001-0005

Artikel 3 Verkeer

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

a. rijwegen, straten en voet- en fietspaden;

b. pleinen, speelvoorzieningen, groenvoorzieningen en kunstwerken;

c. parkeervoorzieningen, waaronder begrepen ondergrondse parkeergrages

met in- uitrit en bijbehorende voorzieningen zoals o.a. uitlaten voor luchtcirculatie;

d. verhardingen en bermen;

e. waterpartijen zoals vijvers, fonteinen en dergelijke;

f. kiosken en ambulante handel;

g. nutsvoorzieningen kleiner dan 10 m²;

h. bijbehorende voorzieningen, waaronder straatmeubilair, abri's,

bergbezinkbassins en (ondergrondse-) inzamelplaatsen voor afval- en recyclecontainers;

3.2 bouwregels

Binnen de bestemming 'Verkeer' mogen 'gebouwen' en 'andere bouwwerken' worden opgericht, onder de volgende voorwaarden:

a. bebouwingshoogte mag niet meer bedragen dan 3,0 meter, met uitzondering van installaties voor geleiding, beveiliging en regeling van verkeer evenals lichtmasten, die, met uitzondering van die op de N 208, waar de maximale hoogte voor deze objecten 11 meter bedraagt, niet hoger mogen zijn dan 6 meter. Onder bouwwerken, geen gebouwen zijnde worden in elk geval begrepen straatmeubilair, speeltoestellen, nutsvoorzieningen, ondergrondse inzamelplaatsen voor gescheiden afval en kunstwerken;

b. de maximale oppervlakte per bouwwerk, geen gebouw zijnde, mag niet meer bedragen dan 10,0 m²;

c. waar dit op de plankaart is aangegeven,is een parkeerkelder mogelijk met een maximum diepte van 7,0 meter;

archeologisch waardevol gebied

d. voordat, ter voorbereiding van bouwerkzaamheden, wordt overgegaan tot

grondwerkzaamheden dieper dan 30,0 centimeter met een oppervlakte van 10.000m2 of meer, dient de gelegenheid worden geboden tot archeologisch (voor)onderzoek.

3.3 Afwijken van bouwregels

Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 2 onder a en toestaan dat de bouwhoogte van andere bouwwerken maximaal 6,0 meter bedraagt, mits geen onevenredige aantasting zal plaatsvinden van

- de verkeerssituatie ter plaatse;

- het straat- en bebouwingsbeeld;

- de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden;

3.4 Specifieke gebruiksregels

Met betrekking tot het gebruik gelden de volgende regels:

Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken als bedoeld in artikel 2.1 lid 1 onder c Wabo wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:

  • a. het opslaan van onbruikbare of althans aan hun oorspronkelijke gebruik onttrokken voorwerpen, goederen, stoffen en materialen en van emballage en/of afval, waaronder kampeermiddelen, van aan hun gebruik onttrokken machines, voer-, vaar- of vliegtuigen, schroot, afbraak- en bouwmaterialen, grond en bodemspecie, puin- en vuilstortingen. Deze bepaling is niet van toepassing op opslag van materialen welke noodzakelijk is voor de realisering van de bestemming, welke voortvloeien uit het normale dagelijkse onderhoud.
  • b. prostitutie en seksinrichtingen;
  • c. het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van benzineverkooppunten, tenzij anders op de plankaart aangegeven.
3.5 Afwijken van de gebruiksregels

Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 4 als strikte toepassing van deze bepalingen zou leiden tot een beperking van het meest doelmatige gebruik, welke beperking niet door dringende redenen wordt gerechtvaardigd.

3.6 Nadere eisen

a. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd bij de toepassing van de in lid 3 gestelde voorschriften nadere eisen stellen ten aanzien van de situering van bouwwerken en kiosken.


b. Burgemeester en wethouders toetsen bij de toepassing van deze nadere

eisen of geen onevenredige aantasting zal plaatsvinden.


- het straat-en bebouwingsbeeld;


- de verkeerssituatie ter plaatse;


- de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden.