direct naar inhoud van Artikel 15 Natuur - 1
Plan: Bloemendaal 2012
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0377.BL2012-ow01

Artikel 15 Natuur - 1

15.1 Bestemmingsomschrijving
15.1.1 Algemeen

De voor Natuur - 1 aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. het behoud, het herstel en/of de ontwikkeling van natuur- en landschappelijke waarden;
  • b. waterhuishoudkundige doeleinden;
  • c. sloten, beken en daarmee gelijk te stellen waterlopen;
  • d. het behoud en herstel van landschappelijke tuinen.

15.1.2 Houtstapels en/of takkenril

Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van groen - houtstapels en/of takkenril' zijn de gronden mede bestemd voor houtstapels en/of takkenrillen.

15.1.3 Houtwal

Ter plaatse van de aanduiding 'houtwal' zijn de gronden mede bestemd voor houtwallen.

15.2 Bouwregels
15.2.1 Gebouwen

Ten aanzien van de in lid 15.1.1 bedoelde gronden geldt dat er uitsluitend één berging per woonperceel mag worden gebouwd ten behoeve van terreinonderhoud, waarbij:

  • a. de grondoppervlakte niet meer mag bedragen dan 10 m2;
  • b. de bouwhoogte mag niet meer dan 3 meter bedragen.

15.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Ten aanzien van de in lid 15.1.1 bedoelde gronden gelden de volgende bepalingen:

  • a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen die naar de openbare weg zijn gericht mag niet meer dan 1 meter bedragen;
  • b. vanaf 1 meter achter de voorgevelrooilijn mag de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen niet meer dan 2 m bedragen, mits de erf- of terreinafscheidingen niet naar de openbare weg zijn gericht;
  • c. de bouwhoogte van toegangshekken voor de voorgevelrooilijn mag ten hoogste 1,50 m bedragen.
  • d. de hoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 3 m bedragen.

15.2.3 Houtstapels en/of takkenril

Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van groen - houtstapels en/of takkenril' geldt dat bebouwing niet is toegestaan.

15.2.4 Houtwal

Ter plaatse van de aanduiding 'houtwal' geldt dat bebouwing niet is toegestaan.

15.3 Nadere eisen

Het bevoegd gezag kan nadere eisen stellen aan het bepaalde in lid 15.2 aan de plaatse en de afmetingen van bebouwing, ten behoeve van:

  • a. het behoud, het herstel en/ of de ontwikkeling van natuur en/ of landschappelijke waarden van gronden;
  • b. gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden;
  • c. de plaatsing van een erfafscheiding, met dien verstande, dat kan worden geëist, dat de erfafscheiding op een afstand van ten hoogste 1 m uit de perceelsgrens wordt geplaatst.
15.4 Specifieke gebruiksregels
15.4.1 houtstapels en/of takkenrillen

Het is verboden houtstapels en/of takkenrillen aan te brengen tot een grotere hoogte dan 1,80 meter.

15.4.2 Kunstgrasvelden

Het is verboden de gronden te gebruiken als kunstgrasvelden.

15.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden algemeen
15.5.1 Verboden uitvoeren van andere werken

Het is verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegd gezag op de in lid 15.1.1 bedoelde gronden de volgende werken of werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het aanleggen of verharden van wegen, paden of parkeergelegenheden en het aanleggen van andere oppervlakteverhardingen;
  • b. het ontginnen, verlagen van de bodem, afgraven, ophogen of egaliseren van de grond, voor zover de Ontgrondingenwet en de daarop gebaseerde verordeningen niet van toepassing zijn;
  • c. het aanleggen of aanbrengen van oeverbeschoeiingen of aanlegplaatsen;
  • d. het aanleggen van dijken of andere taluds of het vergraven of ontgraven van reeds bestaande taluds;
  • e. het aanleggen van waterlopen of waterpartijen of het vergraven, verruimen of dempen van reeds bestaande waterlopen of waterpartijen;
  • f. het aanbrengen van ondergrondse of bovengrondse transport-, energie-, of telecommunicatieleidingen en de daarmee verband houdende constructies, installaties of apparatuur;
  • g. het vellen, rooien of beschadigen van houtgewas voor zover de Boswet of de Algemene Plaatselijke Verordening niet van toepassing zijn;
  • h. het bemalen of draineren van de grond, alsmede het winnen, toevoeren, afdammen of stuwen van water.

15.5.2 Uitzonderingen

Het bepaalde in lid 15.5.1 is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:

  • a. het normale onderhoud, gebruik en beheer ten dienste van de bestemming betreffen;
  • b. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van het plan;
  • c. reeds mogen worden uitgevoerd krachtens een reeds verleende vergunning.

15.5.3 Toelaatbaarheid

Een vergunning als bedoeld in lid 15.5.1 wordt uitsluitend verleend indien en voor zover deze geen onevenredige schade toebrengen aan de landschappelijke en natuurlijke waarden van deze gronden.

15.5.4 Advies

Het bevoegd gezag wint ten behoeve van de beoordeling van een aanvraag om een vergunning als bedoeld in lid 15.5.1 advies in bij een ter zake deskundige.

15.6 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden bij een houtstapel en/of takkenril
15.6.1 Verboden uitvoeren van andere werken

Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van groen - houtstapel en/of takkenril' is het verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegd gezag op de in lid 15.1.3 bedoelde gronden de volgende werken of werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het ophogen en afgraven van gronden;
  • b. het aanbrengen van verhardingen;
  • c. het aanbrengen van ondergrondse en bovengrondse transport-, energie- of telecommunicatieleidingen, en daarmee verband houdende constructies, installaties of apparatuur;
  • d. het verwijderen van houtstapels en/of takkenrillen.

15.6.2 Uitzonderingen

Het bepaalde in lid 15.6.1 is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:

  • a. het normale onderhoud, gebruik en beheer ten dienste van de bestemming betreffen;
  • b. noodzakelijk zijn in verband met de realisering van de bestemming;
  • c. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van het plan.

15.6.3 Toelaatbaarheid

Een vergunning als bedoeld in lid 15.6.1 wordt uitsluitend verleend indien en voor zover deze geen onevenredige aantasting van de houtstapel en/ of takkenril plaatsvindt.

15.6.4 Advies

Het bevoegd gezag wint ten behoeve van de beoordeling van een aanvraag om een vergunning als bedoeld in lid 15.6.1 advies in bij een ter zake deskundige.

15.7 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden bij een houtwal
15.7.1 Verboden uitvoeren van andere werken

Ter plaatse van de aanduiding 'houtwal' is het verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegd gezag op de in lid 15.1.1 bedoelde gronden de volgende werken of werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het ophogen en afgraven van gronden;
  • b. het aanbrengen van verhardingen;
  • c. het aanbrengen van ondergrondse en bovengrondse transport-, energie- of telecommunicatieleidingen, en daarmee verband houdende constructies, installaties of apparatuur;
  • d. het snoeien van takken en het verwijderen van wortels;
  • e. het vellen van bomen;
  • f. het aanbrengen van houtstapels en/of takkenrillen.

15.7.2 Uitzonderingen

Het bepaalde in lid 15.7.1 is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:

  • a. het normale onderhoud, gebruik en beheer ten dienste van de bestemming betreffen;
  • b. noodzakelijk zijn in verband met de realisering van de bestemming;
  • c. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van het plan.

15.7.3 Toelaatbaarheid

Een vergunning als bedoeld in lid 15.7.1 wordt uitsluitend verleend indien en voor zover:

  • a. geen onevenredige aantasting van de houtwal plaatsvindt
  • b. ten aanzien van de in lid 15.7.1 sub e genoemde werkzaamheden, de levensvatbaarheid van de bomen niet langer is gewaarborgd.

15.7.4 Advies

Het bevoegd gezag wint ten behoeve van de beoordeling van een aanvraag om vergunning als bedoeld in lid 15.7.1 advies in bij een ter zake deskundige.