Plan: | Eerste partiële herziening - Castricum Centrum |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0383.BPC17WcGeesterduin-VS01 |
Ten aanzien van het plan geldt dat, naast het bepaalde in deze partiële herziening, de regels gegeven in het moederplan van toepassing zijn.
De partiële herziening Eerste partiële herziening - Castricum Centrum van de gemeente Castricum. Het plangebied is het winkelcentrum Geesterduin te Castricum.
het bestemmingsplan 'Castricum Centrum' met identificatienummer NL.IMRO.0383.BPC12Centrum-VS01 van de gemeente Castricum, vastgesteld door de gemeenteraad op 23 mei 2013.
de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0383.BPC17WcGeesterduin-VS01 met de bijbehorende regels.
De begrippen uit artikel 1 van de regels van het moederplan, voor zover relevant voor dit plan, zijn van overeenkomstige toepassing.
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
De wijze van meten uit artikel 2 van de regels van het moederplan, is van overeenkomstige toepassing.
De voor "Centrum - 3" aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met bijbehorende gebouwen, bouwwerken geen gebouwen zijnde, wegen en paden, parkeervoorzieningen, speelvoorzieningen, water en voorzieningen voor de waterhuishouding, tuinen en erven.
Gebouwen voldoen aan de volgende kenmerken:
De bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, is maximaal:
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 3.2.1, sub b en sub c tot een maximale bouwhoogte van 15 meter.
De voor "Waarde - Archeologie 4" aangewezen gronden zijn, naast de andere voor die gronden aangewezen bestemmingen, ook bestemd voor de bescherming en veiligstelling van de aan de grond eigen zijnde archeologische waarden.
In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen (artikelen 3 tot en met 18 van het moederplan) mag op de in artikel 4.1 bedoelde gronden alleen worden gebouwd ten behoeve van aanvullend of definitief archeologisch onderzoek.
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 4.1 voor het bouwen overeenkomstig de andere bestemmingen, mits is aangetoond dat de archeologische waarden door de bouwactiviteiten niet onevenredig worden of kunnen worden geschaad.
Afwijking als bedoeld in artikel 4.3.1 is niet vereist, indien:
Een omgevingsvergunning wordt niet eerder verleend dan nadat advies is verkregen van de archeologisch deskundige, omtrent de vraag of de archeologische waarden niet onevenredig worden of kunnen worden geschaad en de eventueel te stellen voorwaarden.
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning op de in artikel 4.1 bedoelde gronden de volgende andere-werken uit te voeren:
Een omgevingsvergunning wordt niet eerder verleend dan nadat advies is verkregen van de archeologisch deskundige, omtrent de vraag of de archeologische waarden niet onevenredig worden of kunnen worden geschaad en de eventueel te stellen voorwaarden.
Het in artikel 4.4.1 vervatte verbod is niet van toepassing, indien:
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen voor:
De algemene regels uit hoofdstuk 3 van de regels van het moederplan, voor zover relevant voor deze partiële herziening, zijn van overeenkomstige toepassing.
Het overgangsrecht uit artikel 28 van de regels van het moederplan, is van overeenkomstige toepassing.
Deze regels worden aangehaald als:
'Regels van de Eerste partiële herziening - Castricum Centrum'.