Plan: | Doorwerking wegaanpassing A28 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0355.BPDoorWegA28-VS01 |
het bestemmingsplan 'Doorwerking wegaanpassing A28' met indentificatienummer NL.IMRO.0355.BPDoorWegA28-VS01 van de gemeente Zeist.
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels.
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels, regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
een bouwwerk, geen gebouw zijnde.
één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde.
de grens van een bestemmingsvlak.
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats.
de grens van een bouwvlak.
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
een grens van een bouwperceel.
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond.
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
De voor 'Bos' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op de in 3.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend andere bouwwerken, ten dienste van de bestemming worden gebouwd (behoudens afwijking) met een bouwhoogte van maximaal 3 meter.
Het bevoegd gezag kan afwijken van het bepaalde in 3.2, en toestaan dat andere bouwwerken, worden gebouwd voor het extensieve recreatieve medegebruik en infrastructurele voorzieningen, mits:
Het is in ieder geval verboden om de in 3.1 genoemde gronden te gebruiken of laten gebruiken:
Op de in 3.1 genoemde gronden is het verboden om zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegde gezag , de navolgende werken en/of werkzaamheden uit te voeren of te doen uitvoeren:
Het in 3.5.1, genoemde verbod is niet van toepassing op werken en/of werkzaamheden die:
Een vergunning mag alleen worden geweigerd en moet ook worden geweigerd, indien door de uitvoering van het werk, dan wel door de daarvan (in)direct te verwachten gevolgen, blijvend afbreuk wordt gedaan aan de in lid 1 genoemde waarden, en hieraan door het stellen van voorwaarden niet of onvoldoende tegemoet kan worden gekomen.
Indien de vergunning werken en/of werkzaamheden betreft waarbij de cultuurhistorische waarde van de historische roedenverkaveling in het geding is, moet eerst het advies worden gevraagd van de gemeentelijke monumentencommissie, voordat een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden kan worden verleend.
De voor 'Bos - Buitenplaats' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op de in 4.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend andere bouwwerken worden gebouwd met inachtneming van de aanduidingen op de kaart en met een hoogte van maximaal 3 meter bedragen, met dien verstande dat de hoogte van een ecoduct en maaiveldpassage maximaal 7 meter mag bedragen.
Naast hetgeen daaromtrent in de algemene gebruiksbepaling in Artikel 10 is bepaald, is het in ieder geval verboden om de gronden te gebruiken of laten gebruiken voor parkeerdoeleinden.
Op de in 4.1 genoemde gronden is het verboden om zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegde gezag , de navolgende werken en/of werkzaamheden uit te voeren of te doen uitvoeren:
Het 4.4.1, genoemde verbod is niet van toepassing op werken en/of werkzaamheden die:
De in 4.4.1 onder a, genoemde vergunning mag alleen en moet worden geweigerd indien door de uitvoering van het werk, dan wel door de daarvan (in)direct te verwachten gevolgen, blijvend afbreuk wordt gedaan aan de in lid 1 bedoelde waarden, en hieraan door het stellen van voorwaarden niet of onvoldoende tegemoet kan worden gekomen.
Over de in 4.4.1 genoemde toetsing vragen burgemeester en wethouders eerst het advies van de gemeentelijke Monumentencommissie, voordat zij een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden, verlenen.
De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
alsmede voor:
Op de voor 'Groen' aangewezen gronden zijn uitsluitend met de bestemming verband houdende andere bouwwerken, toegestaan, met een hoogte van niet meer dan 3 meter.
Op de in 5.1 genoemde gronden is het verboden om zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegde gezag , de navolgende werken en/of werkzaamheden uit te voeren of te doen uitvoeren:
Het in 5.3.1, genoemde verbod is niet van toepassing op werken en/of werkzaamheden die:
Een vergunning mag alleen worden geweigerd en moet ook worden geweigerd, indien door de uitvoering van het werk, dan wel door de daarvan (in)direct te verwachten gevolgen, blijvend afbreuk wordt gedaan aan de in lid 1 genoemde waarden, en hieraan door het stellen van voorwaarden niet of onvoldoende tegemoet kan worden gekomen.
De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
alsmede voor:
Op de voor 'Verkeer' verkeersdoeleinden aangewezen gronden mogen uitsluitend andere bouwwerken, ten dienste van de bestemming worden gebouwd met een hoogte van maximaal 3 meter, met dien verstande dat:
Naast hetgeen daaromtrent in de algemene gebruiksbepalingen in Artikel 10 van deze regels is bepaald, is het verboden om de in lid 1 bedoelde gronden te gebruiken voor een motorbrandstofverkooppunt.
De voor 'Leiding - Water' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor drinkwaterleidingen en daarbij behorende voorzieningen.
Op en in de gronden als bedoeld in lid 7.1, mogen, in afwijking van het bepaalde ten aanzien van de andere bestemmingen, uitsluitend andere bouwwerken worden gebouwd, ten behoeve van de betreffende leiding, met een bouwhoogte van ten hoogste 3 meter.
Het bevoegd gezag kan afwijken van de bouwregels in 7.2 voor het bouwen overeenkomstig de betreffende andere bestemming van deze gronden, mits:
Op de in 7.1 genoemde gronden is het verboden om zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegde gezag, de navolgende werken en/of werkzaamheden uit te voeren of te doen uitvoeren:
Het in 7.4.1, genoemde verbod is niet van toepassing op werken en/of werkzaamheden die:
Een vergunning mag alleen worden geweigerd en moet ook worden geweigerd, indien door de uitvoering van het werk, dan wel door de daarvan (in)direct te verwachten gevolgen, blijvend afbreuk wordt gedaan aan de in lid 1 genoemde waarden, en hieraan door het stellen van voorwaarden niet of onvoldoende tegemoet kan worden gekomen.
Indien de vergunning werken en/of werkzaamheden betreft waarbij de cultuurhistorische waarde van de historische roedenverkaveling in het geding is, moet eerst het advies worden gevraagd van de gemeentelijke monumentencommissie, voordat een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden kan worden verleend.
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Bij de toepassing van het bepaalde ten aanzien van de maatvoering en situering van gebouwen gelden de bouwregels, zoals die onder de bestemming zijn voorgeschreven, dan wel de bestaande overschrijding daarvan, zoals deze bestond ten tijde van de terinzagelegging van het ontwerp van dit bestemmingsplan, en destijds in overeenstemming met het bepaalde in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht is gerealiseerd.
De voorschriften van de Bouwverordening ten aanzien van onderwerpen van stedenbouwkundige aard blijven overeenkomstig het gestelde in artikel 9, lid 2 van de Woningwet buiten toepassing, behoudens ten aanzien van de volgende onderwerpen:
Als gebruik in strijd met dit bestemmingsplan wordt in ieder geval aangemerkt het gebruik van de onbebouwde gronden en/of bouwwerken voor:
Het bepaalde in 10.1 is niet van toepassing op (tijdelijk) gebruik voor de realisering en/of handhaving van de bestemmingen of het normale onderhoud van de gronden en/of bouwwerken.
Ter plaatse van de aanduiding 'milieuzone - grondwaterbeschermingsgebied' zijn de gronden naast de overige aangegeven bestemmingen tevens bestemd voor de bescherming van de kwaliteit van het grondwater ten behoeve van de drinkwatervoorziening en kunnen krachtens de Provinciale Milieuverordening vanwege de bescherming van het grondwater, beperkingen worden opgelegd aan het gebruik van de gronden en opstallen en voorzieningen.
Ter plaatse van de aanduiding 'milieuzone - waterwingebied ' zijn de gronden naast de overige aangegeven bestemmingen tevens bestemd voor de bescherming van de waterwinning ten behoeve van de drinkwatervoorziening en kunnen krachtens de Provinciale Milieuverordening vanwege de bescherming van de waterwinning, beperkingen worden opgelegd aan het gebruik van de gronden en opstallen en voorzieningen.
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan 'Doorwerking wegaanpassing A28'.