direct naar inhoud van 2.2 De beheersverordening
vastgesteld
NL.IMRO.0344.BVLOMBOKOOSTSMAK-0401

2.2 De beheersverordening

2.2.1 Inhoudelijk

Een beheersverordening is een beheerregeling voor het bestaand gebruik en voor bestaande bouwwerken voor een gebied waarin geen ruimtelijke ontwikkelingen zijn voorzien binnen de horizon van de verordening.

Het begrip 'bestaand' kan zowel 'eng' als 'ruim' worden uitgelegd. Bij bestaand gebruik in enge zin worden alleen de bestaande feitelijk aanwezige functies en bebouwing vastgelegd. Het gaat daarbij om gebruik en bouwen inclusief hetgeen dat op basis van verleende vergunningen is toegestaan, maar nog niet is gerealiseerd. Bij gebruik in ruime zin wordt het vigerende bestemmingsplan als uitgangspunt genomen.

In deze beheersverordening is ervoor gekozen de ruimte die het bestemmingsplan biedt mee te nemen en is op die wijze invulling gegeven aan het begrip bestaand in ruime zin. In paragraaf 3.3 is dat beschreven en onderbouwd.

2.2.2 Bestanddelen beheersverordening

Anders dan bij het bestemmingsplan, bepaalt de Wet ruimtelijke ordening niet uit welke elementen een beheersverordening bestaat. Het is wel duidelijk dat de beheersverordening betrekking heeft op een gebied en regels geeft voor het beheer van dat gebied en voor het vastleggen van de bestaande situatie. De beheersverordening heeft een digitaal component en sluit aan bij de digitale opzet van de instrumenten uit de Wet ruimtelijke ordening.

Bovenstaande maakt dat een beheersverordening bestaat uit:

  • een object bestaande uit het gebied waarop de verordening betrekking heeft. Dat is op bijbehorende verbeelding aangegeven als verordeningsgebied, met een of meer objecten binnen het gebied, die op de verbeelding zijn aangeven als besluitsubvlak;
  • regels die gekoppeld zijn aan het gebied en/of de objecten en die kunnen gaan over gebruiken, bouwen, aanleggen en slopen, afwijken met een omgevingsvergunning en eventueel overgangsrecht.

Alhoewel de Wet ruimtelijke ordening dit niet bepaalt, is het noodzakelijk de beheersverordening vergezeld te laten gaan van een toelichting waarin de gemaakte keuzen zijn onderbouwd. De Wet ruimtelijke ordening bepaalt wel dat de beheersverordening de volgende elementen kan bevatten:

  • een verbod om bepaalde werken, geen gebouwen zijnde, of werkzaamheden uit te voeren zonder omgevingsvergunning;
  • een verbod om bouwwerken te slopen zonder omgevingsvergunning;
  • binnenplanse afwijkingsregels;
  • overgangsrecht.

In de beheersverordening Lombok Oost, kantorengebied Smakkelaarsveld e.o is een aanlegverbod opgenomen voor de waterkeringszones.

Gelet op het aanvullende instrumentarium van de Wabo, is de gemeente van oordeel dat overige wijzigingen op voldoende wijze buiten de beheersverordening kunnen worden geregeld. Verwezen wordt naar paragraaf 2.3 voor een bespreking van deze mogelijkheden.

2.2.3 (il)legaal gebruik en overgangsrecht

De beheersverordening kan zowel legaal als illegaal gebruik regelen. In deze beheersverordening is ervoor gekozen om het planologisch toegestane gebruik toe te staan. Dit betekent dat zowel het legale feitelijke gebruik, als eventuele planologische gebruiksmogelijkheden positief zijn bestemd. Illegale situaties zijn daarentegen niet bestemd.

De Wet ruimtelijke ordening bepaalt dat de beheersverordening in overgangsrecht moet voorzien op het moment dat de toegestane gebruiksvormen afwijken van de feitelijk bestaande situatie. Dit feitelijk bestaande, maar afwijkende gebruik mag namelijk niet zonder meer worden wegbestemd. Zoals gezegd, bestemt deze verordening ook de toegestane feitelijk bestaande situatie positief. Van wegbestemmen van legaal gebruik is zodoende geen sprake en om die reden is een overgangsrechtelijke regeling niet nodig.

2.2.4 Procedureel

De beheersverordening is een gemeentelijke verordening. In tegenstelling tot een bestemmingsplan of omgevingsvergunning, staat tegen de vaststelling van een beheersverordening geen beroep open. Bij de voorbereiding van deze beheersverordening is door middel van een toetsingsmoment de gelegenheid aan eenieder gegeven een reactie op de beheersverordening in te dienen.