direct naar inhoud van Artikel 4 Wonen
Plan: Oudere Dorp-Vaartweg 26
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0381.BP2012B004002-va01

Artikel 4 Wonen

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. het wonen;
  • b. aan-huis-gebonden beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten;
  • c. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals erven, nutsvoorzieningen, parkeervoorzieningen, tuinen, water en toegangswegen.

4.2 Bouwregels

Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:

4.2.1 Hoofdgebouwen
  • a. hoofdgebouwen worden binnen het bouwvlak gebouwd;
  • b. de bouwhoogte van hoofdgebouwen bedraagt ten hoogste de ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte (m)' aangegeven bouwhoogte, met dien verstande dat deze hoogte kan worden overschreden door borstweringen ten behoeve van dakterrassen met ten hoogste 1,1 m en uitsluitend aan de zijkanten ten behoeve van terrasschermen met een hoogte van ten hoogste 1,8 m;
  • c. per bestemmingsvlak is ten hoogste het aantal met de aanduiding 'maximumaantal wooneenheden' aangegeven woningen toegestaan;
  • d. woningen worden aaneengebouwd gebouwd;
  • e. indien hoofdgebouwen niet zijn voorzien van een platte afdekking, dient de dakhelling minimaal 35º en maximaal 65º te bedragen.

4.2.2 Aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen
  • a. de bouwhoogte van aan- en uitbouwen mag niet meer bedragen dan 5 m, met dien verstande dat de goothoogte van de aan- of uitbouw niet meer mag bedragen dan de hoogte van de beganegrondlaag van het hoofdgebouw + 25 cm;
  • b. de goothoogte van bijgebouwen en overkappingen mag niet meer bedragen dan 3 m en de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 5 m;
  • c. het gezamenlijk te bebouwen oppervlak aan aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen mag ten hoogste 50% van de bij het hoofdgebouw behorende zij- en/of achtererf bedragen, met een maximum van 50 m², met dien verstande dat een aaneengesloten oppervlakte van ten minste 25 m² van het zij- of achtererf onbebouwd en onoverdekt dient te blijven;
  • d. de diepte van een aan- en uitbouw, gemeten vanuit de achtergevel van het hoofdgebouw, mag niet meer bedragen dan 3 m;
  • e. indien bijgebouwen niet zijn voorzien van een platte afdekking dient de dakhelling minimaal 35º en maximaal 65º te bedragen.

4.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde
  • a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen op het zijerf op een afstand van 1 m achter (het verlengde van) de voorgevel bedraagt ten hoogste 2 m;
  • b. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen op het achtererf bedraagt ten hoogste 2 m;
  • c. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen elders op het perceel bedraagt ten hoogste 1 m;
  • d. de bouwhoogte van vlaggenmasten bedraagt ten hoogste 6 m;
  • e. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt ten hoogste 2 m.

4.3 Specifieke gebruiksregels
4.3.1 Aan-huis-gebonden beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten

Onder de uitoefening van aan-huis-gebonden beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten in samenhang met het wonen, wordt verstaan het gebruik van gedeelten van woningen ten behoeve van aan-huis-gebonden beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten, voor zover:

  • a. het vloeroppervlak ten behoeve van kantoor- en praktijkruimten en de kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten niet groter is dan 25% van het vloeroppervlak van de woning, inclusief aan- en uitbouwen, met dien verstande dat het gebruik van bijgebouwen ten behoeve van aan-huis-gebonden beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten niet is toegestaan;
  • b. ten behoeve van de kantoor- en praktijkruimten en de kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten in voldoende parkeergelegenheid wordt voorzien;
  • c. de kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten geen nadelige invloed hebben op de normale afwikkeling van het verkeer en niet gepaard gaan met horeca en detailhandel, uitgezonderd beperkte verkoop die ondergeschikt is aan de uitoefening van de betrokken kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten;
  • d. het beroep of de activiteit door de bewoner van de woning wordt uitgeoefend.

4.3.2 Dakterrassen

Dakterrassen zijn uitsluitend toegestaan indien deze gericht zijn naar de voorgevel van het hoofdgebouw.