Plan: | Bestemmingsplan Kenniskwartier Noord West |
---|---|
Plannummer: | K1007BPGST |
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0363.K1007BPGST-OH01 |
Het hoofddoel van het nationaal ruimtelijk beleid is ruimte scheppen voor verschillende ruimte vragende functies op het beperkte oppervlak dat Nederland ter beschikking staat. Het ruimtelijk beleid wordt gericht op vier algemene doelen:
Bestemmingsplannen moeten zoveel mogelijk hun bijdrage leveren aan uitvoering van dit rijksbeleid. De ontwikkeling van Kenniskwartier Noord West als onderdeel van het deelgebied Kenniskwartier en daarmee van Zuidas draagt met de realisatie van nieuw kantoorprogramma op deze specifieke locatie bij aan de versterking van de internationale concurrentiepositie en daarmee aan het gestelde doel van het rijksbeleid.
In het Nationaal Milieubeleidsplan is (o.a.) beleid opgenomen ten aanzien van de luchtkwaliteit. Het doel van het Nederlandse beleid voor luchtkwaliteit is het beschermen van de bevolking en de natuur tegen de negatieve effecten van blootstelling aan luchtverontreinigende stoffen. Om dit te bereiken staan in de wet zowel emissiedoelstellingen om de milieudruk te verminderen als normen waaraan de luchtkwaliteit moet voldoen. Voor de stoffen zwaveldioxide (SO2), stikstofoxiden (NOx), ammoniak (NH3) en vluchtige organische stoffen (VOS) zijn verplichte emissiedoelstellingen geformuleerd in het kader van de Europese NEC-richtlijn. Het gaat hierbij om nationale emissieplafonds, waarboven de emissies in Nederland met ingang van 2010 niet mogen uitkomen. In het kader van het Nationale Milieubeleidsplan 4 zijn voor de emissies van dezelfde vier stoffen inspanningsverplichtingen genoemd die strenger zijn dan de NEC-richtlijn. In hoofdstuk 8 wordt meer concreet ingegaan op het aspect luchtkwaliteit.
De Nota Mobiliteit geeft de volgende beleidsdoelen aan:
De uitgangspunten bij het realiseren van deze beleidsdoelen zijn betrouwbare reistijden, vlotte en veilige verkeersafwikkeling binnen de (inter)nationale wettelijke en beleidsmatige kaders van milieu en leefomgeving. In hoofdstuk 6 wordt meer concreet ingegaan op het aspect verkeer.
Op 30 september 2010 bereikten de Tweede Kamerfracties van VVD en CDA het regeerakkoord, dat als motto heeft 'Vrijheid en verantwoordelijkheid'. Het regeerakkoord is de leidraad voor het beleid van het kabinet-Rutte.
In het regeerakkoord is opgenomen dat in een open wereldeconomie de versterking van het concurrentievermogen van de Nederlandse economie essentieel is. De ontwikkeling en groei van de economie vormt de basis van onze werkgelegenheid, welvaart en voorzieningen. Nederland beschikt over een goede uitgangspositie door bedrijven en sectoren die wereldwijd opereren en exporteren, een gunstige ligging en vestigingsklimaat en een goed opgeleide beroepsbevolking. De ambitie is deze positie voor de toekomst te verzekeren, uit te breiden en te versterken. De overheid geeft richting aan deze ambitie door een faciliterend en stimulerend beleid op het gebied van infrastructuur, onderwijs, arbeidsmarkt, belastingen en regeldruk.
Om de concurrentiekracht van het bedrijfsleven te versterken voert de overheid ook een gericht beleid ter bevordering van innovatie en ondernemerschap, onder meer door stimulering van samenwerking tussen bedrijfsleven, kennisinstellingen en overheid. Innovatie is voor alle sectoren van het bedrijfsleven van vitaal belang bij de productontwikkeling en export.
Het is voor de economische ontwikkeling en innovatie belangrijk dat bedrijven geclusterd kunnen opereren, zoals Greenports, waaronder de Greenports Venlo, Westland en de Bollenstreek BrainportZuid-Oost Nederland, de Food Valley in Wageningen, de Maintenance Valley in Midden- en West Brabant, de Energy Valley in Groningen, de nanotechnologie in Twente en Delft, de Zuidas in Amsterdam, Schiphol en de haven van Rotterdam. Deze clusters worden maximaal gefaciliteerd. Ook de regionaal geclusterde bedrijven krijgen de ruimte.