direct naar inhoud van Artikel 14 Water
Plan: Osdorperweg e.o.
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0363.Q0906BPSTD-VG02

Artikel 14 Water

14.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. water en watergangen en de bestaande oeververbindingen;
  • b. waterberging en waterhuishouding met bijbehorende voorzieningen;
  • c. waterkering en waterstaatkundige werken;
  • d. behoud en ontwikkeling van landschappelijke, natuurlijke en cultuurhistorische waarden die bestaan uit watergangen langs de lintbebouwing in het open veenweidegebied met kavel en dijksloten, bruggen voor de ontsluiting van percelen, en een ecologische verbindingszone langs de Wijsentkade;
  • e. dagrecreatief medegebruik;

met de daarbij behorende:

  • f. groenvoorzieningen;
  • g. nutsvoorzieningen;
  • h. faunapassages en andere faunavoorzieningen;

met dien verstande dat:

  • i. in de eerste plaats het bepaalde in artikel 18 van toepassing is voor zover de gronden mede zijn bestemd voor Leiding;
  • j. in de eerste plaats het bepaalde in artikel 19 van toepassing is voor zover de gronden mede zijn bestemd voor Waarde-Archeologie;
  • k. in de eerste plaats het bepaalde in artikel 20 van toepassing is voor zover de gronden mede zijn bestemd voor Waterstaat-Waterkering.
14.2 Bouwregels

Op en onder de in lid 14.1 genoemde gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd ten dienste van de bestemming, met in achtneming van de volgende maxima:

  • a. Op en onder de in lid 14.1 genoemde gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd ten dienste van de bestemming, met in achtneming van de volgende maxima:
  • b. oppervlakte openbare aanlegsteigers: 15 m²;
  • c. bouwhoogte van bruggen: 10 meter (gemeten vanaf de waterspiegel);
  • d. bouwhoogte andere bouwwerken: 2.50 meter (gemeten vanaf de waterspiegel).
14.3 Specifieke gebruiksregels
14.3.1 Strijdig gebruik

In aanvulling van het algemene gebruiksverbod in artikel 23 wordt tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, in ieder geval gerekend het gebruik van gronden en bebouwing ten dienste van:

  • a. het aan- en afmeren of afgemeerd houden van schepen;
  • b. het ligplaats innemen met woonboten, woonschepen en/of woonarken;
  • c. het dempen van watergangen, anders dan voor de toegang tot een perceel ten behoeve van het onderhoud of voor waterbeheer.
14.4 Aanlegvergunning
14.4.1 Algemeen

Het is verboden zonder of in afwijking van een vergunning van het dagelijks bestuur de volgende werken, geen bouwwerken zijnde en werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het dempen of graven van watergangen en/of waterpartijen;
  • b. het verbreden of verdiepen van plassen, sloten of andere watergangen;
  • c. het aanbrengen van oeverbeschoeiingen of aanleggelegenheden.
14.4.2 Uitzondering

Het in lid 14.4.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke:

  • a. het normale onderhoud en beheer betreffen;
  • b. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan;
  • c. noodzakelijk zijn voor het aansluiten van bouwwerken op het net van openbare nutsvoorzieningen.
14.4.3 Voorwaarden
  • a. De in lid 14.4.1 genoemde vergunning kan slechts worden verleend indien geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de landschappelijke, de natuurlijke en de cultuurhistorische waarden van het gebied.
  • b. De in lid 14.4.1 genoemde vergunning moet worden geweigerd indien de landschappelijke, natuurlijke en cultuurhistorische waarden onevenredig worden aangetast en dat niet kan worden voorkomen door voorwaarden in de aanlegvergunning op te nemen.