direct naar inhoud van 4.2 Keuze voor beheersverordening
Plan: De Liesbosch 2013
Status: vastgesteld
Plantype: beheersverordening
IMRO-idn: NL.IMRO.0356.BVL2012001-VA01

4.2 Keuze voor beheersverordening

De gemeenteraad kan op grond van artikel 3.38 van de Wet ruimtelijke ordening een beheersverordening vaststellen als planologische regeling voor gebieden waar geen ruimtelijke ontwikkelingen zijn voorzien. Een beheersverordening betreft een regeling voor het beheer van het gebied overeenkomstig het bestaande gebruik. Een beheersverordening is juridisch vergelijkbaar met een bestemmingsplan met een consoliderende inhoud.

Voor het verordeningsgebied De Liesbosch geldt dat sprake is van een aantal voorgenomen ontwikkelingen. Deze zijn op dit moment echter nog onvoldoende concreet en onderbouwd voor wat betreft economische uitvoerbaarheid en omgevingsaspecten om in een planologische regeling te kunnen worden opgenomen.

De gemeente is echter gehouden aan de zogenoemde actualiseringsplicht op grond van artikel 3.1 Wet ruimtelijke ordening. Deze actualiseringsplicht betekent dat de gemeente ervoor dient te zorgen dat het hele grondgebied is voorzien van actuele bestemmingsplannen of beheersverordening, dat wil zeggen niet langer dan 10 jaar geleden vastgesteld. Voor het verordeningsgebied geldt op grond van het overgangsrecht Invoeringswet Wro dat er voor 1 juli 2013 sprake dient te zijn van een nieuw vastgesteld bestemmingsplan of beheersverordening.

De gemeente wil de actualiseringsplicht naleven en dus voor 1 juli 2013 een vaststellingsbesluit nemen. Aan de andere kant wil de gemeente het proces van de voorgenomen ontwikkelingen niet onnodig forceren of de betrokken initiatiefnemers onder druk zetten.

De gemeente kiest er daarom voor om voor dit gebied geen bestemmingsplan, maar een beheersverordening vast te stellen. Deze beheersverordening heeft tot doel de bestaande situatie te beheren. Op een later moment zal, als de ontwikkelingen voldoende concreet zijn, een bestemmingsplan in procedure worden gebracht voor het gehele gebied of voor delen daarvan.

Bij vaststelling van een bestemmingsplan voor (een deel van) het gebied, komt de beheersverordening voor het betrokken gebied te vervallen. Tot die tijd zal de beheersverordening het ruimtelijk juridisch kader voor het bedrijventerrein vormen. De beheersverordening heeft een wettelijke looptijd van maximaal 10 jaar.

De gemeente is van mening dat gelet op het bovenstaande sprake is van een gebied waar geen sprake is van ruimtelijke ontwikkelingen gedurende de verwachte looptijd van de beheersverordening.