direct naar inhoud van Artikel 4 Wonen
Plan: Boekel 23
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0383.BPA10Boekel23-VS01

Artikel 4 Wonen

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wonen in de vorm van een vrijstaande eengezinswoning;
  • b. aan huis verbonden beroepen;
  • c. tuinen en erven;
  • d. parkeervoorzieningen.
4.2 Bouwregels
4.2.1 Algemeen

In of op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming uitsluitend worden gebouwd:

  • a. gebouwen;
  • b. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
4.2.2 Hoofdgebouwen

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

  • a. het hoofdgebouw mag uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd;
  • b. als hoofdgebouw mag één woning worden gebouwd;
  • c. de maximale goot- en bouwhoogte bedragen de hoogte zoals aangegeven op de verbeelding ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte (m)';
  • d. de inhoud van een hoofdgebouw mag maximaal 650 m³ bedragen.
4.2.3 Aan- en uitbouwen en bijgebouwen

Aan- en uitbouwen en bijgebouwen bij de woning mogen zowel in als buiten het bouwvlak worden gebouwd en voldoen aan de volgende kenmerken:

  • a. gebouwd, op het achter- of zijerf, minimaal 1 meter achter de voorgevel van het hoofdgebouw, met dien verstande, dat uitbouwen in de vorm van erkers op het voorerf mogen worden aangebouwd, mits:
    • 1. de horizontale diepte maximaal 1 meter bedraagt;
    • 2. de diepte van de overblijvende, niet met gebouwen bebouwde, gronden minimaal 2,5 meter bedraagt;
    • 3. de goothoogte maximaal 3 meter bedraagt, dan wel de hoogte van de 1e bouwlaag van het hoofdgebouw plus 0,25 meter;
  • b. de gezamenlijke oppervlakte van aan- en uitbouwen en bijgebouwen mag maximaal 100 m² bedragen;
  • c. het bouwperceel mag niet meer dan voor 50% worden bebouwd;
  • d. goothoogte maximaal 3 meter dan wel de hoogte van de 1e bouwlaag van het hoofdgebouw plus 0,25 meter bedraagt;
  • e. bouwhoogte van aan- en uitbouwen en aangebouwde bijgebouwen maximaal de bouwhoogte van het hoofdgebouw verminderd met 1 meter bedraagt, waarbij geldt dat de bouwhoogte in ieder geval 3 meter mag bedragen en maximaal 6 meter;
  • f. bouwhoogte van vrijstaande bijgebouwen maximaal de bouwhoogte van het hoofdgebouw verminderd met 1 meter bedraagt, waarbij geldt dat de bouwhoogte in ieder geval 3 meter mag bedragen en maximaal 4,5 meter;
  • g. hoogte van balkonhekken op aan- en uitbouwen maximaal 1,2 meter ten opzichte van de hoogte van de 1e bouwlaag van aan-, of uitbouw bedraagt.
4.2.4 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedragen maximaal:

  • a. van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde 2,5 meter;
  • b. erf- en terreinafscheidingen voor (het verlengde van) de voorgevel 1 meter;
  • c. erf- en terreinafscheidingen achter (het verlengde van) de voorgevel 2 meter;
  • d. pergola's 2,5 meter;
  • e. vlaggenmasten 6,5 meter.