Plan: | Bestemmingsplan Westrandweg-2e Coentunnel |
---|---|
Plannummer: | B0902BPGST |
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0363.B0902BPGST-OH01 |
Adviesgroep AVIV heeft onderzoek gedaan naar de externe veiligheid voor het traject van de 2e Coentunnel c.a. In dit deelonderzoek zijn de risico's van het transport van gevaarlijke stoffen voor de omgeving geïnventariseerd en getoetst aan de geldende normering. Er is vastgesteld dat er op sommige gedeelten een toename zal zijn van het groepsrisico en op andere gedeelten een afname. Een uitgebreidere verantwoording van het groepsrisico voor de A10-west wordt daarom niet nodig geacht. Het plaatsgebonden risico is langs de beoordeelde weggedeelten kleiner dan de grenswaarde.
Er wordt voor de resultaten van het onderzoek verwezen naar de toelichting bij het Tracébesluit Capaciteitsuitbreiding (bijlage 1 bij deze bestemmingsplantoelichting, blz. 80-82). Het volledige onderzoek is als bijlage 47 bij deze toelichting gevoegd.
Er is in 2004 ten behoeve van de Trajectnota/MER Westrandweg onderzoek gedaan naar het groepsrisico. Uit dit onderzoek is gebleken dat langs de Westrandweg zelf sprake zal zijn van een groepsrisico beneden de oriëntatiewaarde. De toename van het groepsrisico ter plekke vloeit voort uit het feit dat hier momenteel geen weg is, zodat er nu dan ook geen sprake is van enig groepsrisico. Het groepsrisico op omliggende wegen zal deels toenemen en zal deels afnemen. De afname is zo substantieel dat per saldo de beschikbaarheid van de Westrandweg voor vervoer van gevaarlijke stoffen zal leiden tot een positief effect op het groepsrisico. Het zogenaamde gesommeerde groepsrisico voor de routestructuur als geheel ligt mèt Westrandweg aanzienlijk lager dan zonder Westrandweg. De grenswaarde voor het plaatsgebonden risico zal niet worden overschreden.
Er kan worden verwezen naar de toelichting bij het Tracébesluit Westrandweg (bijlage 3 bij deze bestemmingsplantoelichting, blz. 62-63). De Trajectnota/MER Westrandweg is ook als bijlage 21 bij deze toelichting gevoegd.
Voorts kan nog melding worden gemaakt van het feit dat er maatregelen zijn/worden getroffen op de plekken waar de wegtracés samenvallen met leidingen voor het transport van gevaarlijke stoffen: