direct naar inhoud van Artikel 6 Verkeer - 1
Plan: Bestemmingsplan Westrandweg-2e Coentunnel
Plannummer: B0902BPGST
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0363.B0902BPGST-OH01

Artikel 6 Verkeer - 1

6.1 Bestemmingsomschrijving

De op de plankaart voor Verkeer - 1 aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. een weg met ten hoogste vier rijstroken en twee vluchtstroken;
  • b. ter plaatse van de functieaanduidingen "brug": bruggen en viaducten over te handhaven wegen, te handhaven spoorwegen en te handhaven watergangen;
  • c. kunstwerken;
  • d. op- en afritten;
  • e. onderliggend wegennet;
  • f. onderdoorgangen;
  • g. taluds;
  • h. bermen;

met daarbij behorende:

  • i. voorzieningen ten behoeve van de geleiding van het verkeer;
  • j. voorzieningen ten behoeve van de bewegwijzering en signalering inclusief bermkasten;
  • k. lichtmasten inclusief bermkasten;
  • l. voorzieningen ten behoeve van de landschappelijke en natuurlijke inpassing;
  • m. groenvoorzieningen;
  • n. geluidschermen en andere geluidwerende voorzieningen;
  • o. luchtschermen en andere voorzieningen ten behoeve van de luchtkwaliteit;
  • p. lichtschermen;
  • q. straatmeubilair;
  • r. calamiteitenzones;
  • s. nutsvoorzieningen;
  • t. water en waterberging;
  • u. waterstaatkundige werken;
  • v. kabels, leidingen en overige ondergrondse infrastructuur;
  • w. duikers;
  • x. mottoborden en bouwborden;
  • y. kunstobjecten;
  • z. overige openbare ruimte;
  • aa. overige voorzieningen ten behoeve van het verkeer.
6.2 Bouwregels

Op en onder de in lid 6.1 genoemde gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van de bestemming worden gebouwd, met dien verstande dat de maximale bouwhoogte 20 meter bedraagt.

6.3 Nadere eisen
6.3.1 Algemeen

Burgemeester en wethouders zijn - in de gevallen dat wordt afgeweken van het Tracébesluit Westrandweg - met oog op de inpassing in de omgeving bevoegd nadere eisen te stellen aan de situering en afmetingen van de bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

6.3.2 Voorwaarden

Burgemeester en wethouders toetsen bij de toepassing van deze bevoegdheid tot het stellen van nadere eisen of geen onevenredige aantasting zal plaatsvinden van:

  • a. de verkeersveiligheid;
  • b. de externe veiligheid;
  • c. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende percelen.
6.4 Afwijken van de bouwregels
6.4.1 Algemeen

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd met een omgevingsvergunning af te wijken van het bepaalde in lid 6.2 ten behoeve van het overschrijden van de maximale bouwhoogte met ten hoogste 5 meter.

6.4.2 Voorwaarden

Burgemeester en wethouders toetsen bij de toepassing van deze afwijkingsbevoegdheid of geen onevenredige aantasting zal plaatsvinden van:

  • a. de verkeersveiligheid;
  • b. de externe veiligheid;
  • c. de inpassing in de omgeving;
  • d. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende percelen.