direct naar inhoud van Artikel 5 Wonen
Plan: Hoogegeest 28a
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0383.BPA12Hoogegeest28a-VA01

Artikel 5 Wonen

5.1 Bestemmingsomschrijving

De voor "Wonen" aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. woningen;
  • b. aan-huis-verbonden beroeps- en bedrijfsactiviteiten, overeenkomstig het bepaalde in lid 7.1;
  • c. mantelzorg in een afhankelijke woonruimte;

met daarbij behorende:

  • d. aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen;
  • e. overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde
  • f. tuinen en erven.
5.2 Bouwregels
5.2.1 Hoofdgebouwen

Hoofdgebouwen voldoen aan de volgende kenmerken:

  • a. gebouwd binnen het bouwvlak;
  • b. per bouwvlak is ten hoogste één hoofdgebouw toegestaan, tenzij het bouwvlak is voorzien van de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden', in welk geval het ter plaatse aangegeven aantal hoofdgebouwen is toegestaan;
  • c. de inhoud van een hoofdgebouw is maximaal 650 m³;
  • d. de goothoogte van een hoofdgebouw bedraagt maximaal 6,00 m;
  • e. de bouwhoogte van een hoofdgebouw bedraagt maximaal 9,00 m.
5.2.2 Aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen

Aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen bij de woning mogen zowel in als buiten het bouwvlak worden gebouwd en voldoen aan de volgende kenmerken:

  • a. de gezamenlijke oppervlakte van aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen bedraagt ten hoogste 75 m2 , met dien verstande dat het bouwperceel tot maximaal 50% mag worden bebouwd;
  • b. aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen worden op minimaal 12,00 m afstand vanaf een weg gebouwd;
  • c. de goothoogte van aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen bedraagt maximaal 3,00 m, dan wel de hoogte van de eerste bouwlaag van het hoofdgebouw plus 0,25 m;
  • d. de bouwhoogte van aan- en uitbouwen, aangebouwde bijgebouwen en aangebouwde overkappingen bedraagt maximaal de bouwhoogte van het hoofdgebouw verminderd met 1,00 m, waarbij geldt dat de bouwhoogte in ieder geval maximaal 6,00 m mag bedragen;
  • e. de bouwhoogte van vrijstaande bijgebouwen en vrijstaande overkappingen bedraagt maximaal de bouwhoogte van het hoofdgebouw verminderd met 1,00 m, waarbij geldt dat de bouwhoogte in ieder geval maximaal 5,00 m mag bedragen;
5.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

De bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt maximaal:

  • a. erf- en terreinafscheidingen voor (het verlengde van) de voorgevel: 1,00 m;
  • b. erf- en terreinafscheidingen achter (het verlengde van) de voorgevel: 2,00 m;
  • c. pergola's: 2,50 m;
  • d. vlaggenmasten: 6,50 m;
  • e. overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde: 2,50 m.
5.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen, ten behoeve van de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing.