direct naar inhoud van 7.5 Artikelsgewijze toelichting
Plan: Woonboulevard kanaleneiland IKEA e.o.
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0344.BPWOONBOULKANIKEA-0601

7.5 Artikelsgewijze toelichting

Op een aantal bestemmingen is in deze paragraaf een nadere toelichting opgenomen.

Artikel 1 Begrippen

In dit artikel wordt de betekenis van verschillende begrippen uitgelegd, die in het plan gebruikt worden.

Artikel 2 Wijze van meten

In dit artikel wordt uitgelegd op welke wijze wordt gemeten bij de plantoetsing en welke uitgangspunten daarbij worden gehanteerd.

Artikel 3 Gemengd

De bestemming Gemengd is bedoeld voor gebieden met een hoge mate van functiemenging. In het plangebied is daarvan sprake omdat in de nagestreefde situatie er een gebouw ontstaat waarin grootschalige detailhandel, parkeren, kleine bedrijfunits, verenigingsleven, alsmede sportterreinen zijn opgenomen, inclusief de daarbij behorende voorzieningen en additionele horeca. Door middel van nadere aanduidingen is, waar nodig, een nadere positionering van de verschillende functies gegeven.

Artikel 4 Groen

De verschillende soorten groenvoorzieningen (met uitzondering van het snippergroen) zijn opgenomen in één bestemming. Een groot deel van het groen heeft alleen een functie als plantsoen of als speelplek.

Binnen de bestemming Groenvoorzieningen is ook waterbeheer, waterberging en sierwater toegestaan. De kleinere watergangen zijn dan ook niet apart bestemd. Daarnaast mogen er binnen deze bestemming ook voet- en fietspaden worden gerealiseerd.

Artikel 5 Verkeer

Deze bestemming is van toepassing op de wegen waar de nadruk ligt op de afwikkeling van het doorgaande verkeer. Er zijn kleine gebouwtjes toegestaan bijvoorbeeld voor het realiseren van fietsenstallingen.

Artikel 6 Verkeer - Verblijfsgebied

De meeste wegen in het plangebied zijn opgenomen in de bestemming 'Verkeer- en verblijfsdoeleinden'. Dit zijn de wegen met hoofdzakelijk een functie voor het bestemmingsverkeer. Ook de pleinen, de bermen van wegen en het snippergroen maken hier deel van uit. Er zijn kleine gebouwtjes toegestaan bijvoorbeeld voor het realiseren van fietsenstallingen.

Artikel 7 Leiding - Brandstof

Voor ondergrondse hoofdtransportleidingen van water, brandstof of gas is het noodzakelijk in het bestemmingsplan een beschermingsregeling op te nemen. Hierdoor wordt voorkomen dat dergelijke leidingen worden beschadigd bij bouwactiviteiten of door het planten van diepwortelende beplanting of dat zij door bouw of aanleg activiteiten in het plangebied onbereikbaar worden voor onderhoudswerkzaamden. In het plangebied is 1 leiding aanwezig waarvoor een beschermingsregime moet worden opgenomen. Dit gebeurt via een dubbelbestemming op de plankaart.

Artikel 8 Waterstaat - Waterkering

De oeverzone langs het Amsterdam Rijnkanaal krijgt de dubbelbestemming waterstaatsdoeleinden. Bij de afwegingen omtrent invulling van de onderliggende bestemmingen dient een zwaar gewicht aan de aanwezige waterstaatsbelangen toegekend te worden.

Artikel 9 Antidubbeltelbepaling

Deze bepaling is opgenomen om te voorkomen dat, een stuk grond dat al eens was betrokken bij het verlenen van een omgevingsvergunning bouwen, bij de beoordeling van latere bouwplannen nogmaals wordt betrokken.

Artikel 10 Algemene bouwregels

In de bouwverordening zijn ook regels opgenomen. Het bestemmingsplan gaat vóór deze bepalingen, maar in dit artikel is bepaald welke voorschriften uit de bouwverordening naast het bestemmingsplan van kracht blijven. Het gaat daarbij om voorschriften van stedenbouwkundige aard, zoals de bereikbaarheid van bouwwerken van wegverkeer en brandblus-voorzieningen, bereikbaarheid van gebouwen voor gehandicapten, de ruimte tussen bouwwerken en parkeergelegenheid bij gebouwen.

Artikel 11 Algemene gebruiksregels

Deze bepaling geeft aan dat het verboden is om een bouwwerk te gebruiken, te doen of te laten gebruiken in strijd met de bestemmingen. In lid 2 is bepaald wat daar in elk geval onder wordt verstaan, zoals gebruik van vrijstaande bijgebouwen voor aan-huis-verbonden beroepen of bedrijven en gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van seks inrichtingen. Van dit verbod kan vrijstelling worden verleend door burgemeester en wethouders als het meest doelmatige gebruik er te zeer door wordt belemmerd en daar geen dringende redenen voor zijn.

Artikel 12 Algemene afwijkingsregels

Hierin zijn onder meer de afwijkingsregelingen opgenomen, die kunnen worden toegepast als er niet op grond van de bestemmingsregelingen in hoofdstuk 2 al een vrijstelling verleend kan worden. Het gaat dan om een afwijking van maten, afmetingen en percentages, het plaatsen van objecten van beeldende kunst, het realiseren van kleine nutsgebouwtjes, het plaatsen van zend- en/of sirenemasten, of waarschuwingsmasten tot een hoogte van maximaal 55 meter.

Artikel 13 Overgangsrecht

13.1 Overgangsrecht bouwwerken

Deze bepaling heeft tot doel een regeling te creëren voor bebouwing die afwijkt van het plan.

In principe mag die bebouwing worden gehandhaafd en zelfs gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd. Alleen als deze bebouwing door een calamiteit verloren gaan, is algehele herbouw mogelijk. Voorwaarde daarbij is wel, dat de aanvraag om omgevingsvergunning bouwen binnen 2 jaar na het teniet gaan van het bouwwerk wordt ingediend.

Burgemeester en wethouders kunnen vrijstelling verlenen voor een eenmalige vergroting van de inhoud van een bestaand bouwwerk dat afwijkt van het plan. Deze vergroting is echter beperkt tot maximaal 10 % van de inhoud.

Van de overgangsbepaling zijn die bouwwerken uitgezonderd die bestaan op het moment van ter inzage legging van het ontwerp van dit bestemmingsplan maar die zijn gebouwd in strijd met het voorgaande bestemmingsplan en waartegen nog wordt of kan worden opgetreden. Het overgangsrecht is dus niet van toepassing op illegale bebouwing.

13.2 Overgangsrecht gebruik

Deze bepaling heeft tot doel een regeling te creëren voor gebruik dat afwijkt van het plan. Het tijdstip waarop gebruik als bestaand gebruik in de zin van deze bepaling wordt aangemerkt is, op grond van vaste jurisprudentie, de datum van inwerkingtreding van het bestemmingsplan.

In principe mag het afwijkende gebruik worden gehandhaafd en mag er zelfs een wijziging in worden aangebracht. Die wijziging moet dan wel leiden tot een vermindering van de gebruiksafwijking, zowel naar aard als naar omvang. Dit betekent, dat in gevallen van afwijkend gebruik een intensivering van dat afwijkende gebruik niet is toegestaan.

Ook hier is een uitzondering op. Het gebruik dat al in strijd was met het voorgaande bestemmingsplan en waartegen nog wordt of kan worden opgetreden, valt niet onder deze overgangsregeling.

Artikel 14 Slotregel

In dit artikel is de naam van het bestemmingsplan, de citeertitel, omschreven.