direct naar inhoud van 6.1 Economische uitvoerbaarheid
Plan: Papendorp
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0344.BPPAPENDORP-0601

6.1 Economische uitvoerbaarheid

Met de invoering van de nieuwe Wet ruimtelijke ordening (Wro) per 1 juli 2008 is het wettelijk verplicht om kosten te verhalen. Onder meer bij de vaststelling van een bestemmingsplan dient de vraag te worden beantwoord of tevens een exploitatieplan moet worden vastgesteld om kosten van algemeen nut te verhalen op particuliere ontwikkelaars in het plangebied. Hierbij dient als eerste de vraag te worden beantwoord of er in het (bestemmings)plangebied sprake is van zogenoemde 'aangewezen bouwplannen' (zie artikel 6.2.1 van het Besluit ruimtelijke ordening (Bro)).

Het gaat daarbij onder meer om de volgende categorieën:

  • de bouw van één of meer woningen;
  • de bouw van één of meer andere hoofdgebouwen;
  • de uitbreiding van een gebouw met ten minste 1.000 m² of met één of meer woningen.


Voor het gehele plangebied is een analyse uitgevoerd, waarbij gezocht is naar het kunnen realiseren van bovengenoemde bouwplannen. Vervolgens is de (grond)eigendomssituatie bezien. Voor zover hierin inzicht bestaat, zijn de eventuele grondexploitatieovereenkomsten die de gemeente heeft gesloten met particuliere ontwikkelaars meegenomen in de afweging.

Op basis van analyse is gebleken dat er sprake is van aangewezen bouwplannen. Deze aangewezen bouwplannen zijn gesitueerd op gronden, die de gemeente zelf in eigendom heeft en vrij over kan beschikken. Derhalve is het kostenverhaal anderszins verzekerd (in de grondprijs van een eventuele gronduitgifte) en zal geen exploitatieplan worden vastgesteld.

De aanpassing van het bestemmingsplan is daarnaast getoetst aan de grondexploitatie Leidsche Rijn, waarin kosten en opbrengsten zijn voorzien. Bij deze toetsing is gebleken dat de aanpassing van het bestemmingsplan geen gevolgen heeft voor de grondexploitatie Leidsche Rijn en derhalve binnen de daarvoor vastgestelde taakstelling valt.