Plan: | Woongebied 3 Vliegbasis Soesterberg |
---|---|
Status: | ontwerp |
Plantype: | wijzigingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0355.BPWvliegbasisWG3-OW01 |
Voor dit wijzigingsplan zijn de begrippen van het Moederplan zoals bedoeld in lid 1.4 van deze regels, van overeenkomstige toepassing, alsmede de begrippen hierna.
het wijzigingsplan 'Woongebied 3 Vliegbasis Soesterberg' met identificatienummer NL.IMRO.0355.BPWvliegbasisWG3-OW01 van de gemeente Zeist.
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels.
het 'bestemmingsplan Vliegbasis Soesterberg' met identificatienummer NL.IMRO.0355.BPVLIEGBASIS-0401 van de gemeente Zeist, zoals vastgesteld door de gemeenteraad op 28 juni 2012 (hierna het Moederplan), inclusief het bestemmingsplan 'Paraplubestemmingsplan Parkeernormen Zeist' met identificatienummer NL.IMRO.0355.BPParkeernormenZst-VS01 van de gemeente Zeist, zoals vastgesteld door de gemeenteraad op 11 september 2018.
een gevel zoals beschreven in artikel 1.6 van deze regels, waarin geen te openen delen aanwezig zijn en met een karakteristieke geluidwering - conform NEN5077 - die ten minste gelijk is aan het verschil tussen de geluidsbelasting van die constructie en 33 dB (ingeval van wegverkeerslawaai) en 35 dB(A) (ingeval van industrielawaai), alsmede een bouwkundige constructie waarin alleen bij wijze van uitzondering te openen delen aanwezig zijn, mits die delen niet direct grenzen aan een geluidsgevoelige ruimte, zoals omschreven in artikel 1b, lid 4a en 4b van de Wet geluidhinder.
bouwkundige constructie die een ruimte in een woning of gebouw scheidt van de buitenlucht, daaronder begrepen het dak, zoals omschreven in artikel 1 van de Wet geluidhinder.
Bij toepassing van deze regels wordt gemeten conform de regels in artikel 2 van het Moederplan luidende:
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak.
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een bouwwerk, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkt bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
gemeten (op alle bouwlagen voor zover de hoogte ter plaatse tenminste 1,5 meter bedraagt) op vloerniveau langs de buitenomtrek van de opgaande scheidingsconstructies, of tot het hart van de desbetreffende scheidingsconstructie, indien de binnenruimte van het gebouw grenst aan de binnenruimte van een ander gebouw.
een op de verbeelding of in de regels aangegeven percentage van de oppervlakte van de bestemming, dat mag worden bebouwd.
het totaal aantal woningen gedeeld door de grootte van het bestemmingsvlak.
De regels in artikel 8 van het Moederplan zijn van overeenkomstige toepassing, met in acht neming van het bepaalde in lid 3.2 en lid 3.3.
Om te voorkomen dat de aangrenzende bedrijfsactiviteiten leiden tot hinder voor de woonfunctie in dit wijzigingsplan:
Het aangevulde artikel 8 van het Moederplan luidt dan als volgt:
8.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Woongebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
bij de bestemming behorende overige voorzieningen, zoals verkeersvoorzieningen, ontsluitingswegen, nutsvoorzieningen, verblijfsgebieden, waterbergingen en straatmeubilair.
8.2 Bouwregels
8.2.1 Toegestane bouwwerken
Op en in gronden, als bedoeld in lid 8.1, mogen uitsluitend worden gebouwd:
8.2.2 Bouwen
Voor het bouwen van woningen, als bedoeld in lid 8.2.1 onder a, gelden de volgende regels:
type woning | afstand |
Vrijstaande woningen | 3 meter beide zijdelingse perceelsgrenzen |
Twee-aaneen gebouwde woningen |
3m |
Eindwoningen van aaneengebouwde woningen |
3m |
8.2.3 Bijbehorende bouwwerken
Voor het bouwen van bijbehorende bouwwerken bij woningen gelden de volgende regels:
bouwperceel kleiner dan 1.000m² |
bouwperceel 1.000m² of groter |
75m² | 75m² + 2% van de oppervlakte van het bouwperceel tot een maximum van 150m² |
8.2.4 Bouwwerken geen gebouwen zijnde
Bouwwerk |
bouwhoogte |
voor de voorgevel van het hoofdgebouw | 1 meter |
achter de voorgevel van het hoofdgebouw | 2 meter |
geluidscherm | 10 meter |
Vlaggen- en andere masten | 5 meter |
8.2.5 Voorwaardelijke verplichting geluidscherm
De omgevingsvergunning voor bouwen van een woning kan alleen dan worden verleend als ter plaatse van de aanduiding 'geluidscherm' in de figuur hierna, over de volle lengte van de aanduiding een gesloten geluidscherm is gerealiseerd en in stand wordt gehouden met een bouwhoogte van minimaal 7,5 meter en een gewicht van minimaal 10 kg/m².
8.3 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 8.2.1, onder d en e, van deze regels, indien aan de volgende voorwaarden is voldaan:
8.3.1 Afwijken van bouwen geluidscherm
Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 8.2.5 van deze regels, indien aan de volgende voorwaarden is voldaan:
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Deze regels worden aangehaald als: Regels van het wijzigingsplan
'Woongebied 3 Vliegbasis Soesterberg'.