direct naar inhoud van Hoofdstuk 2 Relevante beleidskaders
Plan: Spoorsevoorzieningen Daalsetunnel en Leidseveertunnel
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0344.BPSPOORSEDAALLEID-0601

Hoofdstuk 2 Relevante beleidskaders

Het Rijksbeleid (o.a. de Nota Ruimte en de Nota mobiliteit) en het provinciaal beleid (Structuurvisie, Regionaal Structuurplan, Regionaal Verkeer en Vervoersplan) richt zich op landelijke en provinciale aangelegenheden. In dit beleid is onder andere een verstedelijkingsopgave voor stedelijk gebied opgenomen en ook landelijke en regionale mobiliteitsvraagstukken komen hierin aan de orde. Het plan is niet in strijd met de doelstellingen van het Rijks- en provinciale beleid. Aangezien dit bestemmingsplan zich enkel richt op beperkte aanvullende (veiligheids)voorzieningen voor het bestaande spoorwegnetwerk en niet toeziet op een uitbreiding van het netwerk zelf, is het rijks- en provinciaal beleid te globaal voor dit project.

Behalve de algemene doelstelling dat de gemeente Utrecht streeft naar een veilige (bebouwde) omgeving, kent de gemeente geen specifiek beleid dat is toegeschreven op de veiligheid op het spoor.

Ten aanzien van de voorgenomen ontwikkeling van de Spoorsevoorzieningen in het kader van de reconstructie van de sporen bij Utrecht Centraal Station blijkt dat de beleidsstukken op de verschillende niveaus een kader bieden voor de ontwikkeling.

Nota Speelruimtebeleid (2009)
De nota Speelruimte geeft een stedelijk kader om in aansluiting op de ontwikkelingen die spelen in de stad de kansen te benutten om meer en goede speel- en verblijfsruimte voor jeugd te realiseren. De visie is een integrale benadering van speelruimte: alle ruimte vormt een basis om te spelen.
Daarnaast is van belang dat de kwaliteit goed is. Deze wordt bepaald door de inrichting, de bereikbaarheid en de (sociale) veiligheid.

Op de locatie Daalsetunnel is een voetbalkooi aanwezig. In het zuidwestelijke deel van deze locatie zal een nieuwe voorziening worden aangelegd.