direct naar inhoud van Artikel 6 Bedrijf - Windturbine
Plan: Windpark Nieuwegein
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0356.BPWINDPARK-VA03

Artikel 6 Bedrijf - Windturbine

6.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijf - Windturbine' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. de opwekking van windenergie door middel van windturbines van hetzelfde merk en afmeting met een maximaal gezamenlijk vermogen van 13 MW;
  • b. wegen met een maximale breedte van 5 m en (onderheide) opstelplaatsen ten behoeve van de bouw en het onderhoud van windturbines;
  • c. waterpartijen, watergangen, (natuurvriendelijke) oevers, taluds, (voorzieningen voor) waterhuishouding;
  • d. bij deze bestemming behorende voorzieningen zoals nutsvoorzieningen, transformatorhuisjes, hekwerken, kabels en leidingen, kunstwerken, groen, water en voetpaden.

6.2 Bouwregels

Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:

6.2.1 Windturbines
  • a. de windturbine dient in het centrum van het bouwvlak te worden gebouwd;
  • b. de minimale bouwhoogte van een windturbine bedraagt ten minste de met de aanduiding 'minimale bouwhoogte' aangegeven bouwhoogte;
  • c. de maximale bouwhoogte van een windturbine bedraagt ten hoogste de met de aanduiding 'maximale bouwhoogte' aangegeven bouwhoogte;
  • d. voor andere bouwwerken dan windturbines geldt het bepaalde in lid 6.2.2.

6.2.2 Overige bouwwerken
  • a. per windturbine is een gebouw ten behoeve van een transformatorstations toegestaan van ten hoogste 10 m² met een maximale bouwhoogte van 3 m;
  • b. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt ten hoogste 3 m.

6.3 Specifieke gebruiksregel

Met betrekking tot het gebruik geldt dat de contour voor het plaatsgebonden risico ten hoogste 150 m (PR 10-6) respectievelijk 45 m (PR 10-5) bedraagt.