Plan: | N201 - Natuurcompensatie 2e fase |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0362.09D-OH01 |
De Bovenkerkerpolder is een laat 18de eeuwse polder met een strakke klassieke strokenverkaveling, met een hoofdontwatering in de lengterichting van de polder (Ooster- en Westertocht), een Middenweg en haaks daarop de kavelsloten. Het zuidelijke deel is momenteel nog vrijwel volledig in agrarisch gebruik (grasland tbv
veeteelt). De grens van de polder wordt gevormd door enkele meters hoger gelegen dijken. De belangrijkste dijk in het gebied van de Bovenkerkerpolder is de Hollandse Dijk. Deze eeuwenoude dijk vormt de grens met het stedelijk gebied van Uithoorn.
Aan weerszijde van het toekomstige tracé van de N201 in de Bovenkerkerpolder zullen gronden worden ingericht ten behoeve van natuurontwikkeling. In het ontwerp voor de natuurcompensatie in de Bovenkerkerpolder is maximaal ingespeeld op de doelstellingen uit diverse beleidsrapporten die kunnen worden samengevat als: het versterken van de natuur- en landschapsbeleving en het onderling aaneenschakelen van natuur- en recreatiegebieden.
Aan weerszijde van de N201 ontstaat een gebied waarin natuurwaarden zich verder kunnen ontwikkelen als onderdeel van de Groene As op regionale schaal. Het bestaande landschap vormt de basis van het ontwerp van de functiewijziging. In het ontwerp is rekening gehouden met een strooksgewijze indeling van hoofdzakelijk (nat) grasland, dat afgewisseld wordt met open water en struweel. De bestaande percelering met een breedte van circa 40 meter vormt hiervoor de basis. De aanwezigheid van de weg door het (weidevogelleef)gebied wordt verzacht, anderzijds ervaart de weggebruiker vanaf de N201 de natuurontwikkeling in het gebied via de afwisselende stroken open water, struweel en grasland. Daarnaast kan in dit gebied een deel van de noodzakelijke waterberging voor de Bovenkerkerpolder plaatsvinden. De inrichting van het gebied dient zodanig te zijn dat deze positief bijdraagt aan de waterkwaliteit.
Gezien de primaire functie van het gebied (natuur) zal in het ontwerp rekening worden gehouden met een beperkte vorm van recreatief medegebruik. Er wordt in wandel- en fietspaden voorzien. De inrichting van het gebied sluit aan op Amstelgroen (zie paragraaf 2.3.10).
De beoogde inrichting van het plangebied is weergegeven op onderstaande figuur (zie tevens bijlage 2)