Artikel 6 Bedrijf - Windturbine
6.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Bedrijf - Windturbine' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
-
a. de opwekking van windenergie door middel van windturbines van hetzelfde merk en afmeting met een maximaal gezamenlijk vermogen van 13 MW;
-
b. wegen met een maximale breedte van 5 m en (onderheide) opstelplaatsen ten behoeve van de bouw en het onderhoud van windturbines;
-
c. waterpartijen, watergangen, (natuurvriendelijke) oevers, taluds, (voorzieningen voor) waterhuishouding;
-
d. bij deze bestemming behorende voorzieningen zoals nutsvoorzieningen, transformatorhuisjes, hekwerken, kabels en leidingen, kunstwerken, groen, water en voetpaden.
6.2 Bouwregels
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
6.2.1 Windturbines
-
a. de windturbine dient in het centrum van het bouwvlak te worden gebouwd;
-
b. de minimale bouwhoogte van een windturbine bedraagt ten minste de met de aanduiding 'minimale bouwhoogte' aangegeven bouwhoogte;
-
c. de maximale bouwhoogte van een windturbine bedraagt ten hoogste de met de aanduiding 'maximale bouwhoogte' aangegeven bouwhoogte;
-
d. voor andere bouwwerken dan windturbines geldt het bepaalde in lid 6.2.2.
6.2.2 Overige bouwwerken
-
a. per windturbine is een gebouw ten behoeve van een transformatorstations toegestaan van ten hoogste 10 m² met een maximale bouwhoogte van 3 m;
-
b. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt ten hoogste 3 m.
6.3 Specifieke gebruiksregel
Met betrekking tot het gebruik geldt dat de contour voor het plaatsgebonden risico ten hoogste 150 m (PR 10-6) respectievelijk 45 m (PR 10-5) bedraagt.