direct naar inhoud van Artikel 11 Verkeer
Plan: Schalkstad
Plannummer: BP9080002
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0392.BP9080002-0003

Artikel 11 Verkeer

11.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor: 

  • a. straten en wegen;
  • b. voet- en fietspaden;
  • c. parkeervoorzieningen;
  • d. terrassen en uitstallingen;
  • e. tevens voor bruggen ter plaatse van de aanduiding 'brug';
  • f. tevens voor openbaar vervoerstation ter plaatse van de aanduiding 'openbaar vervoerstation';
  • g. tevens voor parkeergarage ter plaatse van de aanduiding 'parkeergarage';
  • h. tevens voor fietsenstalling ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - fietsenstalling';
  • i. tevens voor windschermen en luifels ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - windschermen en luifels';
  • j. tevens voor aaneengesloten garageboxen ter plaatse van de aanduiding 'garage';
  • k. bij de bestemming behorende groenvoorzieningen, waterlopen en waterpartijen, speelvoorzieningen, straatmeubilair, kunstwerken, kunstobjecten, waterberging, bergbezinkbassins, reclameuitingen, warmte-koudeopslag, warmte-koudetransport.
11.2 Bouwregels

Binnen de bestemming 'Verkeer' mogen bouwwerken worden opgericht onder de volgende voorwaarden:

11.2.1 Gebouwen
  • a. er mogen uitsluitend gebouwen ten behoeve van voorzieningen van openbaar nut, een parkeergarage ter plaatse van de aanduiding 'parkeergarage' en aaneengesloten garageboxen ter plaatse van de aanduiding 'garage' worden gebouwd;
  • b. een 'parkeergarage' en een 'garage' mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte' is ten hoogste de aangegeven bouwhoogte toegestaan;
  • d. de verticale diepte van een (ondergronds) gebouw mag niet meer dan 7 m bedragen.
11.2.2 Andere bouwwerken
  • a. de bouwhoogte van windschermen en luifels ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - windschermen en luifels' mag niet meer dan 5 m bedragen;
  • b. de maximale bouwhoogte van overige 'andere bouwwerken' mag niet meer dan 3 m bedragen.
11.3 Nadere eisen

Het bevoegd gezag kan nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van:

  • a. het straat- en bebouwingsbeeld;
  • b. de verkeersveiligheid;
  • c. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en/of bouwwerken.
11.4 Afwijken van de bouwregels

Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 2 en toestaan dat een Wmo-voorziening in openbaar toegankelijk gebied wordt geplaatst, mits:

  • a. er is geen achterom aanwezig bij de woning;
  • b. de hoogte van de voorziening mag maximaal 1,3 m bedragen;
  • c. de oppervlakte van de voorziening mag maximaal 4 m² bedragen.