Type plan: projectbesluit
Naam van het plan: de Hoefslag
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.0355.PBVossenlaan26-VS01

4.6 Bodem

In het kader van een bestemmingsplan dient aangetoond te worden dat de kwaliteit van de bodem en het grondwater in het plangebied in overeenstemming zijn met het beoogde gebruik. Dit is geregeld in de Wet Bodembescherming. De bodemkwaliteit kan namelijk van invloed zijn op de beoogde functie van het plangebied. Indien sprake is van een functiewijziging zal er in veel gevallen een bodemonderzoek moeten worden uitgevoerd op de planlocatie. Middels dit onderzoek kan in beeld worden gebracht of de bodemkwaliteit en de beoogde functie van het plangebied bij elkaar passen.
 
Planspecifiek
Ten behoeve van de ontwikkeling is een bodemonderzoek uitgevoerd, zie bijlage 1. Het betreft namelijk een wijziging van het gebruik van de gronden en daarvoor dient aangetoond te worden dat de grond geschikt is voor het beoogd gebruik. Van Dijk Geo & milieutechniek heeft een verkennend bodemonderzoek uitgevoerd. In het onderzoek is op twee plekken een mogelijke vervuiling aangetroffen.
Deze vervuiling is middels een nader onderzoek, zie bijlage 2 in beeld gebracht. Het nader bodemonderzoek concludeert dat er sprake is van een ernstige verontreiniging, omdat de verontreiniging een oppervlakte omvat van meer dan 25 m3. De vervuilingsplekken bevinden zich in een in toplaag, een vermoedelijk in het verleden aangebrachte ophoging/funderingslaag met puin. Er wordt geen direct risico ingeschat omdat het een immobiele vervuiling betreft. De vervuilde grond is echter ongeschikt voor het beoogde gebruik.
Initiatiefnemer zal de grond voor het plan saneren. Hiervoor wordt separaat een saneringsplan ingediend bij de gemeente.