Plan: | Bestemmingsplan Studentenhuisvesting NDSM |
---|---|
Plannummer: | N0909BPSTD |
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0363.N0909BPSTD-OH01 |
In het kader van het overleg als bedoeld in artikel 3.1.1 van het Besluit op de ruimtelijke ordening is het concept ontwerp bestemmingsplan verzonden aan:
Daarnaast zijn de stukken in het kader van het maatschappelijk overleg tevens verzonden aan:
Hieronder wordt in samengevatte vorm de inhoud van de binnengekomen reacties weergegeven. Tevens is daarbij aangegeven op welke wijze met de reactie in het bestemmingsplan is rekening gehouden.
Waternet merkt op dat ondergrondse werken waterdicht moeten uitgevoerd worden. Waternet adviseert op te nemen dat kruipruimteloos bouwen gewenst is.
Reactie
Conform het verzoek van Waternet worden deze onderwerpen in de toelichting bij het bestemmingsplan opgenomen. Het waterdicht uitvoeren van (ondergrondse) werken is ruimtelijk niet relevant en wordt daarom niet in de regels opgenomen. Dit aspect is bovendien afdoende geregeld in het Bouwbesluit. Hiernaast zal in de toelichting worden aangegeven dat kruipruimteloos bouwen de voorkeur geniet. Kruipruimteloos bouwen wordt niet dwingend voorgeschreven in de regels nu Waternet heeft aangegeven dat bouwen met kruipruimte ook mogelijk is, mits juist uitgevoerd.
De VROM-inspectie stelt de vraag hoe de in het externe veiligheid rapport aanbevolen afstand van 30 meter in acht wordt geno.men. In paragraaf 5.4.3. is dit niet aangegeven.
Verder geeft de VROM-inspectie aan dat de bijlagen van het externe veiligheidsrapport ontbreken, terwijl die betrekking hebben op externe veiligheid (bedrijven, buisleidingen Gasunie). Wordt verzocht om die alsnog toe te voegen.
Tot slot merkt de VROM-inspectie op dat er geen plankaart was meegezonden.
Reactie
Voorop wordt gesteld dat het Rapportage externe veiligheid NDSM-werf niet alleen betrekking heeft op onderliggend bestemmingsplan, maar dient als onderzoek voor de toekomstige verdere ontwikkeling van de hele NDSM-werf. Enkele conclusies uit dat rapport zijn voor dit bestemmingsplan niet relevant omdat het plangebied niet in de (risico)contour van een risicobron ligt, dan wel op voldoende afstand daarvan.
In par. 5.4.3 is gemeld dat het plangebied op circa 135 meter afstand van de weg ligt. Daarom is de aanbeveling van het rapport om gevoelige objecten buiten 30 meter vanaf de Klaprozenweg te bouwen, niet van toepassing.
Het plangebied valt verder niet binnen het invloedsgebied, dan wel de toetsingsafstand van de aardgasleiding, die onder de Klaprozenweg loopt. Het plangebied ligt ook buiten het invloedsgebied van BEVI-inrichtingen. Deze aspecten zijn daarom niet relevant voor de beoordeling van dit bestemmingsplan. De ontbrekende bijlagen hebben ook betrekking op dit bestemmingsplan.
Er is slechts een verkleinde pdf-bestand van de plankaart meegezonden in het kader van 3.1.1 overleg. De plankaart op ware grootte en conform de relevante vormvereisten wordt bij het ontwerpbestemmingsplan ter inzage gelegd.
VEBAN geeft aan geen bezwaar te hebben tegen voortzetting studentenhuisvesting op de betreffende locatie. Zij vraagt aandacht voor de consequenties van dit bestemmingsplan voor bedrijven. Zij geeft ten slotte aan dat extra kosten voor aanpassingen niet door bedrijven mogen worden gedragen.
Reactie
Consequenties voor bedrijven worden niet verwacht. In de omgeving van de studentenhuisvesting bevinden zich slechts bedrijven die beperkte milieuhinder opleveren. De bedrijven in de omgeving zijn in kaart gebracht door de Dienst Milieu en Bouwtoezicht, zie advies Verkenning NDSM-terrein van 5 juni 2009 (bijlage bij het ontwerpbestemmingsplan).
Conform de VNG-systematiek van richtafstanden gekoppeld aan milieuhindercategorieƫn heeft DMB onderzocht van welke bedrijven zijn relevante milieueffecten te verwachten op grond van hun afstand tot de studentenhuisvesting in combinatie met hun milieuhindercategorie. Er zijn enkele bedrijven waarbij milieuhinder ter hoogte van de studentenhuisvesting niet bij voorbaat uit te sluiten was.
Bij nadere beoordeling van deze bedrijven is gebleken dat de te verwachten milieuhinder vanwege deze bedrijven ook aanvaardbaar is. De activiteiten van bedrijven in de omgeving vinden inpandig en overdag plaats. Het feitelijke geluidsniveau in de omgeving is laag. Er zijn geen klachten van studenten bekend over geluid of andere vorm van hinder vanwege bedrijven.
Er bestaat derhalve geen aanleiding om aan te nemen dat aanpassing van de milieuvergunning van bedrijven, dan wel het opleggen van maatwerkvoorschriften op grond van het Besluit algemene regels inrichtingen milieubeheer noodzakelijk zal zijn of dat bedrijven genoodzaakt worden maatregelen te treffen om de algemene regels na te leven.
De provincie gaf in haar reactie aan dat ze geen aanleiding zag tot het maken van opmerkingen.
Het ontwerp-bestemmingsplan heeft inclusief bijlagen en tegelijk met het ontwerp-hogere waarde besluit tussen 10 maart en 21 april 2010 ter inzage gelegen. Naar aanleiding van het ontwerp-bestemmingsplan zijn geen zienswijzen ontvangen.