direct naar inhoud van 4.12 Externe Veiligheid
Plan: Poelpolder
Plannummer: BP9080001
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0392.BP9080001-0003

4.12 Externe Veiligheid

Algemeen

Externe veiligheid betreft het beheersen van risico's die ontstaan voor de omgeving door het gebruik, de opslag en het vervoer van gevaarlijke stoffen, zoals bijvoorbeeld vuurwerk, LPG, fossiele brandstoffen en oplosmiddelen over weg, water, spoor en door buisleidingen. Deze activiteiten leggen beperkingen op aan de ruimtelijke ontwikkelingen van een gebied. Er zijn veiligheidsafstanden nodig tussen bedrijven en of (spoor)-wegen waar gevaarlijke stoffen worden opgeslagen en/of vervoerd. Het Besluit externe veiligheid inrichtingen (hierna te noemen Bevi), en in analogie daarmee de AMvB's voor het transport van gevaarlijke stoffen (Het BevB en per 2012 het Btev) wil burgers in hun woon- en leefomgeving een wettelijk minimum beschermingsniveau bieden tegen de risico's verbonden aan gevaarlijke stoffen. De milieukwaliteitseisen betreffen het zogenaamde plaatsgebonden risico (PR) en het groepsrisico (GR).

 

Plaatsgebonden risico

Dit is het risico op een bepaalde plaats, uitgedrukt als de kans per jaar dat een gemiddelde persoon op die plaats in de omgeving van een inrichting of transportroute overlijdt als rechtstreeks gevolg van een ongeval. Uitgangspunt is dat die persoon onbeschermd en permanent op die plaats aanwezig is. Binnen een risico contour van 10-6   mogen geen kwetsbare objecten zijn gelegen zoals scholen en woningen.

 

Groepsrisico

Het groepsrisico drukt de kans per jaar uit dat een groep mensen van een minimaal bepaalde omvang overlijdt als direct gevolg van een ongeval in de omgeving van een inrichting of transportroute, waarbij gevaarlijke stoffen betrokken zijn.

Vervoer gevaarlijke stoffen
Vervoer van gevaarlijke stoffen over het water, de weg of het spoor vindt in en rond het plangebied niet plaats.

Aan de overkant van de Ringvaart in de gemeente Haarlemmermeer (buiten het plangebied), is er een LPG-vulpunt in Vijfhuizen gevestigd dat onder het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) valt . Het vervoer van LPG naar Vijfhuizen vindt over de A205 plaats.

In 2009 is de doorzethoeveelheid van de LPG door de gemeente Haarlemmermeer verhoogd van 650 m3 naar maximaal 1000 m3. Het hierbij behorende invloedsgebied valt ten dele over het zuidelijk deel van het plangebied.

De plaatsgebonden risico contour 10-6 valt geheel binnen het grondgebied van Haarlemmermeer

Binnen het GR- invloedsgebied staan 3 losse bouwwerken. Het te verantwoorden groepsrisico is zeer laag (ruim onder de 0,1 GR). Er is conform het Bevi een aantal onderwerpen dat geadresseerd moet worden in de verantwoording:

  • Aantallen personen binnen het invloedsgebied:
    Het aantal personen binnen het invloedsgebied is laag en verandert niet als gevolg van het vaststellen van dit bestemmingsplan, omdat er binnen het Haarlemse deel van het invloedsgebied geen ontwikkelingen mogelijk gemaakt worden.
  • Een alternatieve inrichting van het plangebied met een lager gr:
    Omdat er geen ontwikkeling plaatsvindt is het overwegen van een alternatieve inrichting van het plangebied met een lager groepsrisico niet aan de orde.
  • Maatregelen om in de toekomst het gr te verlagen:
    Vanwege diezelfde reden is er geen voornemen om maatregelen te nemen die het GR in de toekomst beogen verder te verlagen.

Met de gemeente Haarlemmermeer is conform art 13 lid 2 van het Bevi overleg gevoerd over het benzinestation Hendriks dat het GR veroorzaakt. De gemeente is met de inrichtingdrijver in onderhandeling over de verplaatsing van het station. Vooruitlopend op de eventuele verplaatsing van het tankstation zijn de LPG-tanks buiten gebruik gesteld.

Voor Haarlem betekent dit dat gesteld mag worden dat de risico's niet binnen de voorzienbare termijn zullen oplopen.

De Veiligheidregio (in casu de brandweer Kennemerland) is in de gelegenheid gesteld om advies uit te brengen op de mogelijkheden voor het bestrijden van een ramp in dit plangebied. Met inachtneming van de daadwerkelijke risico's heeft de veiligheidsregio in haar reactie van 22 december 2011 aangegeven geen opmerkingen te hebben. De brief is in bijlage 7 opgenomen.