1e Herziening Amsterdamse Bos A9 - Fokkerweg

Artikel 5 Verkeer

5.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

• a. straten en wegen waarbij ten aanzien van de weggedeelten de volgende uitvoering aan wordt gehouden:

- Burgemeester Colijnweg: vanaf de Schipholdraaibrug uitvoering als 1x1 rijstrooksweg. Vanaf 50 meter uitgevoerd als 1x2 rijstrooksweg en vanaf 700 meter vanaf de Schipholdraaibrug tot aan de A9 als 1x1 rijstrooksweg.

- Nieuwe Meerlaan vanaf de Bosrandbrug uitvoering als 2x1 rijstrooksweg.

• b. voet- en rijwielpaden;
• c. groenvoorzieningen, waaronder bermen;
• d. water en waterpartijen;

waarbij gestreefd wordt naar een inrichting hoofdzakelijk gericht op de afwikkeling van het doorgaande verkeer;

met de daarbij behorende:

• e. parkeervoorzieningen;
• f. geluidwerende voorzieningen;
• g. straatmeubilair;
• h. bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
• i. weg- en waterbouwkundige constructies.

5.2 Bouwregels

5.2.1 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen:

• a. de hoogte van palen en (licht)masten, mag niet meer bedragen dan 16 meter;
• b. de hoogte van andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde, anders dan rechtstreeks ten behoeve van de geleiding, beveiliging en regeling van het verkeer of ten behoeve van reclame-uitingen en kunstwerken, mag niet meer bedragen dan 3 meter.

5.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van:

• a. een samenhangend straat- en bebouwingsbeeld;
• b. het behoud van de ruimtelijke kwaliteiten van het terrein;
• c. de verkeersveiligheid;
• d. de sociale veiligheid;
• e. de milieusituatie;
• f. het handhaven van een voldoende aantal parkeervoorzieningen;
• g. een adequate rampenbestrijding;

het behoud van de cultuurhistorische (archeologische) waarden.

5.4 Specifieke gebruikregels

5.4.1 Gebruiksverbod

Het is verboden de gronden en bouwwerken te gebruiken of te laten gebruiken op een wijze of tot een doel, strijdig met deze bestemming.

5.4.2 Strijdig gebruik

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in lid 5.4.1, wordt in ieder geval gerekend:

• a. het gebruik van de gronden voor de opslag van goederen;
• b. het gebruik van gronden en bouwwerken voor een seksinrichting.

5.4.3 Ontheffing van de gebruiksregels

Burgemeester en wethouders verlenen ontheffing van het bepaalde in lid 5.4.1, indien strikte toepassing daarvan zou leiden tot een beperking van het meest doelmatige gebruik, welke beperking niet door dringende redenen wordt gerechtvaardigd.