direct naar inhoud van 7.6 Milieuzonering
Plan: Bedrijventerrein Overamstel
Plannummer: U0808BPGST
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0363.U0808BPGST-OH01

7.6 Milieuzonering

7.6.1 Algemeen

Een goede ruimtelijke ordening voorziet in het voorkomen van voorzienbare hinder en gevaar door milieubelastende activiteiten. Sommige activiteiten die in een bestemmingsplan mogelijk worden gemaakt, veroorzaken milieubelasting voor de omgeving. Andere activiteiten moeten juist beschermd worden tegen milieubelastende activiteiten. Door bij nieuwe ontwikkelingen voldoende afstand in acht te nemen tussen milieubelastende activiteiten (zoals bedrijven) en gevoelige functies (zoals woningen) worden hinder en gevaar voorkomen en wordt het bedrijven mogelijk gemaakt zich binnen aanvaardbare voorwaarden te vestigen.
In het bestemmingsplan kan de afstand tussen milieugevoelige en milieubelastende activiteiten worden vastgelegd. Het regelen van die afstand wordt ook wel milieuzonering genoemd. Het doel van milieuzonering is om te komen tot een optimale kwaliteit van de leefomgeving. Instrumenten van ruimtelijke ordening en milieu kunnen elkaar daarbij ondersteunen.

Het waar nodig ruimtelijk scheiden van bedrijven en woningen bij nieuwe ontwikkelingen dient twee doelen:

  • het reeds in het ruimtelijk spoor voorkomen of zoveel mogelijk beperken van hinder en gevaar voor woningen (en andere milieugevoelige objecten);
  • het tegelijk daarmee aan de bedrijven voldoende zekerheid bieden dat zij hun activiteiten duurzaam binnen aanvaardbare voorwaarden kunnen uitoefenen.

De hoofdvraag van milieuzonering is hoe bedrijven en woningen ten opzichte van elkaar worden gesitueerd. Daarbij komen de volgende deelvragen aan de orde:

  • 1. welke afstand is aanvaardbaar tussen nieuwe bedrijven en bestaande woningen;
  • 2. welke afstand is aanvaardbaar tussen nieuwe woningen en bestaande bedrijven;
  • 3. welke bedrijven zijn aanvaardbaar in een gemengd gebied;
  • 4. mag een concreet bedrijf zich op een bepaalde locatie vestigen.

Het voorliggende bestemmingsplan bevat een milieuzonering. Daarbij is gebruik gemaakt van de VNG-uitgave "Bedrijven en Milieuzonering, Handreiking voor maatwerk in de gemeentelijke ruimtelijke ordeningspraktijk van 2007" (VNG-publicatie).

7.6.2 VNG-publicatie Bedrijven en milieuzonering

De VNG-publicatie Bedrijven en milieuzonering, Handreiking voor maatwerk in de gemeentelijke ruimtelijke ordeningspraktijk (VNG-publicatie) is een hulpmiddel voor milieuzonering in de ruimtelijke planvorming (2007). Om een milieuzonering in een concrete situatie te kunnen uitwerken bevat de VNG-publicatie bouwstenen. De drie belangrijkste bouwstenen zijn:

  • 1. de richtafstandenlijst;
  • 2. twee omgevingstypen;
  • 3. een lijst van toelaatbare activiteiten in gemengd gebied met het oog op functiemenging.

De belangrijkste bouwstenen voor milieuzonering zijn de twee richtafstandenlijsten die zijn opgenomen in bijlage 1 van de VNG-publicatie. Dit zijn afstanden ten opzichte van een rustige woonwijk (of een vergelijkbaar omgevingstype, zoals een rustig buitengebied). In de bijlagen wordt onderscheid gemaakt naar richtafstanden voor de ruimtelijke relevante milieuaspecten geur, stof, geluid en gevaar. De grootste van deze vier richtafstanden is bepalend voor de indeling van een activiteit in een milieucategorie.
Om tot een optimale invulling van de ruimte te komen worden diverse omgevingstypen onderscheiden. Het achterliggende idee is dat de gevoeligheid van een gebied mede afhankelijk is van het omgevingstype. De gevoeligheid van een gebied kan daarom aanleiding zijn om af te wijken van de standaardafstanden in de bedrijvenlijst die uitgaan van de ligging in een rustige woonwijk. Afhankelijk van het type gebied kan een correctie worden toegepast op de afstanden die zijn genoemd in de standaardlijst en wel per hinderaspect (geluid, stof, stank en dergelijke) dat in de lijst is genoemd.

Overamstel is thans nog geheel een bedrijvengebied. In de omgeving van het gebied zijn diverse bedrijven gevestigd. Ook in de toekomst zullen bedrijven in Overamstel gevestigd blijven. Het onderhavige plangebied zal een bedrijvengebied blijven. Deelgebied 2 en 1c zullen in de toekomst worden getransformeerd tot een woon-werkgebied.

Het huidige uitbreidingsplan Industriegebied Amstel kent geen Staat van Inrichtingen of vergelijkbare regeling. Op grond van het uitbreidingsplan zijn dan ook bedrijven in alle milieucategorieën mogelijk. Gelet op de transformatie van Amstelkwartier, deelgebied 1c en 2 naar woon-werkgebieden is het noodzakelijk in het bestemmingsplan een regeling op te nemen waarbij de toegestane milieucategorieën worden beperkt, teneinde te waarborgen dat bedrijven met te zware milieuhinder zich niet in de nabijheid van de nieuwe woonwijk kunnen vestigen.

Wat betreft de toegestane milieuhinder zijn bedrijven uit ten hoogste categorie 3.1. toegestaan. De vestiging van bedrijven in categorie 3.2 en hoger wordt niet rechtstreeks mogelijk gemaakt, behoudens de bestaande vier bedrijven die in het plangebied gevestigd zijn en een maatbestemming krijgen.

Voor het plangebied is er een inventarisatie (september 2007) gemaakt naar de bedrijven die er thans gevestigd zijn. Het grootste aantal bedrijven valt in de milieuhindercategorie 1 tot en met 3.1. Deze activiteiten zijn gelet op de afstand tot de voorziene woningbouw elders in Overamstel zonder meer verenigbaar met deze woningbouw.

Zoals gezegd hebben een viertal bedrijven binnen het plangebied een hogere milieuhinder categorie. Deze bedrijven kunnen blijven bestaan. De reden hiervan is dat zij - gelet op de afstand tot de voorziene woningbouw en hun concrete bedrijfsvoering - zodanig zijn (of worden) ingericht dat zij geen onaanvaardbare hinder veroorzaken voor de geplande woningbouw. Deze bedrijven worden positief bestemd en zijn als zodanig nader aangeduid op de plankaart.
Meer bedrijven in het plangebied met een hogere milieuhindercategorie dan 3.1 wordt niet wenselijk bevonden. Dit aangezien de beoogde woon-werkgebieden in het Amstelkwartier en in de deelgebieden 1c en 2 hierdoor onaanvaardbaar worden gehinderd.

In de onderstaande paragraaf is per bedrijf een onderbouwing aangegeven (zie paragraaf 7.7).

De Staat van Inrichtingen is als bijlage bij de regels opgenomen. Behoudens de vier nader aangeduide bedrijven, zijn bedrijven alleen toegestaan als ze vallen in milieuhindercategorie 3.1 of lager.

7.6.3 Resultaten onderzoeken / bestaande bedrijven

De bestaande bedrijven worden in dit bestemmingsplan allemaal positief bestemd. De meeste bedrijven valt in de milieuhindercategorie 1 tot en met 3.1 Voor de aanwezige bedrijven die categorie 3.2 of hoger hebben wordt als gezegd voorzien in een maatbestemming.

Er zijn drie bedrijven in het plangebied gevestigd met een milieuhindercategorie 3.2. Dit zijn: Asko (Staalindustrie) aan de Willem Fenengastraat 10, Reijgers en Schalies (Forceertechniek) aan de Johan Siegerstraat 8 en Kaspers + Lotte Rent a Car BV (Autoschadeherstel werkplaats) aan de Johan Siegerstraat 22. Deze bedrijven zijn met een aanduiding op de plankaart als zodanig bestemd.
Meer van dergelijke bedrijven zijn - behoudens de mogelijkheid hiervoor ontheffing te verlenen - niet rechtstreeks toegestaan.

Daarnaast is één zit er 1 categorie 4.1 bedrijf aanwezig, te weten Amsterdam Metalized Products (AMP). Het bedrijf AMP is gevestigd aan de Paul van Vlissingenstraat en ligt op ongeveer 350 meter van het beoogde woon-werkgebied Amstelkwartier. AMP produceert onder andere gemetalliseerd papier, films en verpakkingsmateriaal. Binnen de inrichting vinden diverse activiteiten (productie, opslag en overslag) met lichtontvlambare stoffen plaats.

Uit de VNG-publicatie komt naar voren dat dit bedrijf moet worden aangemerkt als een categorie 4.1.bedrijf, waarbij een richtafstand van 200 meter geldt. Deze afstand wordt bepaald door het aspect geluid. Echter deze afstand kan met een stap worden verlaagd, omdat het gebied Amstelkwartier kan worden aangemerkt als gemengd gebied. Gelet op de VNG-publicatie kan de afstand dan ook met een stap worden teruggebracht tot een (indicatieve) afstand van 150 meter.

Er is een aantal onderzoeken naar milieubelasting van het bedrijf verricht. In de eerste plaats is de externe veiligheid onderzocht. Het is geen inrichting in de zin van het Bevi. Op basis van de stofeigenschappen en de activiteiten kan worden gesteld dat er uit oogpunt van externe veiligheid geen problemen zijn voor de voorziene woningbouw in de nabijheid van de inrichting (rapport externe veiligheidsaspecten ten gevolge van de activiteiten met gevaarlijke stoffen binnen de inrichting van AMP te Amsterdam, Peutz, I-270-,2006).
Daarnaast is onderzoek verricht naar (er is gebruik gemaakt van theoretische relaties) geuraspecten (indicatieve bepaling geurcontouren AMP, Peutz, I 2790-6, 2006). Uit de resultaten van dit onderzoek volgt dat, getoetst aan objectieve normen, naar alle waarschijnlijkheid geen sprake is van geurhinder buiten het bedrijfsterrein van AMP.
Op basis van het verrichte onderzoek blijkt het aspect geur geen beperking op te leveren voor de voorziene woningbouw. Gelet op de resultaten van dit onderzoek is een verdergaand onderzoek niet noodzakelijk.