direct naar inhoud van Hoofdstuk 7 Archeologie
Plan: Vijzelstraat 66-80 (Duintjer)
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0363.A1301BPSTD-VG02

Hoofdstuk 7 Archeologie

Het archeologische erfgoed bestaat uit voorwerpen en structuren die in de bodem bewaard zijn. Ook landschappelijke of infrastructurele elementen kunnen een archeologische waarde hebben. Deze materiƫle overblijfselen vormen een onderdeel van onze leefomgeving waarvan het behoud in de bodem of documentatie, op maat gesneden maatregelen vergen. Het archeologisch bodemarchief levert een bijdrage aan de cultuurhistorie van de stad en maakt de beleving van het verleden bovendien tastbaar. Om het archeologische erfgoed beter te beschermen, is in 1992 het Verdrag van Malta opgesteld. Een essentieel uitgangspunt uit dit verdrag is dat behoud van archeologisch erfgoed in de bodem in iedere fase van planontwikkeling dient te worden meegewogen. Als behoud in de bodem geen optie is, dient het bouwplan te voorzien in maatregelen om archeologische overblijfselen op de juiste wijze te documenteren en de informatie en de vondsten te behouden. Het verdrag stelt de initiatiefnemer van een ruimtelijk plan dat bodemverstoring tot gevolg heeft, verantwoordelijk voor de planologische en financiƫle inpassing van het archeologisch onderzoek. De wetgeving ter uitvoering van dit verdrag, de Wet op de archeologische monumentenzorg, is per 1 september 2007 van kracht, en is verankerd in de Monumentenwet 1988.

De wetgeving schrijft voor dat bij het nemen van een projectbesluit rekening moet worden gehouden met de in de grond aanwezige dan wel te verwachten monumenten. De stadsarcheoloog heeft aangegeven dat de bodem ter plaatse van het projectgebied zodanig is verstoord dat archeologisch onderzoek niet meer nodig is. Met betrekking tot het 'groentje' aan de Kerkstraat alwaar het voornemen is een warmtekoudeopslag aan te leggen heeft het Bureau Monumenten en Archeologie aangegeven dat gezien de geringe omvang van het terreintje het bestemmingsplan geen bescherming tegen bodemingrepen behoeft in de vorm van een dubbelbestemming Waarde-archeologie. Het bestemmingsplan geeft dan ook geen regels over de archeologie.