Plan: | Moorsterweg 3 - Woudenberg |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0351.BPMoorst3-VG01 |
het bestemmingsplan Moorsterweg 3 - Woudenberg met identificatienummer NL.IMRO.0351.BPMoorst3-VG01 van de gemeente Woudenberg;
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen;
de verbeelding van het bestemmingsplan Moorsterweg 3 - Woudenberg bestaande uit het GML-bestand NL.IMRO.0351.BPMoorst3-VG01;
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
een aan een hoofdgebouw gebouwd gebouw dat in bouwkundig opzicht te onderscheiden is van en ondergeschikt is aan het hoofdgebouw;
het door de bewoner van de woning, in diens woning, uit te oefenen dienstverlenend beroep, waarbij de woning in overwegende mate de woonfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitstraling heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is;
een bedrijf dat is gericht op het voortbrengen van producten door middel van het telen van gewassen en/of het houden van dieren, nader te onderscheiden in:
installatie bestaande uit een antenne, een antennedrager, de bedrading en de al dan niet in een of meer techniekkasten opgenomen apparatuur, met een daarbij behorende bevestigingsconstructie;
een door burgemeester en wethouders aan te wijzen onafhankelijke en als zodanig geregistreerde deskundige op het gebied van archeologisch onderzoek, in het bezit van een opgravingsbevoegdheid;
onderzoek verricht door of namens een dienst of instelling die over een certificaat als bedoeld in artikel 5.1 van de Erfgoedwet beschikt;
de aan een gebied toegekende waarde in verband met de in dat gebied voorkomende overblijfselen van menselijke aanwezigheid of activiteiten uit oude tijden;
één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde;
een onderneming gericht op het (bedrijfsmatig) produceren, bewerken, herstellen, installeren of inzamelen van goederen, alsmede verhuur, opslag en distributie van goederen;
afstands-, hoogte-, inhouds- en oppervlaktematen, die op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan tot stand zijn gekomen of tot stand kunnen komen met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens de Woningwet;
gebruik zoals aanwezig op het tijdstip dat het plan in werking is getreden;
de grens van een bestemmingsvlak;
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend
hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd en met de aarde verbonden bouwwerk met een dak;
een vrijstaand gebouw dat in functioneel en bouwkundig opzicht ondergeschikt is aan een op hetzelfde bouwperceel gelegen hoofdgebouw.
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk;
de grens van een bouwvlak;
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;
een grens van een bouwperceel;
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten;
een bouwkundige constructie van enige omvang die direct en duurzaam met de aarde is verbonden.
vormen van recreatie, die in principe plaatsvinden tussen zonsopgang en zonsondergang en niet gericht zijn op het verstrekken van nachtverblijf;
iedere bovenbeëindiging van een gebouw of een overkapping;
het bedrijfsmatig te koop aanbieden (waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop), verkopen, verhuren en/of leveren van goederen aan diegenen die goederen kopen en huren voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit;
al dan niet bebouwd perceel, of een gedeelte daarvan, dat direct is gelegen bij een hoofdgebouw en dat in feitelijk opzicht is ingericht ten dienste van het gebruik van dat gebouw, en voor zover het bestemmingsplan deze inrichting niet verbiedt;
niet-gemotoriseerde recreatieve activiteiten, zoals wandelen, fietsen, skaten, paardrijden, vissen, zwemmen en natuurobservatie;
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
de als zodanig op de verbeelding aangegeven lijn, waarin of waarachter de voorgevel van het hoofdgebouw dient te worden gebouwd;
een of meer panden, of een gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de
geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer panden of bouwwerken op het
perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is;
huisvesting in of bij een woning van één huishouden van maximaal 2 personen, van wie ten minste één persoon mantelzorg verleent aan of ontvangt van een bewoner van de woning;
het in een woning door de bewoner op bedrijfsmatige wijze uitoefenen van activiteiten, voor zover sprake is van een inrichting type A, zoals bedoeld in het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (Activiteitenbesluit) en voor zover de woning in overwegende mate zijn woonfunctie behoudt en voor zover deze activiteiten een ruimtelijke uitstraling hebben die in overeenstemming is met de woonfunctie;
voorzieningen, zoals aanlegsteigers, picknickplaatsen, observatiepunten, informatieborden en banken, ten behoeve van activiteiten, zoals wandelen, fietsen, skaten, paardrijden, vissen, zwemmen en natuurobservatie;
een door burgemeester en wethouders aan te wijzen deskundige of commissie van deskundigen inzake landschaps- en/of natuurwaarden;
de aan een gebied toegekende waarde met betrekking tot het waarneembare deel van de aardoppervlakte, die wordt bepaald door de herkenbaarheid en identiteit van de onderlinge samenhang tussen levende en niet-levende natuur;
langdurende zorg die wordt geboden aan ieder die hulpbehoevend is op het fysieke, psychische en/of sociale vlak, door personen uit diens sociale omgeving, waarbij de zorgverlening de gebruikelijke zorg van huisgenoten voor elkaar overstijgt, op vrijwillige, niet afdwingbare basis en buiten organisatorisch verband;
de aan een gebied toegekende waarde in verband met de aanwezige flora en fauna;
onder normaal agrarisch gebruik wordt onder andere verstaan:
Opslag van goederen die naar hun aard geen regelmatige verplaatsing behoeven, zonder dat deze een bewerking ondergaan en/of zonder dat deze verhandeld worden;
een bouwkundige constructie van enige omvang, geen pand zijnde, die direct en duurzaam met de aarde is verbonden;
een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met maximaal één wand en voorzien van een gesloten dak, waaronder begrepen een carport;
de kleinste bij de totstandkoming functioneel en bouwkundig-constructief zelfstandige eenheid die direct
en duurzaam met de aarde is verbonden en betreedbaar en afsluitbaar is;
een grenslijn tussen bouwpercelen onderling;
het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding;
een voor publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch pornografische aard plaatsvinden. Onder seksinrichting wordt in ieder geval verstaan: een (raam)prostitutiebedrijf, een seksbioscoop, een seksautomatenhal, een sekstheater, een parenclub, een privé-huis of een erotische massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar;
al dan niet bewerkte agrarische producten, afkomstig van het eigen agrarische bedrijf of van andere agrarische bedrijven uit de streek;
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
de afstand tussen bouwwerken onderling alsmede de afstand van bouwwerken tot perceelsgrenzen worden daar gemeten waarde deze het kleinst is.
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
tussen (de lijnen getrokken door) de buitenzijde van de gevels en het hart van de scheidsmuren.
tussen het peil en de horizontale snijlijn van elk dakvlak met de daaronder gelegen buitenzijds van de gevels en/of het hart van gemeenschappelijke scheidsmuren.
tussen het peil, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
tussen (de buitenste verticale projecties van) de buitenzijde van de gevels en het hart van de scheidsmuren.
bij de toepassing van het bepaalde ten aanzien van bouwen worden ondergeschikte bouwonderdelen, als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, stofkappen en andere onderdelen van technische installaties, liftschachten, gevel- en kroonlijsten, luifels, uitbouwen, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding van bouw-, c.q. bestemmingsgrenzen niet meer dan 1m bedraagt.
de gebruiksvloeroppervlakte volgens NEN2580.
De voor 'Agrarisch' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
en tevens voor:
alsmede voor:
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Burgemeester en wethouders kunnen omgevingsvergunning verlenen in afwijking van het bepaalde in lid 3.2.1, ten behoeve van het bouwen van een buitenrijbaan buiten het bouwvlak ten behoeve van het houden van paarden, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken gelden de volgende regels:
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming 'Agrarisch' zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders de volgende werken, voor zover geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod van lid 3.5.1 geldt niet voor het uitvoeren van werken, of werkzaamheden die:
Werken of werkzaamheden als bedoeld in lid 3.5.1 zijn slechts toelaatbaar indien daardoor de in lid 3.1 onder b, c en d genoemde waarden van de gronden niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast, dan wel de mogelijkheden voor het herstel van de waarden niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind.
Alvorens te beslissen omtrent een omgevingsvergunning als bedoeld in lid 3.5.1 winnen burgemeester en wethouders schriftelijk advies in van de waterbeheerder, omtrent de voorwaarde zoals genoemd in lid 3.5.3.
Overtreding van het bepaalde in lid 3.5.1 is een strafbaar feit, zoals bedoeld in artikel 1a van de Wet op de economische delicten.
De voor 'Agrarisch met waarden - Landschaps- en natuurwaarden' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
alsmede voor:
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Burgemeester en wethouders kunnen omgevingsvergunning verlenen in afwijking van het bepaalde in lid 4.2.1, ten behoeve van het bouwen van een buitenrijbaan buiten het bouwvlak ten behoeve van het houden van paarden, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken gelden de volgende regels:
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming 'Agrarisch met waarden - Landschaps- en natuurwaarden' zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders de volgende werken, voor zover geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod van lid 4.5.1 geldt niet voor het uitvoeren van werken, of werkzaamheden die:
Werken of werkzaamheden als bedoeld in lid 4.5.1 zijn slechts toelaatbaar indien daardoor de in lid 4.1 onder b, c en d genoemde waarden van de gronden niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast, dan wel de mogelijkheden voor het herstel van de waarden niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind.
Alvorens te beslissen omtrent een omgevingsvergunning als bedoeld in lid 4.5.1 winnen burgemeester en wethouders schriftelijk advies in van de waterbeheerder, omtrent de voorwaarde zoals genoemd in lid 4.5.3.
Overtreding van het bepaalde in lid 4.5.1 is een strafbaar feit, zoals bedoeld in artikel 1a van de Wet op de economische delicten.
De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken gelden de volgende regels:
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
alsmede voor:
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Burgemeester en wethouders kunnen omgevingsvergunning verlenen in afwijking van het bepaalde onder 6.2.1 onder b en d voor het vergroten van de inhoudsmaat van woningen, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen omgevingsvergunning verlenen in afwijking van het bepaalde in lid 6.1 ten behoeve van het bouwen van een buitenrijbaan ten behoeve van het houden van paarden, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken gelden de volgende regels:
Het gebruik volgens de bestemming, zoals bedoeld in artikel 6.1, is alleen is toegestaan op voorwaarde dat binnen één jaar na het inwerking treden van de omgevingsvergunning voor het bouwen van de woningen (ex artikel 2.1 lid 1 onder a van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht) de gronden binnen de aanduiding 'natuur- en landschapswaarden' zijn ingericht en vervolgens ingericht blijven overeenkomstig het inpassingsplan, zoals opgenomen in bijlage 1. Indien niet aan deze verplichting wordt voldaan is het als zodanig gebruiken van de gronden waarvoor een verplichte inrichting is voorgeschreven in strijd met deze bestemming.
Burgemeester en wethouders kunnen omgevingsvergunning verlenen in afwijking van het bepaalde onder 6.4 onder h voor het bieden van mantelzorg in een bijgebouw of een tijdelijke unit, met in achtneming van het volgende:
De voor 'Waarde - Archeologie - 2' aangewezen gronden zijn - behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming(en) - mede bestemd voor de bescherming en veiligstelling van te verwachten archeologische waarden.
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Burgemeester en wethouders kunnen een omgevingsvergunning verlenen en afwijken van het bepaalde in 7.2 onder b ten behoeve van het bouwen voor de andere, voor deze gronden geldende bestemming(en) - met inachtneming van de voor de betrokken bestemming(en) geldende (bouw)regels, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming 'Waarde - Archeologie - 2' onder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (aanlegvergunning) de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod van 7.4.1 is niet van toepassing, indien de werken en werkzaamheden:
of indien:
De werken en werkzaamheden, zoals in lid 7.4.1 bedoeld, zijn slechts toelaatbaar, indien de aanvrager van de omgevingsvergunning aan de hand van nader archeologisch onderzoek kan aantonen dat op de betrokken locatie geen archeologische waarden aanwezig zijn. Voorts zijn de werken en werkzaamheden toelaatbaar, indien:
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Voor het bouwen van beneden het maaiveld gelegen bouwwerken gelden, met inachtneming van het bepaalde in hoofdstuk 2, de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders kunnen omgevingsvergunning verlenen om af te wijken van:
Met betrekking tot bestaande maten gelden de volgende regels:
De bouwgrenzen, niet zijnde bestemmingsgrenzen, mogen worden overschreden door:
De regels van de Bouwverordening ten aanzien van onderwerpen van stedenbouwkundige aard blijven overeenkomstig het gestelde in artikel 9 lid 2 van de Woningwet buiten toepassing, behoudens ten aanzien van de volgende onderwerpen:
Burgemeester en wethouders kunnen, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de woonsituatie, de milieusituatie, de verkeersveiligheid, de sociale veiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, omgevingsvergunning verlenen ten behoeve van:
Voor bouwwerken luidt het overgangsrecht als volgt:
Voor gebruik luidt het overgangsrecht als volgt:
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan Moorsterweg 3 - Woudenberg.