Plan: | Het Spiegel-Iepenlaan 6 |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0381.BP2010B002002-oh01 |
Provinciale ruimtelijke verordening 2009
De Provinciale ruimtelijke verordening 2009 is gebaseerd op de volgende uitgangspunten:
In de Provinciale ruimtelijke verordening is aangegeven dat het wenselijk is voor de provincie om (onder andere):
Aangezien de ontwikkelingen binnen de rode contour zijn voorzien, hoeft volgens de Provinciale ruimtelijke verordening geen beeldkwaliteitsplan te worden opgesteld.
Structuurvisie Noord-Holland 2040
De provincie Noord-Holland heeft in het kader van de nieuwe Wro een structuurvisie voor de gehele provincie vastgesteld: Structuurvisie Noord-Holland 2040. Hierin vormen de volgende drie hoofdbelangen gezamenlijk de ruimtelijke hoofddoelstelling van de provincie.
De provincie vindt het belangrijk om de beperkte en onder druk staande ruimte goed en duurzaam te gebruiken. Onder duurzaam verstaat men het plaatsen van de juiste functies op de juiste plekken. De juiste plek wordt bepaald door een aantal factoren waaronder de behoefte aan voorzieningen ter plaatse en de bereikbaarheid van de locatie. Binnenstedelijke mogelijkheden worden hierbij geprefereerd. De provincie wil ervoor zorgen dat gemeenten en andere partijen zoveel mogelijk gebruikmaken van de mogelijkheden voor binnenstedelijk bouwen en verdichting.
Regionale woonvisie (2008)
In 2008 is de Regionale woonvisie opgesteld. In deze woonvisie is de situatie van de woningmarkt weergegeven. Tevens is een wensbeeld opgenomen voor het jaar 2020. Uit het wensbeeld vloeien vier kernambities voort:
Tevens zijn er drie strategieën opgesteld om het wensbeeld en de ambities te kunnen realiseren:
Kwaliteitshandvest gemeenten, corporaties en regio Gooi en Vechtstreek (2003)
Het Kwaliteitshandvest is een regionale uitwerking van het Kwaliteitshandvest Wonen Noord-Holland van de provincie Noord-Holland. Behoud van het kwalitatief hoogwaardige woon- en leefmilieu staat centraal. Kwantiteit is hieraan ondergeschikt. Er dienen woningen en woonmilieus te komen die op de wensen en kenmerken (leeftijd, huishoudensamenstelling en inkomen) van de bevolking zijn afgestemd.
Het plangebied kan worden gekarakteriseerd als groen stedelijk woonmilieu (villawijken, groenstedelijke tuinsteden).
Er wordt in het kwaliteitshandvest een aantal volkshuisvestingsopgaven aangegeven: